Les 1 | Hoe stel je jezelf voor - samenwerken

Les 1 
Periode 2 samenwerken


Zit vol goede ideeën die anderen niet zo snel bedenken en houdt van dingen die niet gaan zoals altijd.














































Les 7: Hoe stel je jezelf voor - samenwerken
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
LOBMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Les 1 
Periode 2 samenwerken


Zit vol goede ideeën die anderen niet zo snel bedenken en houdt van dingen die niet gaan zoals altijd.














































Les 7: Hoe stel je jezelf voor - samenwerken

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Les 6 |Samenwerken

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Loopbaanvragen

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel van de les
Aan het einde van deze les weet je meer over:
-hoe je jezelf voorstelt
- omgang met anderen
- samenwerken
- collegialiteit

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

PROGRAMMA
- Herhalen uit Frontoffice (w1): wat weet je van een eerste indruk en vooroordelen
- Normen en waarden
- Samenwerken 
- Beroepshouding
- Kennismaken, begroeten (omgang met collega/klant)

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Frontoffice herhalen... = ook LOB!
Waar moet je op letten als je jezelf voorstelt?
Wat bedoelen we met hospitality?
Wat bedoelen we met beroepshouding en waarom is dat belangrijk?

- samenwerken
- collegialiteit

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Frontoffice herhalen = ook LOB
Noem 3 kwaliteiten die behoren bij het uitoefenen van je werk?




Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je nog van 

1e indruk
Vooroordelen

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Referentiekader, wat is dat?

Slide 9 - Open vraag

Een referentiekader is:
een uit  ervaringen  voortvloeiend geheel van waarden, normen, overtuigingen en vanzelfsprekendheden
- op grond waarvan een persoon oordeelt en handelt.


Een referentiekader is:
- een uit ervaringen voortvloeiend geheel van waarden, normen, overtuigingen en vanzelfsprekendheden,
- op grond waarvan een persoon oordeelt en handelt

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

weet je nog REFERENTIEKADER...

Wat is diversiteit? 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

weet je nog REFERENTIEKADER...
Diversiteit =
Verschil tussen mensen
Diversiteit in bijvoorbeeld:
- Achtergrond
- Interesse 
- Behoeftes
- Geloofsovertuiging
-Geslacht
etc.....

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

weet je nog REFERENTIEKADER...
Wat zijn waarden en normen?

Slide 13 - Tekstslide

Waarden zijn de idealen, motieven of achterliggende ideeën die in een samenleving of groep als nastrevenswaardig en waardevol worden beschouwd.
Normen zijn de concrete richtlijnen voor het handelen, hoe men zich hoort te gedragen. Op die manier sturen normen ons sociaal handelen.
weet je nog REFERENTIEKADER...


Waarden: Dit zijn ideeën wat goed gedrag en minder goed gedrag is.

Normen: Regels voor gedrag die vanuit waarden ontstaan

Voorbeelden?

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

weet je nog REFERENTIEKADER...
Norm: Als de trein aankomt, wacht je even tot de mensen uitgestapt zijn, alvorens zelf in te stappen.
Waarde: Geduld
Norm: Als je in- en uit de lift stapt, groet je netjes de anderen in de lift.
Waarde: Vriendelijkheid, Beleefdheid
Norm: Als iemand achter je in de rij voor de kassa maar één artikel wil afrekenen, terwijl jij een hele kar vol hebt, vraag je of die persoon even voor wilt.
Waarde: Vriendelijkheid
Norm: In een rij wacht je netjes tot je aan de beurt bent.
Waarde: Geduld, Respect

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

SAMENWERKEN
Wat bedoelen we met
- respect?
- empathie?

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

SAMENWERKEN

Empathie verbindt en verblindt!

Waarom denk je?

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

SAMENWERKEN

Wat is er nodig voor een goede samenwerking?

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

SAMENWERKEN

Wat bedoelen we met verschillende rollen in een team (samenwerken)?

Laten we de rollen eens bekijken...

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Organisator

Houdt gemakkelijk overzicht en ziet snel wat ieders kwaliteiten zijn.
Houdt ervan zaken te regelen. 
2. Kritische vrager

Is niet te beroerd om op zoek te gaan naar informatie (vet. via anderen) als hij/zij er zelf niet uitkomt. Hij/zij wil eerst goed weten wat er gedaan moet worden en waarom, voordat hij/zij aan de slag gaat.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3. Controleur

Houdt in de gaten wie wat doet en of alles goed gaat.
4. Uitvoerder

Houdt van de handen uit de mouwen steken; niet praten maar doen!

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

5. Creatieveling


Zit vol goede ideeën die anderen niet zo snel bedenken en houdt van dingen die niet gaan zoals altijd.

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

beroepshouding
-----> kennis: in elk beroep moet je bepaalde dingen weten.
-----> vaardigheden: in elk beroep moet je bepaalde dingen       
             kunnen. Voorbeeld??
-----> houding: het gewenste gedrag in je beroep
              Voorbeeld??

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

beroepshouding
- goede omgangsvormen
- respect hebben voor collega's
- netjes omgaan met de spullen van je baas
- niet stelen
- ruzies en problemen willen oplossen

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer ben je een fijne collega?

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Fijne collega
Voorbeelden van kwaliteiten om een fijne collega te zijn
1. goede omgangsvormen: voorstellen, met u aanspreken, tijd nemen, feliciteren met verjaardag/jubileum enz., op berichten reageren
2. samenwerking: goed overleggen, goed kunnen luisteren, afspraken nakomen, openstaan voor kritiek
3. collegialiteit: werk van elkaar overnemen, collega niet zwart maken, een ander niet laten opdraaien voor jouw fouten.

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

vijf kwaliteiten voor je werk
VERANTWOORDELIJKHEIDSGEVOEL
SAMENWERKING
ONDERNEMINGSZIN
DISCIPLINE
BETROKKENHEID

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kennismaken en begroeten
Hoe doe je dat (werk)?

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag....

Opdracht
Les 1 P2 Hoe stel je jezelf voor | Samenwerken

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies