05 Herhaling modus (wijs)

1 / 10
volgende
Slide 1: Interactive video met 5 slides
GrieksMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

5

Slide 1 - Video

00:49
De coniunctivus (en de optativus) worden zogenaamd "modaal" gebruikt. Wat houdt "modaliteit" in?

Slide 2 - Open vraag

01:08
Wat is de 3e pers. praesens van de coniunctivus van δείκνυμι?
A
δείκνυσι
B
δείκνυοι
C
δεικνύῃ
D
δεικνύτω

Slide 3 - Quizvraag

01:09
Wat is de 1e pers meervoud praesens van de coniunctivus van βούλομαι?
A
βούλεται
B
βουλώμεθα
C
βουλέτω
D
βουλόμεθα

Slide 4 - Quizvraag

01:37
Is λύσοιμι optativus van futurum of van aoristus?
A
futurum
B
aoristus

Slide 5 - Quizvraag

01:38
Wat is de optativus van de aoristus?
A
λύσαιμι
B
λύοιμι
C
λύσοιμι
D
λύσωμι

Slide 6 - Quizvraag

Tekst 24B, regels 11-12:
ἐρώτων ἑκάστη ὅπου εἴη ὁ ἑαυτῆς ἀνήρ
Noem modus en functie.

Slide 7 - Open vraag

Tekst 24B, regels 16-17:
ἵνα δὴ αἱ γυναῖκες περόναις μηκέτι χρῶντο
Noem modus en functie.

Slide 8 - Open vraag

Wb: 23B, TO C, #2 (p. 106):
ἡ μήτηρ ἤρετο τὸν υἱὸν πότερον μένειν βούλοιτο ἤ ἀπελθεῖν.
Vertaal de zin

Slide 9 - Open vraag

Wb: 23B, TO C, #5 (p. 106):
ὁ τύραννος ἤλπιζε ὡς ἐν τῇ ἑαυτοῦ γῇ τελευτήσοι
Vertaal de zin

Slide 10 - Open vraag