De leerlingen maken kennis met het beroep archeoloog en de archeologische vindplaatsen in Almere, vooral uit de prehistorie en de tijd van de Zuiderzee. We bespreken kort wat een archeoloog is en hoe zij/hij werkt, aan de hand van zes begrippen uit de Woordenlijst. Daarna tonen we een tijdlijn met vier hoofdperioden (prehistorie, Romeinse tijd, tijd van de Zuiderzee, inpoldering) en vertellen we dat de focus van de voorbereidende op de prehistorie en de tijd van de Zuiderzee ligt.Vervolgens bekijken de leerlingen een film over de overgang van jagen naar landbouw in de prehistorie, gevolgd door een clip van Het Klokhuis over scheepsarcheologie.Daarna gaan de leerlingen samen met de docent foto's van voorwerpen op het digibord bekijken en proberen ze deze in te delen in een van deze twee periodes, aan de hand van een quiz.Leerdoelen:Leerlingen leren over het beroep archeoloog aan de hand van drie begrippen uit de Woordenlijst.Leerlingen worden bewust van de geschiedenis van de plek waar ze wonen.Leerlingen leren aan de hand van voorwerpen uit de Almeerse bodem over hoe mensen vroeger leefden in twee belangrijke periodes: de prehistorie en de tijd van de Zuiderzee.Voorbereiding:- Neem de woordenlijst door.- Neem de achtergrondinformatie door.- Print de lesinstructie.Benodigde materialen voor de voorbereidende les:- Lesinstructie (in de bijlage).- Digibord

Samen met een archeoloog bekijken de leerlingen de vondsten uit de prehistorie en uit de tijd van de Zuiderzee en luisteren naar de verhalen. Aan de hand van de vondsten kijken ze naar de culturele betekenis, de ouderdom en de waarde. Welke vondsten zouden ze willen tentoonstellen? En welke niet?Leerdoelen:Leerlingen leren aan de hand van voorwerpen uit de Almeerse bodem over hoe mensen vroeger leefden in twee belangrijke periodes: de prehistorie en de tijd van de Zuiderzee.Leerlingen worden bewust van de geschiedenis van de plek waar ze wonen.Leerlingen leren om vondsten te beoordelen aan de hand van de culturele betekenis, de ouderdom en de waarde.Voorbereiding:Geprinte vondstformulieren (één per kind).Benodigde materialen voor de masterclass:Tafel vooraan in de klasDigibordUitgeprint vondstformulier 1 per leerling

Schrijf een verhaal van maximaal 400 woorden met daarin één of meerdere begrippen die je hebt geleerd uit de Woordenlijst. Het onderwerp is ‘Als archeoloog zou ik in de grond willen vinden…’ Laat een aantal kinderen hun verhaal presenteren.Leerdoelen:Leerlingen kunnen vertellen wat een archeoloog is en doet, en dit verwerken in een verhaal.

In de voorbereidende les maken leerlingen kennis met wat een portret is en waar je deze allemaal kunt tegenkomen in het dagelijks leven. Ook bekijken ze portretten die je in Almere op straat tegen kunt komen. Leerlingen denken na over de filosofische vraag: Is iedereen uniek? Ze gaan in hun groepje kritisch kijken naar foto's en bespreken deze. Ze gebruiken hun verbeelding als ze een verhaal schrijven bij een Almeers portret.Voorbereiding: - Neem de woordenlijst door - Neem de achtergrondinformatie door - Print de lesinstructieBenodigde materialen voor de voorbereidende les: - Pen en papier (door school)- Lesinstructie (in de bijlage)

Tijdens de masterclass komt er een professionele fotograaf in de klas. Nadat ze haar eigen werk heeft laten zien, laat ze de leerlingen nadenken over hoe je iemand 'echt' op de foto zet. Hoe kom je over op beeld? Daarna gaan de leerlingen zelf aan de slag als fotograaf. Ze portretteren zichzelf, een klasgenoot en bewerken een foto. Vertelt een foto echt wie je bent? Let op: de leerlingen gaan in groepjes aan de slag om te fotogrageren. De fotografe, assisteert de leerlingen hierbij. Het is fijn als jij als leerkracht ook rondloopt en de leerlingen assisteert. Hieroor hebben de leerlingen het voorwerp uit de voorbereidende les nodig. Leerdoelen:Leerlingen kunnen elkaar portretteren m.b.v. een fototoestel.Leerlingen kunnen filosoferen over de vraag of een foto echt vertelt wie je bent.

Tijdens de verwerkingsles kijken de leerlingen terug naar alle foto's die tijdens de masterclass gemaakt zijn. Welke foto laat jou het beste zien? En vertelt een foto wie je echt bent? De leerlingen schrijven een verhaal bij hun eigen portret en werken aan het portfolio. Leerdoelen: Leerlingen kunnen zinnen maken met verschillende fotografiebegrippen.Leerlingen kunnen een verhaal vertellen over zichzelf m.b.v. hun portretfoto.Leerlingen kunnen hun mening over foto's verwoorden.Leerlingen kunnen kijken naar het eigen werk en dat van anderen en de overeenkomsten en verschillen benoemen m.b.v. fotografiebegrippen.Leerlingen kunnen filosoferen over de vraag of een foto echt vertelt wie je bent.

