Paragraaf 29 onregelmatige en Engelse werkwoorden
2a. ik / jij achter de persoonsvorm: hele werkwoord - en
jij / hij / zij / het: hele werkwoord - en + t
wij / jullie / zij: hele werkwoord
b. a. Bij het onregelmatige werkwoord verandert de klank.
b. Bij het onregelmatige werkwoord verandert de klank.
c. Het onregelmatige werkwoord krijgt geen t op het eind.
d. Bij het onregelmatige werkwoord wordt de klinker langer en verandert er een medeklinker.
e. Bij het onregelmatige werkwoord verandert de klank.
f. Bij het onregelmatige werkwoord is de je-vorm niet af te leiden van het hele werkwoord