Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
02/12/2022 Brugklas Grammatica - naamwoordelijk gezegde
GRAMMATICA
Mevrouw Duinhouwer
1 / 19
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
In deze les zitten
19 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
GRAMMATICA
Mevrouw Duinhouwer
Slide 1 - Tekstslide
LESPROGRAMMA
Herhaling
:
Naamwoordelijk gezegde
Wederkerende werkwoorden
Slide 2 - Tekstslide
persoonsvorm
onderwerp
werkwoordelijk gezegde
naamwoordelijk gezegde
lijdend voorwerp
meewerkend voorwerp
bijwoordelijk bepaling
wederkerende werkwoorden
Persoonsvorm
= belangrijkste werkwoord (vraagproef, getalsproef, tijdsproef)
Onderwerp
= wie/wat + gezegde?
Werkwoordelijk gezegde
= alle werkwoorden uit de zin.
Naamwoordelijk gezegde
Lijdend voorwerp
= wat/wie + gezegde + onderwerp?
Voorbeeld: ik geef een boek.
Meewerkend voorwerp
geeft aan voor / aan wie iets bestemd is. Aan (voor) wie/wat + gezegde + onderwerp + lijdend voorwerp
Voorbeeld: ik geef aan jou een boek.
Bijwoordelijke bepaling
wanneer, waar, waarheen, waarom, hoe, hoeveel. Maar ook: niet, wel, zeker, absoluut, allicht, natuurlijk, misschien, vermoedelijk en waarschijnlijk
Wederkerende werkwoorden
verplichte (hoort bij het werkwoordelijk gezegde) en toevallige (hoort bij het lijdend voorwerp)
Slide 3 - Tekstslide
Naamwoordelijk gezegde
Slide 4 - Tekstslide
werkwoordelijk gezegde
<->
naamwoordelijk gezegde
Slide 5 - Tekstslide
Wat doet ze?
Wat is ze?
Gillen
Bang
Meisje
Bibberen
Alert
wegrennen
Slide 6 - Sleepvraag
WG NG
- DOE-zin
- Actie/handeling
- het OW
DOET
iets
- alleen maar werkwoorden
- er kan een LV in staan
- ZIJN-zin
- een vorm van zijn (KWW)
- Het OW
IS
iets
- bestaat uit werkwoorden
én naamwoorden (ZN of BN
--> eigenschap/kenmerk
van het OW)
- bevat nooit een LV
Slide 7 - Tekstslide
mama slapen
papa lopen
hondje blaffen
zusje springen
ikke eten
opa lief
hondje stout
banaan geel
kiwi lekker
zusje moe
Slide 8 - Tekstslide
Welk verschil zie je tussen deze rijtjes?
mama slapen | opa lief
hondje blaffen | banaan geel
zusje springen | kiwi lekker
Slide 9 - Open vraag
mama
doet
slapen
papa
doet
lopen
hondje
doet
blaffen
zusje
doet
springen
ikke
doet
eten
opa
is
lief
hondje
is
stout
banaan
is
geel
kiwi
is
lekker
zusje
is
moe
Slide 10 - Tekstslide
In alle talen op de wereld
Twee soorten zinnen:
Zinnen waarin iemand iets
doet.
Zinnen waarin iemand iets
is.
Slide 11 - Tekstslide
Even testen! Doen of zijn?
Mijn zusje schreeuwt hard.
A
doen
B
zijn
Slide 12 - Quizvraag
Even testen! Doen of zijn?
Mijn broer blijkt een slimmerd te zijn.
A
doen
B
zijn
Slide 13 - Quizvraag
Even testen! Doen of zijn?
Mijn vader is leraar geworden.
A
doen
B
zijn
Slide 14 - Quizvraag
Ik ken het verschil tussen een WG en een NG.
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 15 - Poll
Wederkerende werkwoorden hebben in het Nederlands ‘zich’ ervoor staan, bijvoorbeeld: ‘zich vergissen’.
Bij verplicht wederkerende werkwoorden hoort het voornaamwoord bij het
werkwoordelijk gezegde
Slide 16 - Tekstslide
Voorbeeld wederkerend ww
Ik vergis me wel eens.
Je kunt een ander niet vergissen, alleen jezelf. Daarom noem je dit een
verplicht
wederkerend werkwoord.
Bij het werkwoord hoort een wederkerend voornaamwoord (me) dus hoort zich bij het
werkwoordelijk gezegde
Slide 17 - Tekstslide
Opdracht
Naamwoordelijk gezegde
KERN maak opdrachten 2, 3, 5, 6 (p. 102-103)
Learnbeat
:
3.1 Grammatica: opdracht I maken
Klaar? Maak de oefentoets - opdracht J
Slide 18 - Tekstslide
Toevallig
wederkerend werkwoord
Er zijn ook werkwoorden die wederkerend gebruikt kunnen worden, zoals verwonden.
Ik verwondde
me
aan de groenteschaaf. (wederkerend)
Ik verwondde
mijn broertje
met de grasmaaier. (niet-wederkerend)
Als ze
niet altijd
wederkerend zijn, noem je ze
toevallig wederkerend en het is het lijdend voorwerp
Slide 19 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
02/12/2022 Brugklas Grammatica - naamwoordelijk gezegde
December 2022
- Les met
41 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
01/11/2023 Brugklas Grammatica - naamwoordelijk gezegde
Oktober 2023
- Les met
19 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
VRIJ 1C 17/11/2023 Brugklas Grammatica - naamwoordelijk gezegde
November 2023
- Les met
12 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
25/11/2022 Brugklas Grammatica - naamwoordelijk gezegde
November 2022
- Les met
35 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Herhaling zinsontleding + wederkerend werkwoord
November 2020
- Les met
25 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
2aw wederkerend vnw
September 2022
- Les met
18 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
H.1 Grammatica zinsdelen - Wg en lv bij wederkerende werkwoorden
Januari 2023
- Les met
10 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
C5 Zinsdelen wedig. vnw, wed.vnw, wg, lv, wed.ww.
Oktober 2024
- Les met
50 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2