Wiederholung Kapitel 3 und 4 - Lehrgang 1

Wiederholung Kapitel 3 und 4
Deutsch macht Spaß!
1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1,2

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Wiederholung Kapitel 3 und 4
Deutsch macht Spaß!

Slide 1 - Tekstslide

Inhalt
- de regels van der/die/das
- het zwakke werkwoord
- het voltooid deelwoord

Slide 2 - Tekstslide

mannelijk lidwoord/ männlicher Artikel
vrouwelijk lidwoord/ Weiblicher Artikel
onzijdig lidwoord/ neutraler Artikel
Der
Die 
Das

Slide 3 - Sleepvraag

Restaurant
der/die/das
2/5
A
der
B
die
C
das

Slide 4 - Quizvraag

Übung
der/die/das
2/5
A
der
B
die
C
das

Slide 5 - Quizvraag

... Katze
der/die/das
4/5
A
der
B
die
C
das

Slide 6 - Quizvraag

Fisch
der/die/das
4/5
A
der
B
die
C
das

Slide 7 - Quizvraag

... Gummibärchen
der/die/das
4/5
A
der
B
die
C
das

Slide 8 - Quizvraag

... Adresse
der/die/das
1/5
A
der
B
die
C
das

Slide 9 - Quizvraag

Junge
der/die/das
5/5
A
der
B
die
C
das

Slide 10 - Quizvraag

Bäumchen
der/die/das
4/5
A
der
B
die
C
das

Slide 11 - Quizvraag

März
der/die/das
2/8
A
der
B
die
C
das

Slide 12 - Quizvraag

Landschaft
der/die/das
4/8
A
der
B
die
C
das

Slide 13 - Quizvraag

die
die
die
die
die
die
die
das
das
das
der
der
der

Slide 14 - Sleepvraag

Wat is het lidwoord?
.... Meerschweinchen

Slide 15 - Open vraag

Lidwoorden: vul het juiste lidwoord in.
... Pferd

Slide 16 - Open vraag

Lidwoorden: vul het juiste lidwoord in.
... Kuh

Slide 17 - Open vraag

Lidwoorden
Vul het juiste lidwoord in:
... Stier

Slide 18 - Open vraag

Lidwoorden
Vul het juiste lidwoord in:
... Osten

Slide 19 - Open vraag

Lidwoorden
Vul het juiste lidwoord in:
... Freundschaft

Slide 20 - Open vraag

Lidwoord van:
Straße

Slide 21 - Open vraag

Lidwoord van:
Kind

Slide 22 - Open vraag

Lidwoorden: Vul het juiste lidwoord in.

... Bruder

Slide 23 - Open vraag

Ik weet hoe ik de feesttenten regel kan toepassen.
A
Ja zeker
B
Nog niet helemaal

Slide 24 - Quizvraag

FEESTTENTEN - dat gaat over...
A
Dikke party!
B
Geen idee :-(
C
Iets met werkwoorden

Slide 25 - Quizvraag

Wat is eigenlijk de feesttenten-regel?
A
bepaalt de uitgangen van alle werkwoorden
B
bepaalt de uitgangen van de zwakke werkw.
C
bepaalt de uitgangen van de sterke werkw.
D
bepaalt de uitgangen van haben + sein

Slide 26 - Quizvraag

Het zwakke werkwoord: feESTTENTEN
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
stam + en
stam + t
stam + e
stam + st
stam + t
stam + en

Slide 27 - Sleepvraag

feesttenten
stam s-klank
stam d/t
wohnen
heißen
finden
rennen
machen
reisen
chatten
arbeiten
kommen
fassen
tanzen
streiten

Slide 28 - Sleepvraag

het zwakke werkwoord feESTTENTEN
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
wohnen
liebt
mache
lebst
geht
besuchen

Slide 29 - Sleepvraag

Feesttenten 
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
wohnst
wohnen
wohnt
wohne
wohnen
wohnt

Slide 30 - Sleepvraag

Voltooid deelwoord van: arbeiten
A
arbeitet
B
gearbeited
C
arbeited
D
gearbeitet

Slide 31 - Quizvraag

Voltooid deelwoord van

antworten
A
antwort
B
geantwort
C
geantwortet
D
geantworted

Slide 32 - Quizvraag

Wat is het voltooid deelwoord van 'hören'?
A
gehören
B
hört
C
gehört
D
hören

Slide 33 - Quizvraag

Voltooid deelwoord van: interpretieren
A
geinterpretiert
B
interpretiert
C
geinterpretieren

Slide 34 - Quizvraag

Wat is het voltooid deelwoord van 'besuchen'
A
besucht
B
gebesucht
C
besuchen
D
gebesuchen

Slide 35 - Quizvraag

Wat is het voltooid deelwoord van 'machen'?
A
gemachen
B
gemacht
C
gemached
D
gemachd

Slide 36 - Quizvraag

Wat is het voltooid deelwoord van 'kaufen'?
A
gekaufen
B
gekauft
C
gekauftet
D
gekaufd

Slide 37 - Quizvraag

Het voltooid deelwoord van wohnen is...
A
gewohnd
B
gewohnt
C
gewohnent
D
gewohntd

Slide 38 - Quizvraag

Voltooid deelwoord van gratulieren
A
gegratuliert
B
vergratuliert
C
gratuliert
D
grutijuisdfjkhsdfn

Slide 39 - Quizvraag

Ich verstehe es jetzt!
😒🙁😐🙂😃

Slide 40 - Poll