In de voorbereidende les luisteren leerlingen naar muziek en stadsgeluiden uit het kunstwerk Urban Hymnes van Niels Schrader. Ze denken na over wat voor soort stad of landschap past bij deze geluiden en tekenen dat. De leerlingen leren om (stads)geluiden te koppelen aan hun eigen fantasie. Voorbereiding: - Neem de woordenlijst door- Print de lesinstructieBenodigde materialen voor de voorbereidende les:- Potlood en gum (door school) - 2 A4-vellen per leerling (door school) - Pen en papier (door school)- Lesinstructie (in de bijlage)

Tijdens de masterclass creëert een muzikant samen met de leerlingen een muziekstuk geïnspireerd op Almere. In sneltreinvaart ontdekken de leerlingen bodypercussie en werken ze samen aan een nieuwe versie van een bestaand lied. Aan het einde van de masterclass wordt alles samengebracht en worden de liedjes ten gehore gebracht.

In de verwerkingsles luisteren de leerlingen naar stilte en vragen ze zich af of het wel helemaal stil kan zijn. Waar is het stil? En wanneer is het stil? Ze luisteren naar het hoorspel uit de masterclass en oefenen zelf met stil zijn. De leerlingen sluiten het lesblok af door aan het portfolio te werken.Leerdoelen:Leerlingen kunnen de geluiden uit de eigen omgeving ervaren.Leerlingenkunnen met aandacht naar stilte luisteren.Leerlingen kunnen vertellen over de kennis en ervaringen die ze tijdens de lessen hebben opgedaan.

In de voorbereidende les kijken leerlingen naar Studio BonteHond. Een TV-serie van BonteHond waarbij de personages uit de voorstellingen een tweede leven krijgen op tv. De omgeving en de karakters van de serie zijn geïnspireerd op Almere. Nadat de leerlingen de aflevering hebben bekeken, zullen ze zelf een personage gaan vormgeven en parodiëren. Ze ontdekken wat een parodie is en hoe je zelf een parodie kunt maken door iets uit te vergroten.Voorbereiding: - Neem de woordenlijst door- Print de lesinstructie Benodigde materialen voor de voorbereidende les:- Lesinstructie (in de bijlage)- Pen en papier (door school)

Een acteur/actrice die zelf in TV-series heeft gespeeld komt de masterclass geven. Na een spoedcursus televisieacteren gaan de leerlingen in groepjes zelf een aflevering van Studio BonteHond opnemen voor een greenscreen. Ieder groepje kiest een locatie uit Almere waar de scene zich afspeelt. De pardodien en personages uit de voorbereidende les komen tot leven. Tijdens de masterclass zal de acteur/actrice aan jou vragen de iPad te bedienen en als cameraman/vrouw te fungeren. De iPad staat op een standaard en er moet op START gedrukt worden zodat de scene wordt opgenomen. De acteur/actrice geeft hiervoor instructies. Leerdoelen: Leerlingen kunnen een personage spelen in een televisiescene op locatie.

In de verwerkingsles blikken de leerlingen terug op Studio BonteHond. Ze kijken naar hun zelfgemaakte aflevering van Studio BonteHond en bereiden een elevatorpitch voor. Waarom moet hun aflevering op televisie worden uitgezonden? Leerdoelen: Leerlingen kunnen kijken naar de aflevering van Studio BonteHond die zij zelf hebben gemaakt.Leerlingen kunnen de kenmerken van de personages en de omgeving benoemen en vertellen hoe zij hun werk waarderen.Leerlingen kunnen onderzoeken welke kenmerken van hun scene zij willen presenteren.Leerlingen kunnen een elevatorpitch formuleren en presenteren.Leerlingen kunnen beoordelen welke scene het beste is m.b.v. de pitches.Leerlingen kunnen vertellen wat zij tijdens de les hebben geleerd en gedaan.

Tijdens de voorbereidende les maken de leerlingen kennis met architectuurbegrippen via een quiz. Ze ontdekken Kunstlinie en schrijven een eigen Haiku. Tot slot ontvangen ze informatie over de excursie naar Kunstlinie, zodat ze goed voorbereid zijn op hun bezoek.Voorbereiding: - Neem de woordenlijst door - Print de woordenlijst op A4-formaat uit en hang deze op een zichtbare plek in het lokaal.- Print de werkbladen (1 per leerling) - Print de lesinstructie Benodigde materialen voor de voorbereidende les:- Pen/potlood (door school) - Woordenlijst (in de bijlage) - Werkbladen (in de bijlage) - Lesinstructie (in de bijlage) - Whiteboard of A3 papier (door school)

Voer na afloop van de excursie een klassikaal gesprek over wat de leerlingen hebben gezien en gedaan in Kunstlinie. Wat kun je allemaal doen in dat gebouw? Welke functies heeft het gebouw? Waren de leerlingen verrast? Wat is ze bijgebleven aan de excursie?

Tijdsduur: De excursie heeft een totale duur van 75-90 minuten, bestaande uit een interactieve rondleiding van 30-45 minuten en een workshop van 30-45 minuten.Locatie: De excursie vindt plaats in Kunstlinie. Gelieve je aan te melden bij de ticketshop van Kunstlinie en te verzamelen in de City Lounge. Zorg ervoor dat je 15 minuten van tevoren aanwezig bent.