Aanschafprijs machine: 400.000, afschrijven in 5 jaar. Loonkosten: 20.000 vast. Productie en afzet: 20.000. Prijs: 23 euro. Materiaalkosten: 14 euro. Wat is de winst?
A
70.000
B
80.000
C
460.000
D
100.000
Slide 12 - Quiz
constante kosten = 150.000, productie (q) = 25.000 TVK bij productie van 25.000 stuks: 350.000 euro grondstoffen + 200.000 directe loonkosten. Prijs = 35 euro. Maximale capaciteit = 30.000 stuks.
A
GVK = 23 euro
B
GVK = 24 euro
C
GVK = 22 euro
D
GVK = 25 euro
Slide 13 - Quiz
constante kosten = 150.000, productie (q) = 25.000 TVK bij productie van 25.000 stuks: 350.000 euro grondstoffen + 200.000 directe loonkosten. Prijs = 35 euro. Maximale capaciteit = 30.000 stuks.
A
TK bij 20.000 stuks = 590.000 euro
B
TK bij 20.000 stuks = 580.000 euro
C
TK bij 20.000 stuks = 570.000
D
TK bij 20.000 stuks = 600.000 euro
Slide 14 - Quiz
constante kosten = 150.000, productie (q) = 25.000 TVK bij productie van 25.000 stuks: 350.000 euro grondstoffen + 200.000 directe loonkosten. Prijs = 35 euro. Maximale capaciteit = 30.000 stuks.
A
TW bij 20.000 stuks = 105.000 euro
B
TK bij 20.000 stuks = 120.000 euro
C
TK bij 20.000 stuks = 100.000
D
TK bij 20.000 stuks = 110.000 euro
Slide 15 - Quiz
constante kosten = 150.000, productie (q) = 25.000 TVK bij productie van 25.000 stuks: 350.000 euro grondstoffen + 200.000 directe loonkosten. Prijs = 35 euro. Maximale capaciteit = 30.000 stuks.
A
BEA = 11.542
B
BEA = 11.541
C
BEA = 11.537
D
BEA = 11.539
Slide 16 - Quiz
constante kosten = 150.000 TVK bij productie van 25.000 stuks: 350.000 euro grondstoffen + 200.000 directe loonkosten. Prijs = 35 euro. Maximale capaciteit = 30.000 stuks.