What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
2HV Blok 2 Grammatica Voornaamwoorden 2 herhalen en oefenen
wie
wat
die
dat
1 / 21
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
This lesson contains
21 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
wie
wat
die
dat
Slide 1 - Slide
Doel van deze les
Aan het eind van de les kun je de volgende voornaamwoorden benoemen:
1. Vragende voornaamwoorden
2. Aanwijzende voornaamwoorden
3. Betrekkelijke voornaamwoorden (m.i.a.)
4. Onbepaalde voornaamwoorden
Slide 2 - Slide
Wat zijn de vragende voornaamwoorden?
Slide 3 - Open question
Slide 4 - Slide
Wat zijn de aanwijzende voornaamwoorden?
Slide 5 - Open question
Slide 6 - Slide
Wat zijn de betrekkelijke voornaamwoorden?
Slide 7 - Open question
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
die
dat
wie
wat
de-woord
het-woord
diegene die
dat wat
overtreffende trap
iets vaags
hele zin
persoon
Slide 10 - Drag question
Slide 11 - Slide
Wat heb je hem gestuurd?
Wat is 'wat'?
A
vragend voornaamwoord
B
betrekkelijk voornaamwoord
C
onbepaald voornaamwoord
D
aanwijzend voornaamwoord
Slide 12 - Quiz
Wil je wat drinken?
Wat is 'wat'?
A
vragend voornaamwoord
B
betrekkelijk voornaamwoord
C
onbepaald voornaamwoord
D
aanwijzend voornaamwoord
Slide 13 - Quiz
Je wilt altijd alles wat ik ook heb.
Wat is 'wat'?
A
vragend voornaamwoord
B
betrekkelijk voornaamwoord
C
onbepaald voornaamwoord
D
aanwijzend voornaamwoord
Slide 14 - Quiz
Wat je zegt, is waar.
Wat is 'wat'?
A
vragend voornaamwoord
B
betrekkelijk voornaamwoord
C
onbepaald voornaamwoord
D
aanwijzend voornaamwoord
Slide 15 - Quiz
Die spijkerbroek vind ik leuker dan deze of die.
Wat is de laatste 'die'?
A
vragend voornaamwoord
B
betrekkelijk voornaamwoord
C
onbepaald voornaamwoord
D
aanwijzend voornaamwoord
Slide 16 - Quiz
Waarom ga je dat hoesje voor je telefoon kopen?
Wat is 'dat'?
A
vragend voornaamwoord
B
betrekkelijk voornaamwoord
C
onbepaald voornaamwoord
D
aanwijzend voornaamwoord
Slide 17 - Quiz
Wie niet waagt, die niet wint.
Wat is 'wie'?
A
vragend voornaamwoord
B
betrekkelijk voornaamwoord
C
onbepaald voornaamwoord
D
aanwijzend voornaamwoord
Slide 18 - Quiz
Het hoesje dat ik nu heb, is kapot gegaan.
Wat is 'dat'?
A
vragend voornaamwoord
B
betrekkelijk voornaamwoord
C
onbepaald voornaamwoord
D
aanwijzend voornaamwoord
Slide 19 - Quiz
Pak dat snel uit zijn handen!
Wat is 'dat'?
A
vragend voornaamwoord
B
betrekkelijk voornaamwoord
C
onbepaald voornaamwoord
D
aanwijzend voornaamwoord
Slide 20 - Quiz
Huiswerk
Grammatica
Maken opdracht 11 en 12
in eDition
Spelling
Theorie en opdracht 1
in je schrift
Slide 21 - Slide
More lessons like this
2HV Blok 2 Grammatica Voornaamwoorden 1 uitleg
November 2021
- Lesson with
22 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Les 61 en 62: aanwijzend en betrekkelijk voornaamwoord
March 2024
- Lesson with
13 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
H6 Grammatica woordsoorten
May 2023
- Lesson with
12 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
2H1 Grammatica taalkundig: persoonlijk en bezittelijk voornaamwoord
January 2021
- Lesson with
10 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
2HV Blok 5 Betrekkelijk voornaamwoord
June 2020
- Lesson with
25 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Campus 2 - Les 32: Voornaamwoorden Inge
April 2022
- Lesson with
22 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
Betrekkelijk voornaamwoord
April 2023
- Lesson with
14 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Wie-die-dat-wat
March 2022
- Lesson with
10 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3