In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 40 min
Onderdelen in deze les
Thema 7:
Bewegingsvormen
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen:
Je kunt het begrip bewegingsvormen en de eisen die hieraan gesteld worden omschrijven.
Je kunt differentiëren op leervoorstelniveau toepassen.
Je kent de vier algemene methodische principes en kunt deze toepassen.
Je kunt de verschillen tussen de deelmethode en totaalmethode beschrijven.
Je kunt de kolom bewegingsvormen correct invullen op het lesvoorbereidingsformulier.
Slide 2 - Tekstslide
Planning periode 2:
Slide 3 - Tekstslide
Terugblik vorige les
Wat zijn de didactische eisen van een bewegingsvorm?
Aan welke kwaliteitseisen moeten bewegingsvormen voldoen?
Wat bedoelen we met de arbeidscurve?
Wat is inhoudelijke differentiatie?
Slide 4 - Tekstslide
7.4 Methodiek
De twee aspecten van methodiek:
Slide 5 - Tekstslide
Maak 2 tallen:
Student 1 leest bovenste 2 punten
Student 2 leest onderste 3 punten
7.4 Methodiek
timer
2:00
Slide 6 - Tekstslide
7.4 Methodiek
Wat heb je gelezen?
Slide 7 - Tekstslide
Aansluiten bij bekende en beheerste bewegingsvormen.
7.4 Methodiek
Als kinderen al helemaal watervrij zijn, begin je niet met bewegingsvormen die daar op gericht zijn, maar start je bijvoorbeeld met leren drijven. Je bouwt voort op dat wat ze al kunnen
Slide 8 - Tekstslide
Geleidelijk oplopend in moeilijkheidsgraad
Slide 9 - Tekstslide
7.4 Methodiek
Van enkelvoudige naar samengestelde (complexe) bewegingsvormen
Bijvoorbeeld: hockey: van het dribbelen (enkelvoudig) naar dribbelen, passeren en scoren (samengesteld)
Slide 10 - Tekstslide
Veranderingen op arrangementsniveau en op leervoorstelniveau