6.2 Gelijkvormige driehoeken

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 2

Nodig:

boek, blz 69

schrift

pen

laptop

rekenmachine

geodriehoek

Planning

- Herhaling 6.1

- Lesdoel

- Instructie 6.2.1

-Aan de slag

-Afsluiting

Herhaling 6.1

Schrijf de formule op voor de vergrotingsfactor

Wat is de vergrotingsfactor van deze sticker?

1. 4,5
2. 0,45
3. 2,22
4. 0,22

Lesdoel

Aan het einde van de les kun je gelijkvormigheid herkennen in gelijkvormige driehoeken.

oplossing

25.
Welke driehoek is de vergroting van driehoek ABC? Waarom?

1. PQR
2. KLM
3. DEF
4. Geen

Teken een driehoek ABC:

AB = 2 cm

AC = 3 cm

hoek A = 90 graden

Teken ernaast een 

driehoek DEF:

DE = 4 cm

DF = 6 cm

hoek D = 90 graden

∆ABC ~ ∆DEF

Statistiek

Van de driehoeken KLM en PQR zijn de hoeken even groot. Daarom zijn de driehoeken gelijkvormig.

De hoeken die even groot zijn heten:

overeenkomstige hoeken

Zo is 

∠K=∠Q,∠L=∠R,∠M=∠P

Bij het opschrijven van driehoeken zet je de overeenkomstige hoeken op dezelfde plaats dus:  

∠K=∠Q,∠L=∠R,∠M=∠P

ΔKLM=ΔQRP

kleinste ∆

grootste ∆

Aan de lettervolgorde zie je ook welke zijden een vergroting van elkaar zijn.

QR is een vergroting van KL

RP is een vergroting van LM

QP is een vergroting van KM

Zelf maken

blz 71

opgaven: 27 t/m 31

Klaar?

- blz 68 L1/L2/L3 maken.

- Voorkennis blz 56 afmaken

-Gebruik de tekens!

- Gebruik de tabel!

Je ruimt pas op als ik dat aangeef!

Samenvatting

Help mij om te weten te komen of ik de uitleg goed heb gegeven door je zelf een cijfer te geven van 1 t/m 5 of je

- weet wat gelijkvormige driehoeken zijn

- weet hoe je gelijkvormigheid kunt laten zien

6.2.2 Gelijkvormige driehoeken

Nodig:   -Boek, deel 2 blz 73

-schrift

-geodriehoek

-pen

-rekenmachine

Planning

- Herhaling 6.2.1 (5 min)

- Lesdoel (2 min)

- Instructie (20 min)

- Zelf aan de slag (20 min)

- Afsluiting (2 min)

Herhaling 6.2.1

Eerst even kijken wat jullie nog weten van gelijkvormige driehoeken

 Welke hoek is even groot als hoek A?

1. B
2. D
3. E
4. F

Welke lijn is gelijkvormig met lijn BC?

1. AB
2. DF
3. DE
4. EF

Wat kun je zeggen over deze 2 driehoeken?

dat ze .............. zijn

Lesdoel

In deze les leer je:

Lengtes van zijden van gelijkvormige driehoeken berekenen.

Waar kun je dit voor gebruiken?

-bijvoorbeeld:

van bouwtekening naar werkelijkheid (bouwen)

oplossing

stap voor stap

- Schrijf de gelijkvormigheid van de 2 driehoeken op in de tabel (zie les 6.2.1!)

-Vul de maten in die je weet

- Bereken de vergrotingsfactor

-Bereken de gevraagde zijden

Instructie

kleinste ∆

grootste ∆

Aan de slag

opgaven 34 t/m 38 maken

Klaar?

- Verder met blz 56

-Daarna: L-oefeningen blz 68 en 77 maken

- NUMO

Niet eerder opruimen voordat ik het aangeef!

Maar snap je het niet:

1. lees de theorie 

2. vraag aan je schoudermaatje

3. vraag dan pas aan de docent.

Samenvatting

Help mij om te weten te komen of ik de uitleg goed heb gegeven door je zelf een cijfer te geven van 1 t/m 5 of je

- lengtes van zijden van gelijkvormige 

   driehoeken kunt berekenen.