Erfelijke eigenschappen (DNA) liggen in chromosomen
Slide 5 - Tekstslide
Kijk eens naar elkaar!
Welke eigenschappen zie je?
Eigenschappen zijn kenmerken die bij een soort hetzelfde zijn (die alle mensen hebben)
Er is variatie in eigenschappen: verschillende verschijningsvormen of fenotype
Iemands fenotype voor haarkleur is bijvoorbeeld bruin Of mijn fenotype voor oogkleur is bruin
Slide 6 - Tekstslide
filmpje: Fenotype en genotype
Fenotype
Genotype
Chromosomen, waar en hoeveel?
geslachtschromosomen XX en XY
Erfelijke eigenschappen
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Video
Slide 9 - Video
Michael Jackson:
zelfde genotype, maar zijn fenotype verandert
Slide 10 - Tekstslide
cel-celkern-chromosomen-DNA-gen
Slide 11 - Tekstslide
Meisje of jongen?
46 chromosomen
22 paar chromosomen even lang
Het 23e paar chromosomen
vormt de geslachtschromosomen
2 gelijke = XX= meisje
1 groot + 1 klein = XY= Jongen
chromosomenkaart / karyogram
Slide 12 - Tekstslide
Chromosomen
Eigenschappen kunnen worden doorgegeven met DNA.
DNA zit in je chromosomen in de celkern van elke cel
46 chromosomen bij de mens in lichaamscellen.
Altijd in paren van twee in lichaamscellen (2n)
In geslachtscellen 23 chromosomen, niet in paren (n)
Slide 13 - Tekstslide
-Een gen is een stuk van het DNA dat de informatie bevat voor 1 eigenschap. -Op een chromosomenpaar zitten dezelfde genen -Alle genen op alle chromosomen samen noem je het genotype -Het genoom van een organisme zijn alle chromosomen en genen bij elkaar