In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Introductie
Doel: ik kan woorden met eerd en aard zonder fouten schrijven.
Instructies
Deze les wordt gedifferentieerd aangeboden. De les gaat over de categorie weetwoorden eerd of aard. Dit is in groep 5-6 ook al aangeboden. Attendeer de leerlingen erop dat je eert of aart hoort maar dat je eerd of aard schrijft, Daarom behoren deze woorden tot weetwoorden en moet je deze uit je hoofd leren.
Aanbod
De les start met uitleg over woorden met eerd en aard met uitlegbladen. Oefen daarna klassikaal, hardop de woorden met eerd en aard. Wat valt de leerlingen op? Daarna oefenen de leerlingen met deze categorie woorden. De leerlingen vullen de zin aan met een eerd of aard woord.
De les eindigt met reflectie op het doel (zie reflectieblad in de bijlage).
Doel: ik kan woorden met eerd of aard zonder fouten schrijven.
Slide 2 - Tekstslide
Bespreek het doel van deze les. Wat gaan de leerlingen deze les oefenen/leren?
Wat zie je op het plaatje ?
baard
gefeliciteerd
Slide 3 - Sleepvraag
Wat zien ze op het plaatje? Dit is tevens meteen kennismaking met eerd en aard woorden: gefeliciteerd en baard.
Bekijk via het oogje de woordkaarten.
Slide 4 - Tekstslide
Bekijk samen de woordkaarten. Klik op het oogje om het uitlegblad te openen. Daarna heb je de mogelijkheid om de afbeelding te vergroten (inzoomen). Zodra je het volgende oogje opent, sluit automatisch het huidige oogje dat open staat.
Bekijk het uitlegblad.
Slide 5 - Tekstslide
Bekijk samen het uitlegblad. Klik op het oogje om het uitlegblad te openen. Daarna heb je de mogelijkheid om de afbeelding te vergroten (inzoomen).
Lees de woorden.
Wat valt je op?
Slide 6 - Tekstslide
Antwoord: alle woorden eindigen op aard.
Lees de woorden.
Wat valt je op?
Slide 7 - Tekstslide
Antwoord: alle woorden eindigen op eerd.
Maak af:
Heb jij je wel ingesm......
A
aard
B
eerd
C
aart
D
eert
Slide 8 - Quizvraag
Antwoord B: eerd.
Heb jij je we ingesmeerd?
Maak af:
Stop! Dat gaat helemaal verk......!
A
aard
B
eerd
C
aart
D
eert
Slide 9 - Quizvraag
Antwoord B: eerd.
Heb jij je we ingesmeerd?
Maak af: Als je iets niet durft dan ben je een laf...
Maak af:
Vandaag bezoeken wij de wijng......
A
aard
B
eerd
C
aart
D
eert
Slide 10 - Quizvraag
Antwoord A: aard.
Vandaag bezoeken wij de wijngaard.
Maak af: Als je iets niet durft dan ben je een laf...
Maak af:
Dat is toch een kat geen jachtluip......?!
A
aard
B
eerd
C
aart
D
eert
Slide 11 - Quizvraag
Antwoord A: aard.
Dat is toch een kat geen jachtluipaard?!
Welk woord is goed geschreven ?
A
gefeliciteert
B
geleend
C
luiaart
D
gepresteert
Slide 12 - Quizvraag
Antwoord B: geleend.
Welk woord is goed geschreven ?
A
gefeliciteert
B
luiaard
C
gesmeert
D
gepresteert
Slide 13 - Quizvraag
Antwoord B: luiaard.
Welk woord is
fout geschreven?
A
gesmeerd
B
geleerd
C
Spanjaard
D
aarte
Slide 14 - Quizvraag
Antwoord D: aarte moet zijn aarde.
Welk woord is
fout geschreven?
A
aarde
B
geleerd
C
Spanjaard
D
gesmeert
Slide 15 - Quizvraag
Antwoord D: gesmeert moet zijn gesmeerd.
Lees de woorden.
Wat valt je op?
Slide 16 - Tekstslide
Antwoord: alle woorden eindigen op eerd of aard.
Ga aan de slag met de werkbladen.
Slide 17 - Tekstslide
Deel nu de werkbladen uit. Let op: het werkblad met de aanduiding 'start' linksboven in de hoek, is voor de volgende les om te checken of iedereen de lesstof van deze les beheerst.
Heb je de werkbladen nog niet in je bezit? Je kan de werkbladen per fase bestellen. Mail ons: info@defact-o.nl
Reflecteren
Slide 18 - Tekstslide
Laat de leerlingen antwoord geven op de reflectievragen.
Je kan dit mondeling doen, maar je kan er ook voor kiezen om dit te laten invullen op het reflectieblad dat als bijlage is toegevoegd. Dit blad kan daarna ook opgenomen worden in de portfoliomap.
Tot de volgende keer
Deze les is gemaakt door DEF@ctO. Op de vermelde bronnen na, alle rechten voorbehouden aan team DEF@ctO.