Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Fase 1, periode 3 les 8 woordenschat
Fase 1
woordenschat
synoniem en tegenstelling
1 / 16
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
In deze les zitten
16 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
1 video
.
Lesduur is:
45 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Fase 1
woordenschat
synoniem en tegenstelling
Slide 1 - Tekstslide
tips
lees de hele zin waarin het woord staat
controleer of er in de tekst een
synoniem
, omschrijving,
tegenstelling
of voorbeeld staat
let op afbeeldingen
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Video
iemand die als eerste iets onderneemt op een bepaald gebied
A
ondernemer
B
pionier
C
relatief
D
aspect
Slide 4 - Quizvraag
verstand hebbend van veel verschillende dingen, veel verschillende dingen kunnen
A
veelzijdig
B
creatief
C
insomnia
D
behandelwijze
Slide 5 - Quizvraag
boeken, films of tv-programma’s waarvan de inhoud waargebeurd/niet verzonnen is
A
fictie
B
alternatief
C
interpreteren
D
non-fictie
Slide 6 - Quizvraag
wanneer iedereen het met elkaar eens is
A
unaniem
B
anoniem
C
opvatten
D
objectief
Slide 7 - Quizvraag
(kritisch) uitkiezen wat je wel en wat je niet doet
A
objectief
B
selectief
C
hoge pief
D
alternatief
Slide 8 - Quizvraag
iets verkiezen boven iets anders
waar iets vandaan komt
gaat nooit meer over, voortdurend, langdurig
reden, argument, waarom je iets vindt
prefereren
herkomst
chronisch
motief
Slide 9 - Sleepvraag
doorzetten (ook als iets moeilijk is)
A
volharden
B
uithouden
C
afzien
D
afmatten
Slide 10 - Quizvraag
onderdeel (van een onderwerp waar je het over hebt)
A
recent
B
aspect
C
relatief
D
overschatten
Slide 11 - Quizvraag
lokaal is...
A
biologisch geteeld
B
ambachtelijk bereid
C
van het platteland
D
uit de buurt
Slide 12 - Quizvraag
transparant
A
aanzienlijk
B
eveneens
C
duidelijk
D
zweten
Slide 13 - Quizvraag
lay-out
nauwkeurig
overwegend
geanimeerd
alsmaar
opmaak
stipt
merendeels
opgewekt
gestaag
Slide 14 - Sleepvraag
Opdracht
Maak in tweetallen de woordenschatdomino.
Begin bij -> en eindig met <-
Slide 15 - Tekstslide
NuNederlands
Woordenschat | 1.1 Betekenis afleiden uit de tekst
opdracht 1, 2, 3, 4, 5
Slide 16 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Woordenschat 1.1
April 2024
- Les met
30 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Woordenschat 1.1
November 2023
- Les met
50 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Woordbetekenis
Oktober 2021
- Les met
14 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 2
Woordbetekenis
Maart 2021
- Les met
15 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Woordbetekenissen zoeken 3 mavo
September 2023
- Les met
16 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Woordenschat 1.1 en 1.2
Mei 2024
- Les met
16 slides
Quiz woordenschat NUN 1.1 3F
Juni 2023
- Les met
15 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Woordenschat 3e editie 1.1-1.2
Oktober 2022
- Les met
35 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1