Les 13 en 14 - Informatie verstrekken 1

Les 13 en 14 - Informatie verstrekken 1

Lesdoelen

Voor een leidinggevende (of andere betrokkene) een beknopt rapport opstellen met de juiste (in een tabel of grafiek) samengevatte informatie. 

Vandaag:

• Managementinformatie
• Gegevens lezen en rapporteren
• Begeleidend schrijven
• AVG
• Slottest

Wat is managemeninformatie?

Managementinformatie

Een bedrijf verzamelt veel soorten gegevens. Deze gegevens kunnen bijvoorbeeld gaan over de leeftijd van medewerkers, maar ook over het aantal verkochte goederen. Dit soort gegevens is te gedetailleerd voor managers.

Managers willen informatie op hoofdlijnen. Ze hebben informatie nodig om leiding te kunnen geven. Vaak is dat informatie waarmee ze een vergelijking kunnen maken. Bijvoorbeeld is de omzet hoger of lager dan de vorige maand, of dezelfde maand vorig jaar of in vergelijking tot de concurrent? Met dit soort informatie kan een manager bijsturen als zaken niet zo lopen als verwacht of gewenst.

Deze informatie kan de vorm hebben van een tabel of grafiek. Ook zijn vergelijkingscijfers zoals kengetallen handig om de (financiële) situatie in kaart te brengen. Of om te kijken of de doelstellingen van het bedrijf wel worden gehaald. Daarnaast zijn cijfers waarmee een begroting en de werkelijke kosten worden vergeleken een handig sturingsmiddel. 

Opdracht 1a en b - Managementinformatie
(20 minuten)

Ga in SPL naar de taakmodule Informatie verstrekken 1

Ga naar 1 Managementinformatie en maak opdracht 1a en 1b

Opdracht klassikaal bespreken

Waarom rapporteren? (opdracht 2)

Docent gaat in SPL naar de taakmodule Informatie verstrekken 1

En legt de theorie 'Waarom rapporteren?' uit

Opdracht 3 - Weet wat je nodig hebt (20 minuten) 

In een rapport staan vaak veel gegevens. Er staan bijvoorbeeld namen in, maar ook cijfers, jaartallen of percentages. Gelukkig zijn er manieren om het grote bestand overzichtelijk te maken en alleen de informatie die je nodig hebt naar voren te halen.  

Vervolgens geeft docent uitleg over 'Gegevens typeren' (zie opdracht 3 - inleiding)

Na de uitleg ga je in SPL naar opdracht 3 

We maken klassikaal opdracht 3a, b en c

Opdracht 4 - Wat betekent het? (30  minuten)

Als je een rapport met veel gegevens maakt, is het handig om de gegevens te filteren. Daarnaast is het handig om te weten hoe je de gegevens kunt aflezen. Dit noem je interpreteren. Je legt uit wat de gegevens betekenen. Hoe je dat doet, leer je in dit onderdeel.   

Ga in SPL naar de taakmodule Informatie verstrekken 1

Ga naar 4 Wat betekent het en maak opdracht 4a, b en c

Opdracht klassikaal bespreken

Begeleidend schrijven

Wanneer je leidinggevende jou heeft gemaild met een vraag over een rapportage, is het belangrijk om de juiste informatie terug te sturen. Hierbij is het handig om een omschrijving van het rapport mee te sturen. Zo weet jouw leidinggevende precies wat er met het rapport wordt bedoeld.  

Docent gaat in SPL naar opdracht 5 Begeleidend schrijven en legt de theorie uit. 

Opdracht 5 - Begeleidend schrijven (20 minuten)

Ga in SPL naar de taakmodule Informatie verstrekken 1

Ga naar 5 Begeleidend schrijven en we maken eerst klassikaal opdracht 5a. Vervolgens maak je zelfstandig opdracht 5b

De opdracht bespreek je met je buurman of buurvrouw. 

Voor docent: uitwerking na bespreking met buurman of buurvrouw laten zien

Opdracht 6 - Rapporteren 

In de vorige opdrachten heb je geleerd hoe je een rapport kunt interpreteren. Ook heb je geleerd hoe je iemand een mail kunt schrijven met daarin de belangrijkste informatie uit een rapport. Nu ga je beide onderdelen samenvoegen.  

Opdracht 6 - Rapporteren (30 minuten)

Ga in SPL naar de taakmodule Informatie verstrekken 1

Ga naar 1 Managementinformatie en maak opdracht 6a, b en c

Opdracht klassikaal bespreken

Wat is AVG?

Voor docent: AVG

Bijna iedereen vindt privacy erg belangrijk. In de Algemene Verordening Gegevensbescherming, afgekort de AVG, staan veel regels over privacy. Door deze wet word je beschermd en worden er niet allemaal persoonsgegevens van jou verspreid.

Welke gegevens van jezelf deel jij met anderen?

Waarom deel jij die informatie?

Opdracht 7 - Weet wie je informeert

Het is natuurlijk heel handig als je allemaal rapporten met gegevens kunt inzien. Maar soms staan er ook gegevens in die niet iedereen hoeft te weten. Wanneer kun je gegevens wel delen en wanneer beter niet?  

Opdracht 7 - Weet wie je informeert
(20 minuten)

Ga in SPL naar de taakmodule Informatie verstrekken 1

Ga naar 1 Managementinformatie en ga naar opdracht 7.
We maken klassikaal opdracht 7a en vervolgens maak je zelfstandig opdracht 7b

Opdracht klassikaal bespreken

Opdracht 9 - Slottest (10 minuten)

Ga in SPL naar de taakmodule Informatie verstrekken 1 

Ga naar 9 Slottest en maak de slottest

Resultaat klassikaal bespreken

Voor docent: gebruik adviestabel van docenteninformatie

Afsluiting

• Terugkoppeling les;
• Vragen?