Presenteren kun je leren! Les 1

Presenteren kun je leren!
Wat weet jij al van presenteren?

Les 1
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Presenteren kun je leren!
Wat weet jij al van presenteren?

Les 1

Slide 1 - Slide

Vandaag

  • Kijken naar een filmpje waarin mensen presenteren.
  •  Presenteren kun je leren!
  • Uitleg formeel en informeel taalgebruik.
  • Huiswerk.

Slide 2 - Slide

Aan het eind van deze les kan ik

  1. De belangrijkste punten van een presentatie benoemen.
  2. Uitleggen wat het verschil is tussen formeel en informeel taalgebruik.
  3. Een voorbeeld geven van formeel en informeel taalgebruik. 

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Wat ging er in het filmpje goed?

Slide 5 - Open question

Wat kan er beter gaan in het filmpje?

Slide 6 - Open question

Een goede presentatie

Slide 7 - Mind map

Formeel en informeel
  • Formeel betekent 'officieel' of 'zoals het hoort'.
  • Formeel is altijd netjes. Je gebruikt geen afkortingen.
  • Formeel taalgebruik is meestal tegen iemand die je niet zo goed kent.

Slide 8 - Slide

Formeel en informeel
  • Informeel is 'niet volledig volgens de regels' of 'gewone taal'
  • Informeel taalgebruik is meer spreektaal.
  • Zo praat je tegen iemand die je kent of aardig vindt.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Formeel
Informeel
 Geachte mevrouw
Met vriendelijke groet
Groetjes
Ik wil u verzoeken
Hey 
Spreek je later!

Slide 12 - Drag question

En nu
  • Je krijgt een opdracht over formeel en informeel taalgebruik.
  • Kom je er niet uit? Vraag eerst je buurman of buurvrouw, daarna vraag je mij.
  • Klaar? Schrijf de 5 belangrijkste dingen op bij het maken van een presentatie.
  • Wat je niet afkrijgt, is huiswerk, succes! 

Slide 13 - Slide

Ik kan...

  1. De belangrijkste punten van een presentatie benoemen.
  2. Uitleggen wat het verschil is tussen formeel en informeel taalgebruik.
  3. Een voorbeeld geven van formeel en informeel taalgebruik. 

Slide 14 - Slide