H4: Taalverzorging 4.1

• Ned
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

H4: Taalverzorging 

4.1 grammatica

Hoe vinden we het wwg?

1. Zoek de PV

2. Zoek alle andere werkwoorden in de zin en schrijf die achter de persoonsvorm

De docent voert de cijfers meteen in.

Hij schrijft de antwoorden niet op.

Onderwerp

wie of wat + gezegde

Hoe vinden we het onderwerp?

1. Schrijf het wwg op.

2. Stel de vraag: wie of wat + wwg

Wat is het onderwerp van deze zin?
"Koken zijn ouders wel eens samen?"

Heeft Pim de wedstrijd gewonnen?

Lijdend voorwerp

wie of wat + wwg + ond

Lijdend voorwerp: Wat of wie + wwg + ond?

Mijn ouders hebben voor ons sushi gemaakt.

Wat is het lijdend voorwerp?

Lijdend voorwerp: Wat of wie + wwg + ond?

Morgen hebben we een toets.

Wat is het lijdend voorwerp?

Meewerkend voorwerp

"De ontvanger"

MV

aan wie/voor wie + wwg + ond + lv

De aanvoerder gaf zijn medespelers de bal.

aan wie gaf de aanvoerder de bal?

Benoem het meewerkend voorwerp. Geen meewerkend voorwerp? Noteer dan 'geen'

Tom heeft het mij toch verteld.

Benoem het meewerkend voorwerp. Geen meewerkend voorwerp? Noteer dan 'geen'

Zij heeft hem het nieuwtje al verteld.

Benoem het meewerkend voorwerp. Geen meewerkend voorwerp? Noteer dan 'geen'

Heb je voor mij ook een blikje meegebracht?

Bijwoordelijke bepaling

waar, wanneer, hoe of waarom iets gebeurt

BWB

Geeft antwoord op: waar, wanneer, waardoor, waarmee, waarnaar, wanneer, hoe en hoeveel

WWG

OND

LV

MV

BWB

tandpasta

de

mij

jij

Wil

aangeven?

even

Ontleed de zin. Sleep de zinsdelen naar de juiste benamingen..

wwg

OND

LV

MV

BWB

De regering

legt

om twee uur

precies

een verklaring

af

op televisie.

Ontleed de zin. Sleep de zinsdelen naar de juiste benamingen.

wwg

ond

lv

mv

bwb

Laat

je schaatsen

vanavond

voor 4 uur

slijpen.

Enkelvoudige en samengestelde zinnnen

Enkelvoudige zin

1 persoonsvorm

Samengestelde zin

2 of meer persoonsvormen

Enkelvoudige of samengestelde zin?

'... als ik mijn pianoles kan afzeggen.'

1. enkelvoudig
2. samengesteld

Het onderwerp (ik) staat niet naast de persoonsvorm (kan).

Enkelvoudige of samengestelde zin?

Wij hebben in ons winkelcentrum een warme bakker.

1. Enkelvoudig
2. Samengesteld

Enkelvoudige of samengestelde zin?

'Ik ben moe en ik heb geen zin om te gaan trainen.'

1. Enkelvoudig
2. Samengesteld

Verander tijd: 'Ik was moe en had geen zin om te gaan trainen'.

'Ben' en 'heb' veranderen, dus 2 persoonsvormen, dus samengestelde zin. 

Merk op dat in allebei de zinnen het onderwerp naast de persoonsvorm staat. Het zijn dus allebei hoofdzinnen. 

Vragend voornaamwoord

verwijst naar personen of dingen en "vraagt" daar iets over.

Leren

Wie, wat, welke en wat voor

Staan meestal aan het begin van de zin!

Maak zinnen vragend, dan komen ze vooraan te staan.