Ga rustig zitten. Telefoon in de tas, pak je boek en begin met lezen. Geen leesboek mee? Dan krijg je een vervangende opdracht en zet ik dit in somtoday.
Welkom klas 2
Grammatica
timer
10:00
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2,3
In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Ga rustig zitten. Telefoon in de tas, pak je boek en begin met lezen. Geen leesboek mee? Dan krijg je een vervangende opdracht en zet ik dit in somtoday.
Deze week proeftoets Dan plan ik de toets in (1e of 2e week na herfstvakantie)
Slide 4 - Tekstslide
Wat leer je deze les?
Hoe je een bijstelling kunt herkennen en benoemen.
Hoe je een wederkerend en een wederkerig voornaamwoord herkent en benoemt.
Slide 5 - Tekstslide
De bijstelling, wat is het?
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Herhaling:
De bijstelling staat altijd tussen twee komma's wanneer het in het midden van de zin staat of tussen een komma en een punt als het aan het einde van de zin staat:
Ik heb bloemen, een bos rozen, van mijn vriendin gekregen.
Het onderzoek werd geleid door de heer Pietersen, een deskundige op het gebied van belastingfraude.
Slide 8 - Tekstslide
Opdracht 10 Eigen werk, bijvoorbeeld:
a. De leerplichtambtenaar, de heer Vink, zal volgende week de spijbelaars spreken.
b. De kok heeft mijn lievelingsmaaltijd, zalm met gewokte groenten, voor mij bereid.
c. Interessante verhalen over opgravingen staan elke maand in dit jongerentijdschrift, Know How.
3-5. Eigen werk
Slide 9 - Tekstslide
Opdracht 11.
1-2 Zin 1
ond: ze
wwg: houden vast
lv: hun buurman
bwb: Met één hand, stevig
Slide 10 - Tekstslide
Opdracht 11
Zin 2
ond: ze
wwg: steken
lv: De andere hand
bwb: juichend, in de lucht
Slide 11 - Tekstslide
Opdracht 11
Zin 3
ond: Deze zesenzestig surfers, de recordbrekers
wwg: hebben getrotseerd
lv: de golven
bwb: in Californië, op een supersurfplank, minstens tien seconden
Slide 12 - Tekstslide
Opdracht 11
Zin 4
ond: ze
wwg: verbeterden
lv: het wereldrecord met-zoveel-mogelijk-mensen-op-een-surfboard-staan
bwb: Daarmee, met negentien mensen
Slide 13 - Tekstslide
Opdracht 11
3 a een bijvoeglijke bepaling
b Een bijstelling noemt het voorafgaande in andere woorden nog een keer. Dat gebeurt hier niet. Het deel uit vraag a geeft extra informatie bij wereldrecord. Dan is het een bijvoeglijke bepaling.
Slide 14 - Tekstslide
Opdracht 11
4 a de recordbrekers is de bijstelling.
b Ja, dat kan, want de twee delen betekenen hetzelfde. Je kunt ze voor elkaar inwisselen. Dat is het kenmerk van een bijstelling.
Slide 15 - Tekstslide
Taalkundig ontleden
Wederkerend voornaamwoord
&
Wederkerig
voornaamwoord
Slide 16 - Tekstslide
wederkerend voornaamwoord
Slide 17 - Tekstslide
Wederkerig voornaamwoord
Het wederkerig voornaamwoord is elkaar, elkander en mekaar.
Het wederkerig voornaamwoord verwijst naar meer personen.
voorbeeld
De boksers wilden elkaar niet te veel bezeren.
elkander is oud-Nederlands woord met dezelfde betekenis als elkaar
Slide 18 - Tekstslide
Wederkerend voornaamwoord
wederkerend voornaamwoord
voorbeeld
eerste persoon ev.
me
ik schaam me
tweede persoon ev.
je
u
jij schaamt je
derde persoon ev.
zich
u schaamt u (zich)
eerste persoon mv.
ons
wij schamen ons
tweede persoon ev.
