Introductie van de frustratie-regressiehypothese: als in één van de behoeften niet wordt voorzien worden andere behoeften belangrijker
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Video
Theorie van McLelland
Behoeften zijn aangeleerd (in de eerste levensjaren):
één behoefte is dominant
Drie behoeften profielen:
1) Prestatiebehoefte (gericht op het leveren van goede prestaties)
2) Machtsbehoefte (gericht op het uitoefenen van invloed op mensen)
3) Affiliatiebehoefte (gericht op het opbouwen van goede relaties)
Slide 10 - Tekstslide
Verwachtingstheorie van Vroom
Inzicht krijgen in het motivatieproces en verklaren waarom het zo loopt, om op die manier invloed uit te oefenen
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Video
Verwachtingstheorie van Vroom
bestaat uit drie stappen
1) Verwachting
Verhouding tussen de inspanning en prestatie. De medewerker verricht meer inspanning als er goede resultaten behaald kunnen worden
2) Instrumentaliteit
Verhouding tussen inspanning en beloning. De medewerker verricht meer inspanning als er een bepaalde beloning aan vast zit
3) De waarde
Aantrekkelijkheid van de beloning. De beloningen voor de medewerker is hem meer waard.
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Een medewerker zal meer inspanning verrichten als:
hij de kans hoger inschat om goede resultaten te behalen
de kans groter is dat daar een bepaalde beloning aan vast zit
de beloning voor hem meer waard is
Mate van motivatie = verwachting x instrumentaliteit x waarde
Slide 15 - Tekstslide
In de volgende slide uitwerken
Wat is de grootste stimulans (motivator) voor werk
Slide 16 - Tekstslide
stimulans in werk
Slide 17 - Woordweb
Slide 18 - Tekstslide
Aan het werk
Wat?
Maak een verslag wat jouw motiveert (intrinsiek en extrinsiek) om naar school, werk, sport enz te gaan. Verwerk 1 van de 3 motivatietheorieën in je verslag.