1 Goede start: persoonsvorm
1 / 16
Lesduur is: 15 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Maak enkelvoud of meervoud van de persoonsvorm.
De lobby's lijken op een sprookjesboek.
De lobby's lijken op een sprookjesboek.
Slide 6 - Open vraag
Maak enkelvoud of meervoud van de persoonsvorm.
Een gast betaald $400 per nacht.
Een gast betaald $400 per nacht.
Slide 7 - Open vraag
Maak enkelvoud of meervoud van de persoonsvorm.
Toeristen vinden dat vaak te duur.
Toeristen vinden dat vaak te duur.
Slide 8 - Open vraag
Maak enkelvoud of meervoud van de persoonsvorm.
Een trucje is: neem alleen een drankje.
Een trucje is: neem alleen een drankje.
Slide 9 - Open vraag
In welke tijd staat de zin?
In Engeland werd een reclame verboden voor een middel tegen puistjes.
In Engeland werd een reclame verboden voor een middel tegen puistjes.
A
tegenwoordige tijd
B
verleden tijd
Slide 10 - Quizvraag
In welke tijd staat de zin?
Je zag de foto's van voor en na de behandeling.
Je zag de foto's van voor en na de behandeling.
A
tegenwoordige tijd
B
verleden tijd
Slide 11 - Quizvraag
In welke tijd staat de zin?
Die foto's zijn niet eerlijk, zegt de reclamecommissie.
Die foto's zijn niet eerlijk, zegt de reclamecommissie.
A
tegenwoordige tijd
B
verleden tijd
Slide 12 - Quizvraag
In welke tijd staat de zin?
Je ziet eerst een meisje met een vette huid zonder make-up.
Je ziet eerst een meisje met een vette huid zonder make-up.
A
tegenwoordige tijd
B
verleden tijd
Slide 13 - Quizvraag
In welke tijd staat de zin?
En op de volgende foto draagt het meisje wel make-up.
En op de volgende foto draagt het meisje wel make-up.
A
tegenwoordige tijd
B
verleden tijd
