Les 1 - A&F darmen

Les 1
A&F
darmen
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Les 1
A&F
darmen

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe heb jij je op deze les voorbereidt?
A
Niet
B
Een beetje
C
Voldoende

Slide 2 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Even opfrissen!

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dunne darm
Dikke darm
Lever
Alvleesklier
Endeldarm
Rectum
Slokdarm
Maag

Slide 4 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Hoe heet de de kringspier die de overgang vormt van maag naar dunne darm?
A
Coecum
B
Chylus
C
Pyelum
D
Pylorus

Slide 6 - Quizvraag

Chylus: lymfevocht
Pylorus: maaguitgang
Coecum: blinde darm
Pyelum: nierbekken
De ileocaecale klep bevindt zich tussen de dikke darm en:
A
Het jejunum
B
Het duodenum
C
Het ileum
D
De colon descendens

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dikke darm, blinde darm en endeldarm
  • Onder de overgang van dunne naar dikke darm ligt de blinde darm, met wormvormig aanhangsel. Geen functie vertering
  • Dikke darm: Onverteerde voedselresten. Bevat nog veel water.
  • Ingedikte, onverteerde voedselresten --> endeldarm.
  • Tijdelijke opslag die wordt afgesloten met een kringspier.
  • Wanneer de tijd rijp is..... 

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Op welke sluitspier kun je bewuste controle uitoefenen?
A
Inwendige sluitspier
B
Uitwendige sluitspier

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Juist of onjuist?

Het opknippen in het darmkanaal van grote moleculen tot kleinere moleculen noem je mechanische vertering. (R)
A
juist
B
onjuist

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Mechanische vertering:
  • kneden, kauwen en mengen van het voedsel door gebit en spieren. bijv. kauwen, darmperistaltiek

Chemische vertering:
  • het fijn gekauwde voedsel verder afbreken door verterings- sappen met enzymen.
2 soorten vertering

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verteringssappen
= sappen gemaakt door spijsverteringsklieren.
  • Speekselklieren
  • Maagsapklieren
  • Lever
  • Alvleesklier
  • Darmsapklieren

Bevat vaak enzymen;
helpen met het omzetten van een 
voedingsstof in een andere stof die
opgenomen kan worden door het lichaam.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Enzymen
  • Enzymen zijn stoffen die  reacties sneller laten verlopen.
  • Het enzym zelf verandert niet en kan opnieuw gebruikt worden.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Enzym-werking:

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

peristaltische bewegingen

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Enzymen zijn nodig bij de
A
Mechanische vertering
B
Chemische vertering

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Koolhydraten en eiwitten worden vanuit de darmen opgenomen in het bloed door:
A
Villi
B
Lymfen
C
Mucosa
D
Ductus

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Dunne darm
De totale lengte: 6 meter
Twaalf vingerige darm – 25 cm
Nuchtere darm – 2,5 meter
Kronkeldarm – 3,5 meter

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

dunne darm

Darmplooien, darmvlokken  en microvilli--> oppervlaktevergroting

Dunnedarmsap--> enzymen 
Opname van verteerde voedingsstoffen

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

dunne darm
Darmplooien, villi  en 
microvilli-> oppervlaktevergroting

contactoppervlak 150 tot 200 M2

Dunnedarmsap--> enzymen 
Opname van verteerde voedingsstoffen

Slide 22 - Tekstslide

darmvlokken=villi
borstelzoom= microvilli
Dunne darm
  • Darmsapklieren produceren darmsap
  • Darmsap: Enzymen die de vertering van eiwitten en koolhydraten verder afmaken
  • Water met voedingsstoffen en verteringsproducten worden opgenomen via de darmwand (villi=darmvlokken)

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dunne darm
-oppervlakte vergroting door
darmplooien en darmvlokken
-opname in bloed door veel haarvaatjes

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

0

Slide 29 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Colon
  • produceert feces
  •  6 onderdelen
  1. Coecum (Blindedarm) 
  2. Colon ascendens  
  3. Colon transversum
  4. Colon descendens 
  5. Sigmoïd (S vormige deel)
  6. Rectum (Endeldarm)

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De dikke darm
De dikke darm (colon): Laatste deel van de spijsvertering
  • Ongeveer 1.5 meter lang
  • Bevat onverteerde resten uit dunne darm
  • Bevat veel (goede) bacteriën
  • Bacteriën produceren o.a. vitamine K!
  • Dikke darm neemt ook vocht op uit voedselbrij

Ontlasting: Slijm, water, onverteerde voedingsresten en 
darmbacteriën

Slide 31 - Tekstslide

Krijgt binnen wat de dunne darm niet kan verwerken, zoals voedingsvezels. Deze voedingsvezels worden afgebroken door de bacteriën in de dikke darm. 

De dikke darm neemt de door bacteriën geproduceerde vitamine K op. Vitamine K is nodig voor de bloedstolling.
Ziekten van de verschillende darmlocaties/functies

slijmvlies van alle darmen: 
- enteritis (pg 4.2) 
     door microorganisme uit voedsel? >
     dan heet het: voedselvergiftiging. 

Alle lagen, in alle darmen: 
      ziekte van Crohn (pg 4.3 + extra info 
        hier in presentatie) 

alle darmen: 
 - ileus (pg 4.4.) 
                 (ook wel 'acute buik' genoemd)
     mechanisch: een echte fysieke    
                             obstructie 
     paralytisch: peristaltiek verloopt niet 
                           (goed) 
duodenum pg 4.1:  
 - ulcus duodeni


Dikke darm: 
- enteritis alleen dikke darm
     slijmvlieslaag: Colitis Ulcerosa. ( paragraag 5.2 en   
        hier in presentatie)
- appendicitis (pg 5.1) 
- diverticulose en diverticulitis (zie pg 5.3. zelf lezen) 
- obstipatie (pg 5.4) 
      > kan soms ileus veroorzaken. (pg 4.4)
- poliepen > polyposis (pg 5.5) 
                complicatie > coloncarcinoom 

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aandoeningen dunne darm
De ziekte van Crohn
Coeliakie
Gastro-enteritis en enteritis
Ileus (darmafsluiting)
Prikkelbare darmsyndroom (PDS)


Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Volgende week
Aandoeningen aan de dunne darm

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk
Verdieping:
Lees: A&F 10.9 t/m 10.13.4 (blz 315 t/m 328)
Bekijk: https://youtu.be/C37hic9Woag (Spijsvertering)
Oefen: https://www.anatomie-online.nl/spijsvertering.html
Maak: opdracht 1 – Spijsvertering 2
Voorbereiding:
Lees: * A&F:10.14 (blz 328 t/m 333)
             * IGC: Hfst 8.8 (blz 399 t/m 415)
Bekijk: https://youtu.be/FftHnFBodWI (Crohn)


Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies