les7

Leerdoelen vorige lessen:
  • je weet het verschil tussen inkomsten in geld en inkomsten in natura.
  • je weet het verschil tussen inkomsten met tegenprestatie en inkomsten zonder tegenprestatie.
  • je weet hoe je van maand naar kwartaal rekent enzovoort.
  • je weet hoe je diverse getallen moet afronden.
  • je weet wat een tabel is, en hoe je deze moet lezen.
  • je weet wat het minimumjeugdloon inhoud.
  • je weet wat een wergever, en een werknemer is.
  • je weet wat loon is.
  • je weet het verschil tussen loon in geld en loon in natura.
  • je weet wat spraren is en je weet waarom mensen sparen.
  • je weet wat rente vergoeding is, en wanneer deze stijgt.
  • je kunt rekenen met rente.
  • je weet het verschil tussen loon in geld en loon in natura.
  • je weet welke redenen er zijn voor een hoger loon.
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Leerdoelen vorige lessen:
  • je weet het verschil tussen inkomsten in geld en inkomsten in natura.
  • je weet het verschil tussen inkomsten met tegenprestatie en inkomsten zonder tegenprestatie.
  • je weet hoe je van maand naar kwartaal rekent enzovoort.
  • je weet hoe je diverse getallen moet afronden.
  • je weet wat een tabel is, en hoe je deze moet lezen.
  • je weet wat het minimumjeugdloon inhoud.
  • je weet wat een wergever, en een werknemer is.
  • je weet wat loon is.
  • je weet het verschil tussen loon in geld en loon in natura.
  • je weet wat spraren is en je weet waarom mensen sparen.
  • je weet wat rente vergoeding is, en wanneer deze stijgt.
  • je kunt rekenen met rente.
  • je weet het verschil tussen loon in geld en loon in natura.
  • je weet welke redenen er zijn voor een hoger loon.

Slide 1 - Tekstslide

Vragen over het huiswerk?

Slide 2 - Woordweb

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Opdracht 1
Politieagenten verdienen hun inkomen met het zorgen van veiligheid op straat.

Lorenzo wil later snel rijk worden, zodat hij niet meer hoeft te werken.

Slide 5 - Tekstslide

Opdracht 2
Met 1 miljoen en 2% rente bedraagt de rente elk jaar 
€ 20.000,-
Lorenzo zou met dit geld ook aandelen kunnen kopen, of een pand of een stuk gebouw en deze verhuren, of een bedrijf beginnen en winst maken.
Dan zou hij huur of pacht verdienen of winst maken.

Slide 6 - Tekstslide

Opdracht 3
Een huisarts verdient meer dan een politieagent omdat hij langer geleerd heeft, zijn werk moeilijker is en misschien ook wel meer uur werkt per week.

Een buschauffeur verdient meer dan een vuilnisman omdat hij onregematige diensten werkt, meer verantwoordelijkheden heeft (passagiers).

Slide 7 - Tekstslide

Opdracht 4
Een chirurg verdient veel loon omdat deze lang gestudeerd heeft en moeilijk werk doet.

De topsporter kan meer verdienen als ze een zelfzaam talent hebben, waar veel belangstelling voor is.

Slide 8 - Tekstslide

Opdracht 5
Welk beroep wil jij?

Hoeveel loon denk je daarmee te verdienen?

Waarom wil je juist dat beroep?

Er zijn geen foute antwoorden!

Slide 9 - Tekstslide

Opdracht 6
Iemand die net agent is geworden verdient € 1.776,-
Een brigadier op trede 3 verdient € 2.471,-
Joost begint zijn nieuwe baan op trede 2 en verdient nu 
€ 2.341,-
Een commissaris verdient meer dan een agent omdat hij moeilijker werk doet, en leiding geeft.

Slide 10 - Tekstslide

Opdracht 7
BEROEP               ONREGELMATIG       GEVAARLIJK          UITZONDERLIJK
brandweerman               X                         X
leraar
verpleegster                   X
oogchirurg                                                                                  X
vuilnisman
glazenwasser                                            X
tv-presentator                 X                                                         X
secretaresse
autocoureur                    X                        X                                X
piloot                              X                                                         X 

Slide 11 - Tekstslide

VERVOLG opdracht 7
Het best betaald worden: oogchirurg, tv-presentator, autocoureur en piloot.

De uitzonderlijkheid past bij deze vier beroepen.

Slide 12 - Tekstslide

Opdracht 8
Het verschil in loon tussen mannen en vrouwen: vrouwen hebben vaker een lager betaald beroep en werken vaak minder uur.

Verschil wordt groter omdat vrouwen er vaak een tijdje tussenuit gaan als er kinderen komen.

Slide 13 - Tekstslide

Opdracht 9
Sandy € 2.800,-     Rowan € 2.710,-     Verina € 2.750,-

Het hoogste loon heeft Rowan.
De meeste rente krijgt Sandy.
Het hoogste inkomen heeft Sandy

Slide 14 - Tekstslide

Opdracht 10
De winstuitkering van Ahold hoort bij inkomen uit bezit, de vader van Lorenzo bezit aandelen!

De winst van de ijssalon hoort niet alleen bij inkomen uit bezit, want de vader werkt ook in het bedrijf. Dus ook inkomen uit arbeid.

Slide 15 - Tekstslide

Opdracht 11
Totaal heeft Emma in aandelen belegd: 626+9.004+4.800+6.753 = € 21.183,-
De totale winst van Emma is 480+140+231 = € 851,-
Er wordt geen winst uitgekeerd omdat er misschien geen winst is gemaakt door het bedrijf.
Winstuitkering is inkomen uit bezit, je bezit de aandelen.

Slide 16 - Tekstslide

Opdracht 12
De rente die Laura krijgt is 1,5% van 15.000 en dat is € 225,- zoveel mag het etentje dus kosten.

Bij vastzetten krijgt ze 1,9% van 15.000 en dat is € 285,-

Vastzetten is voor Laura geen probleem, het geld wil ze niet besteden, alleen de rente.

Slide 17 - Tekstslide