H4_les9_ruimte_oefentoets_werkwoordspelling

Goedemorgen!
Pak vast je huiswerk erbij

Vragen bij de tekst 'Een kat is maar een kat' 
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Goedemorgen!
Pak vast je huiswerk erbij

Vragen bij de tekst 'Een kat is maar een kat' 

Slide 1 - Tekstslide

Verhaalanalyse
Aan het einde van de les:
  • Kun je de ruimte in een verhaal benoemen
  • Weet je in hoeverre je werkwoordspelling beheerst

Slide 2 - Tekstslide

Planning deze les

  • nakijken huiswerkopdracht 'Een kat is maar een kat' 
  • herhalen theorie (h6) tijd in een verhaal
  • theorie (h7) ruimte van een verhaal
  • oefentoets werkwoordspelling

Slide 3 - Tekstslide

Nakijken 'Een kat is maar een kat' 
  • 1. Geef een korte samenvatting van de tekst.
  • Vroeger had de ik-figuur wel seks met een klant. In de ochtend heeft de ik-figuur de kat van een politicus overreden. De ik-figuur haalt eten bij een wegrestaurant en hoort daar op de radio dat een taxichauffeur de kat van een politicus heeft overreden. De ik-figuur zegt dat zij de bewuste taxichauffeur is en verlaat het wegrestaurant.

Slide 4 - Tekstslide

Nakijken 'Een kat is maar een kat' 
  • 4. Welke twee flashbacks zitten in de tekst? 5. Functie?
  • Regel 49-63: de ik-figuur had vroeger wel (anonieme) seks met een klant. 
  • Regel 96-104: de ik-figuur overrijdt de kat van de politicus en beseft dat ze wellicht met dezelfde berustende blik als de kat naar de wereld kijkt.
  • Je krijgt inzicht in de psychologie van de ik-persoon

Slide 5 - Tekstslide

Nakijken 'Een kat is maar een kat' 
  • 6. 'Er is niemand meer die veertig centimeter naast mij kijkt.' Waarnaar verwijst dit terug?
  • Alsof ik nooit op de plek ben waar ik denk waar ik me bevind, maar altijd veertig centimeter daarnaast.” (r. 72-74).

Slide 6 - Tekstslide

Nakijken 'Een kat is maar een kat' 
  • 8. Beschrijf de volgende begrippen: hoofdpersoon, doel, helper en tegenstander.
  • Hoofdpersoon: de ik-figuur; 
  • doel: ‘gezien worden’/ (h)erkenning; 
  • helper: haar (wanhoops)daad; 
  • tegenstander: het trieste, troosteloze bestaan en haar anonimiteit.

Slide 7 - Tekstslide

Herhaling theorie
H6 tijd in een verhaal

Slide 8 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen een sujet en de fabel van een verhaal?

Slide 9 - Open vraag

Tijd in een verhaal (1)
  • Fabel: de échte volgorde, chronologisch
  • Bv: aanleiding moord, de moord zelf, gevolgen

  • Sujet: de volgorde zoals de schrijver het presenteert, vaak niet chronologisch
  • Bv: de moord zelf, gevolgen, aanleiding moord

Slide 10 - Tekstslide

Nieuwe theorie
h7 ruimte van een verhaal

Slide 11 - Tekstslide

Waarom is de ruimte in een verhaal belangrijk?

Slide 12 - Open vraag

Ruimte (1)
  • Beeldvormende ruimte: de ruimte is van belang om je het verhaal voor te stellen (achtergrond)
  • Belangenruimte: ruimte speelt een actieve rol 
  • Imaginaire ruimte: compleet verzonnen en onrealistische ruimtes
Let op: weersomstandigheden worden ook tot de ruimte gerekend.

Slide 13 - Tekstslide

Oefentoets werkwoordspelling
Wat moet er op de puntjes staan?

Slide 14 - Tekstslide

Toen ik even niet oplette, bran...e het vlees aan.
A
tt
B
dd
C
t
D
d

Slide 15 - Quizvraag

Het publiek keek vol spanning toe, toen de zware motoren star..en.
A
tt
B
dd
C
t
D
d

Slide 16 - Quizvraag

Als mensen bedwelm.. zijn door koolmonoxide, moeten ze naar het ziekenhuis.
A
dt
B
dd
C
t
D
d

Slide 17 - Quizvraag

Toen de bui over was, aanvaar...en we de terugtocht.
A
tt
B
dd
C
t
D
d

Slide 18 - Quizvraag

Zij had niet verwacht dat zij door die val haar schouder zou ontwrich...en.
A
tt
B
dd
C
t
D
d

Slide 19 - Quizvraag

Wie beheer... tegenwoordig de clubkas?
A
dt
B
dd
C
t
D
d

Slide 20 - Quizvraag

Het is beter dat u nu wegrij..., want er ontstaat een hele opstopping.
A
dt
B
dd
C
t
D
d

Slide 21 - Quizvraag

Het popconcert werd in de pers heel gunstig beoordeel...
A
dt
B
dd
C
t
D
d

Slide 22 - Quizvraag

De coach had zich lang ingehouden, maar vorige week luch...e hij eindelijk zijn hart.
A
dt
B
dd
C
t
D
tt

Slide 23 - Quizvraag

Nadat de stad verover... was, trok de hoofdmacht van het leger weg.
A
dt
B
d
C
t
D
tt

Slide 24 - Quizvraag

Toen we een mooier huis gekocht hadden dan onze vrienden, benij...en zij ons zo erg dat we nog maanden ruzie hadden.
A
dd
B
d
C
t
D
tt

Slide 25 - Quizvraag

Waarom deden jullie niet meteen wat we jullie verzoch....en?
A
dd
B
d
C
t
D
tt

Slide 26 - Quizvraag

Wie zonder uitkijken door de straat skeelert of skateboar..., vraagt om ongelukken.
A
dd
B
d
C
t
D
dt

Slide 27 - Quizvraag

Ten slotte berus...e de oude man in zijn verhuizing naar een verzorgingsflat.
A
dd
B
d
C
t
D
tt

Slide 28 - Quizvraag

Besef je wel dat ik je heb behoe... voor een grote blunder?
A
dd
B
d
C
dt
D
t

Slide 29 - Quizvraag

Morgen gaat het helemaal goedkomen bij de SO werkwoordspelling!
😒🙁😐🙂😃

Slide 30 - Poll