20-21 / Goederenstroom H3 par. 3.4 (gemiddelde voorraad)

1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
RetailMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Goederenstroom
Klas 1hodc
Schooljaar 2020-2021
Opleiding Ondernemer Retail
Docent: mevrouw Jansen

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we deze les doen?
  • Kennis toetsen:
    - berekening economische voorraad (par. 3.1)
    - derving en dervingspercentage (par. 3.3)
  • Uitleg par. 3.4 - gemiddelde voorraad berekenen

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoelen:
  • Na deze les kan je de gemiddelde voorraad berekenen.

Slide 4 - Tekstslide

De waarde van de voorraad in een winkel is € 37.600 / Een deel van de voorraad is voor € 12.495 verkocht / De inkoopwaarde van deze voorraad is € 9.500 / Bij de fabrikant heeft de winkel een bestelling geplaatst voor een bedrag van € 16.800 / Bereken de economische voorraad.

Slide 5 - Open vraag

De administratieve voorraad in een winkel is € 156.231,25 / de werkelijke voorraad is € 148.963,25 / Wat is het dervingspercentage? Rond af op twee decimalen.

Slide 6 - Open vraag

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Begin- en eindvoorraad
  • Als je de gemiddelde voorraad voor een periode wilt berekenen, dan moet je daarvoor weten
      wat de voorraad aan het begin van de periode was en wat de voorraad aan het eind van de
      periode was.
  • Deze voorraden noem je de beginvoorraad en de eindvoorraad.
  • Een integrale inventarisatie kan helpen bij het vaststellen van de voorraad op een bepaald
     moment.

Slide 9 - Tekstslide

Twee meetmomenten
  • Je kunt de gemiddelde voorraad berekenen aan de hand van
      twee meetmomenten in een periode (meestal een maand,
      kwartaal of een jaar)
  • Je meet dan met de begin- en eindvoorraad in die periode.
  • Je krijgt dan de volgende formule.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Meerdere meetmomenten
  • De meeste ondernemers bepalen hun voorraad vaker per jaar.
  • Dit noem je tussenvoorraden.
  • Als je nu de gemiddelde voorraden wilt berekenen (met meerdere meetmomenten), dan
     gebruik je alle voorraadaantallen die beschikbaar zijn.
  • Je krijgt dan de volgende formule.

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Oefenvraag
Bereken de gemiddelde voorraad met de volgende voorraadaantallen van de fietstas 'Carrier':
1 januari            : 34 stuks
1 april                 : 30 stuks
1 juli                    : 40 stuks
1 oktober          : 28 stuks
31 december  : 22 stuks

Slide 14 - Tekstslide

Huiswerk
  • Maken H3 (par. 3.4) - vraag 35 t/m 46 op pag. 125 t/m 128 in je boek
  • Inleveropdracht zie in Teams
  • Inleveren ma. 28.09.2020


Slide 15 - Tekstslide