Leren leren: algemene instructie

Leren en het maken van testen
Hoe moet dat eigenlijk?
1 / 16
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 3

This lesson contains 16 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Leren en het maken van testen
Hoe moet dat eigenlijk?

Slide 1 - Slide

Hoe leer je voor een test?
Oorzaak-gevolg, samenvatten
Afbeeldingen, bronnen en grafieken 
Tips

Slide 2 - Slide

Hoe te leren

  1. Begin op tijd met leren...
  2. Creëer overzicht, maak verbinding.
  3. Jaartallen? Sommige wel, grote gebeurtenissen, maar meeste niet. Wél handig: Tijdlijn... (geschiedenis, ik weet het...)
  4. Begrippen? Los leren leuk ,maar zonder verbinding veel minder nuttig... Leer begrippen aan de hand van de context.  

Slide 3 - Slide

Samenvattingen
  • Samenvattingen geven een korte versie van een paragraaf

  • Begrippenlijst per paragraaf kan helpen verbinding tussen   begrippen en gebeurtenissen weer te geven. 

  • Meerdere vormen mogelijk, allemaal goed als het werkt voor   je!


Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Tijdens de test
  1. Lees eerst de vragen een keer rustig door en kijk wat je direct weet. Beantwoord de vraag kort in je hoofd.
  2. Markeer de signaalwoorden (wát is eigenlijk de vraag?).

Slide 7 - Slide

Tijdens de test

  1. Weet je een vraag niet? Sla deze over! kom er na de rest van de vragen op terug. Geef in de test wel DUIDELIJK aan waar welke vraag staat. De volgorde is minder belangrijk... 
  2. CONTROLEER per vraag of je deze beantwoordt (en dus niet en eigen interpretatie van de vraag...). 
  3. Lees na het maken van de test deze én je antwoorden nogmaals door.

Slide 8 - Slide

Soorten vragen: RTTI

  1. Reproductie: rechtstreeks uit het boek
  2. Toepassing (1): Pas je opgedane kennis toe 
  3. Toepassing (2): Pas je opgedane kennis toe (hoger niveau)
  4. Inzicht: gebruik je kennis in andere situaties

Slide 9 - Slide

Afbeeldingen en Bronnen

  1. Bronnen en afbeeldingen geven informatie
  2. Vrijwel altijd toepassings- of inzichtsvragen
  3. Beredeneer waar het over gaat, ook in bronnen en afbeeldingen kan je  signaalwoorden of kenmerken markeren/onderstrepen/omcirkelen

Slide 10 - Slide

Grafieken


  1. Lees eerst de titel van de grafiek, waar gaat het over?
  2. Wat zijn de parameters? (x- en y-as)
  3. Welke schaal is gebruikt?
  4. Wat is het doel van deze grafiek?

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

TIPS


  • Gebruik je hoofd, vaak is je eerste ingeving (mits de vraag goed gelezen) goed, of in ieder geval de goede richting.

  • Twijfel niet (teveel), maar controleer wel jezelf!

Slide 13 - Slide

TIPS
  • Lees de test eerst 1 keer helemaal door, begin dán pas met het beantwoorden (twee keer gelezen is minder kans op verkeerde interpretatie)

  • VRAAG HULP! Als een vraag je niet duidelijk is, vraag of je het goed hebt begrepen, dus niet inhoudelijk wát het antwoord is, maar wát staat er precies? Wát wordt er gevraagd? 

Slide 14 - Slide

The Rule of Higher Education
1. Sleep more than you study

2. Study more than you party

3. Party as much as you possibly can

Slide 15 - Slide

Vragen? 

Slide 16 - Slide