je
u
jullie schamen je
u schaamt u (zich)
derde persoon
zich
zij schamen zich
Slide 19 - Tekstslide
Wederkerig voornaamwoord
Er zijn drie wederkerige voornaamwoorden:
elkaar, mekaar en elkander
Slide 20 - Tekstslide
Opdracht 12
1 Argentijnse = bnw
2 een = lw
3 met = vz
4 ze = pers. vnw
5 opofferen = zww
6 kan = hww
7 uit = vz
Slide 21 - Tekstslide
Opdracht 12
8 vastzitten = zww
9 Na = vz
10 stuks = znw
11 zesstaartige = bnw
12 teju = znw
13 de = lw
14 plaatsen = znw
15 gaan = hww
Slide 22 - Tekstslide
Opdracht 12
2 a Bij is geen voorzetsel, want het staat niet aan het begin van een zinsdeel en het hoort bij er: erbij.
b Rond is geen voorzetsel, want het staat niet aan het begin van een zinsdeel en het hoort bij loopt: rondlopen.
Slide 23 - Tekstslide
Opdracht 15
1 Je = pers. vnw, tweede persoon enkelvoud
zijn = bez. vnw, derde persoon enkelvoud
mijne = bez. vnw, eerste persoon enkelvoud (zelfstandig gebruikt)
2 Wij = pers. vnw, eerste persoon meervoud
hun = pers. vnw, derde persoon meervoud
Slide 24 - Tekstslide
Opdracht 15
3 Hun = bez. vnw, derde persoon meervoud
hem = pers. vnw, derde persoon enkelvoud
zijn = bez. vnw, derde persoon enkelvoud
4 Onze = bez. vnw, eerste persoon meervoud
ons = pers. vnw, eerste persoon meervoud
jullie = pers. vnw, tweede persoon meervoud
Slide 25 - Tekstslide
Opdracht 17
1 je = pers. vnw
je = wederkerend vnw
2 jullie = pers. vnw
elkaar = wederkerig vnw
Slide 26 - Tekstslide
Opdracht 17
3 Wij = pers. vnw
ons = wederkerend vnw
mijn = bez. vnw
4 ik = pers. vnw
me = wederkerend vnw
jouw = bez. vnw
Slide 27 - Tekstslide
Wat is een voorbeeld van een wederkerend voornaamwoord?
A
schamen
B
elkaar
C
uitsloven
Slide 28 - Quizvraag
Wederkerend voornaamwoord
Vergis hij zich nu niet ?
A
Vergis
B
hij
C
zich
D
niet
Slide 29 - Quizvraag
Wat zijn de wederkerende voornaamwoorden?
A
ik, jij, hij, zij, wij, jullie
B
de, het, een
C
me, je, zich, u, ons
D
hij, hem, ze, zij, haar
Slide 30 - Quizvraag
weektaak
Herhalen grammatica zinsdeling, grammatica woordsoorten, pv vervoegen in de tt en vt. en bijstelling (herhaling)
Oefenen zinsdelen, woordsoorten en pv tt en vt online (zie bronnen bij it's learning)
In de volgende les: proeftoets en uitleg
Slide 31 - Tekstslide
Aan de slag
Lezen uitleg bijs (bijstelling) onderaan blz 21 in geel blok
Maken opdracht 10 en 11 (blz 22)
Oefenen bijst online Maken:
Opdr. 12, 15, 17 (boek blz 23-25)
en herhalingsopdr. 5 (stencil).
Volgende les: extra uitleg over de bijstelling en tijd om verder te werken
timer
10:00
Slide 32 - Tekstslide
Evaluatie
Je hebt je gemaakte opdrachten nagekeken. Hoe heb je het gedaan?
Hoe ging het zelfstandig werken?
Heb je vragen?
Slide 33 - Tekstslide
Huiswerk (zie planner)
Lezen uitleg bijst (bijstelling) onderaan blz 21 in geel blok
Maken opdracht 10 en 11 (blz 22)
Oefenen bijst online
Maken opdracht woordsoorten 12, 15, 17 (boek blz 23-25)
en herhalingsopdr. 5 (stencil).
Leesboek elke les mee (C of D) Veel succes en een fijne dag!