Persoonsvorm Onderwerp Gezegde

Persoonsvorm
1. Maak van de zin een vraagzin
2. Zet de zin in het enkelvoud/meervoud
3. Zet de zin in de tegenwoordige/verleden tijd
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Persoonsvorm
1. Maak van de zin een vraagzin
2. Zet de zin in het enkelvoud/meervoud
3. Zet de zin in de tegenwoordige/verleden tijd

Slide 1 - Tekstslide

Vraagzin 
Wij hebben dit weekend stratego gespeeld.
Hebben wij dit weekend stratego gespeeld?

Hebben is dus de persoonsvorm (pv)

Slide 2 - Tekstslide

Enkelvoud / meervoud
Wij hebben dit weekend stratego gespeeld. 

Deze zin staat in het meervoud want het zijn meerdere personen
Ik heb dit weekend stratego gespeeld. 

Slide 3 - Tekstslide

Tegenwoordige tijd / verleden tijd
Wij hebben dit weekend stratego gespeeld.

Wij hadden dit weekend stratego gespeeld

Slide 4 - Tekstslide

Onderwerp
Het onderwerp kun je vinden door wie/wat + pv
Wij hebben dit weekend stratego gespeeld.
PV = hebben
Ondw.: Wie hebben (dit weekend stratego gespeeld)?
Wij

Slide 5 - Tekstslide

Gezegde
Het gezegde bestaat uit alle werkwoorden die in de zin staan!

De persoonsvorm hoort altijd bij het gezegde. Daarnaast kunnen er nog meer werkwoorden bij horen! Dat hangt af van de zin. 

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Wat is het gezegde?
De boer heeft appels geplukt.

Slide 8 - Open vraag

Wat is het gezegde?
Ik heb een cadeau voor Ellen gekocht.

Slide 9 - Open vraag

Wat is het gezegde?
Na afloop van de film is Gijs naar bed gegaan.

Slide 10 - Open vraag

Wat is het gezegde?
Volgende wil ik graag gaan fietsen.

Slide 11 - Open vraag

Samenvattend
PV = 1. maak vraagzin 2. enkelvoud/meervoud 3. tegenwoordige tijd/ verleden tijd

ONDW = wie / wat + pv

Gezegde = pv + alle andere ww in de zin

Slide 12 - Tekstslide