Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
grammatica expertgroepjes
WELKOM
lidwoorden
zelfstandig naamwoord
bijvoeglijk naamwoord
1 / 19
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
In deze les zitten
19 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
WELKOM
lidwoorden
zelfstandig naamwoord
bijvoeglijk naamwoord
Slide 1 - Tekstslide
Lidwoord
de
,
het
,
een
kan voor het zelfstandig naamwoord
je hebt een bepaald en onbepaald lidwoord
Slide 2 - Tekstslide
onbepaald
en
bepaald
lidwoord
Bepaalde
lidwoorden:
de en het
Onbepaald
lidwoord
:
een
Slide 3 - Tekstslide
Waar kan je in een van de 4 zinnen het onbepaald lidwoord vinden?
A
Waar kan je de appels kopen?
B
Waar kan ik een appel kopen?
C
Hebben wij tijdsnoot?
D
Hoeveel kost de zak chips in de AH?
Slide 4 - Quizvraag
Wat is in deze het onbepaald lidwoord
Vandaag ga ik een nieuwe fiets kopen.
Slide 5 - Open vraag
Wat is in deze zin het bepaald lidwoord?
Valt de appel ver van de boom
A
de
B
het
C
boom
D
van
Slide 6 - Quizvraag
Wat is in deze zin het bepaald lidwoord?
Hoe ging het leren voor Duits?
Slide 7 - Open vraag
Zelfstandig naamwoord
Een zelfstandig naamwoord is een dier, mens, plant, ding en gevoel
Voor een zelfstandig naamwoord kan je altijd een lidwoord zetten.
Eigennamen zijn ook zelfstandig naamwoorden.
Slide 8 - Tekstslide
Eigennamen
Eigennamen zijn namen van:
mensen
,
landen
en
steden
.
Bijvoorbeeld:
Nederland
,
A
msterdam
en
Sophie
.
Slide 9 - Tekstslide
Vind het zelfstandig naamwoord
Het konijn springt heel hoog
A
heel hoog
B
springt
C
konijn
D
het
Slide 10 - Quizvraag
Vind alle zelfstandig naamwoorden
De Duitse docent denkt dat hij een wijze man is
Slide 11 - Open vraag
Vind alle zelfstandig naamwoorden.(eigennamen)
Amsterdam is een drukke stad
A
Amsterdam, stad
B
is
C
een
D
drukke
Slide 12 - Quizvraag
Wat is het zelfstandig naamwoord in deze zin?
De Nederlandse docent is heel aardig.
Slide 13 - Open vraag
Bijvoegelijk naamwoord.
Zegt iets over het zelfstandig naamwoord .
Slide 14 - Tekstslide
Wat is het bijvoegelijk naamwoord in deze zin?
Willem koopt een grote fiets.
A
koopt
B
fiets
C
een grote
D
grote
Slide 15 - Quizvraag
Wat is het bijvoegelijk naamwoord in deze zin?
De grote gele olifant loopt over de stoep.
A
grote
B
loopt
C
gele
D
grote gele
Slide 16 - Quizvraag
Wat is het bijvoegelijk naamwoord in deze zin?
De kleine rode ambulance redde veel mensen.
A
kleine rode
B
kleine rode veel
C
redde veel
D
kleine rode rede
Slide 17 - Quizvraag
Wat is het bijvoegelijk naamwoord in deze zin?
Is de man heel erg aardig?
Slide 18 - Open vraag
Wat is het bijvoegelijk naamwoord in deze zin?
Is de rode appel heel erg lekker?
Slide 19 - Open vraag
Meer lessen zoals deze
Grammatica wat weet ik? (zelfdt nw, lidwoord. bijv.naamwoord)
November 2024
- Les met
16 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Grammatica wat weet ik? (zelfdt nw, lidwoord. bijv.naamwoord)
September 2022
- Les met
19 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
1kth2 Ontleden woordsoorten (5)/ voorzetsels
Februari 2024
- Les met
11 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Herken het werkwoord
Maart 2023
- Les met
19 slides
KL1P1 gram znw bnw lw
September 2024
- Les met
27 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
7-1: herhalen grammatica 1
Oktober 2024
- Les met
17 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
10022021
Februari 2021
- Les met
22 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
1. Lidwoord en zelfstandig naamwoord
Maart 2024
- Les met
24 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1