ABT3 07.02.2025

Welkom!
07.02.2025
1 / 22
next
Slide 1: Slide
AndersMBOStudiejaar 1

This lesson contains 22 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 180 min

Items in this lesson

Welkom!
07.02.2025

Slide 1 - Slide

Planning
  • Terugblik
  • 7.3
  •  Nieuws in makkelijke taal
  • Geen ja, geen nee, geen eh

Slide 2 - Slide

Terugblik
  • Herhalen blauwe woorden!?
  • Bespreken opdr. 43  

Slide 3 - Slide

7.3
  • Bekijk de blauwe woorden op blz. 76 
  • aaien: Ik aai mijn hond graag. Zijn vacht is zo zacht!
  • aanwijzingen geven: Ik weet de weg naar de supermarkt niet. Kunt u mij aanwijzingen geven? 
  • ander woord: instructie geven/ uitleg geven
  • afdrogen: Na het afwassen moet je eerst de borden afdrogen, voordat je ze in de kast zet.
  • bewonderen: In een museum kun je schilderijen bewonderen. 

Slide 4 - Slide

7.3
  • wegblazen: De wind heeft alle dakpannen weggeblazen.
  • in paniek zijn: Door de explosie was het paard in paniek en rende hij snel weg. 
  • ontsnappen: De dief is uit de gevangenis ontsnapt
  • overgeven: Sommige mensen worden ziek door melk. Ze moeten dan overgeven. 
  • Slippen: Door de gladheid op de weg kan een auto slippen. Je kunt dan in de sloot rijden. 

Slide 5 - Slide

7.3
  • toeteren: Bestuurders kunnen toeteren om andere weggebruikers te waarschuwen. 
  • Ander woord: Claxonneren 
  • wegzetten: Bedankt voor de bloemen! Ik zet ze even weg in een vaas. 
  • zoenen: In Nederland is het een gebruik om te groeten met drie zoenen. 

Slide 6 - Slide

7.3
  • Maak tweetallen
  • Pak de praatplaat ''Wat een dag!''
  • Cursist A: leest een vraag
  • Cursist B: Leest het antwoord en vult de goede naam in.
  • Klaar? Draai de rollen om  

Slide 7 - Slide

7.3
  • Maak tweetallen
  • Pak de praatplaat ''Wat een dag!''
  • Lees de zinnen bij opdr. 45
  • Welke woorden passen in de zin?
  • Bespreken 

Slide 8 - Slide

7.3
  • Maak nieuwe tweetallen
  • Pak nog een keer de praatplaat
  • Bekijk opdr. 46
  • Cursist A: leest de vraag
  • Cursist B: geeft antwoord met de woorden tussen haakjes
  • Klaar? Draai de rollen om

Slide 9 - Slide

7.3
  • Maak nieuwe tweetallen
  • Pak nog een keer de praatplaat
  • Bekijk opdr. 47
  • Cursist A: maakt een vraag met de blauwe woorden
  • Cursist B: geeft antwoord
  • Klaar? Draai de rollen om

Slide 10 - Slide

7.3
  • Blauwe woorden (blz. 77 + 78) 

Slide 11 - Slide

7.3
  • Lees opdr. 48
  • Luister naar de tekst
  • Probeer globaal te luisteren (=belangrijkste dingen begrijpen) 
  • Beantwoord opdr. 49

Slide 12 - Slide

7.3
  • Lees de vragen bij opdr. 50
  • Luister nog een keer naar de tekst 
  • Op de praatplaat zijn 5 dingen anders dan in de tekst
  • Welke?

Slide 13 - Slide

7.3
  • Lees de zinnen bij opdr. 51
  • Luister nog een keer naar de tekst 
  • Zet de zinnen in de goede volgorde 

Slide 14 - Slide

7.3
  • Pak het transcript
  • Klassikaal oefenen
  • Maak tweetallen
  • Oefen samen het gesprek
  • Klaar? Draai de rollen om  

Slide 15 - Slide

7.3
  • Maak zelfstandig opdr. 52, 53 + 54
  • Bespreken 

Slide 16 - Slide

7.3
  • Maak tweetallen
  • Bekijk de zinnen bij opdr. 55
  • Cursist A: leest de vraag
  • Cursist B: geeft antwoord
  • Klaar? Draai de rollen om  

Slide 17 - Slide

7.3
  • Maak tweetallen
  • Lees opdr. 56
  • Bekijk de praatplaat 
  • Cursist A: stelt vragen over het ongeluk
  • Cursist B: geeft antwoord
  • Klaar? Cursist B stelt vragen 

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Nieuws in makkelijke taal
  • Pak taalkaart 6
  • Kijk naar het nieuws
  • Vul de taalkaart in 
  • Bespreken

Slide 21 - Slide

Spel
Geen ja/geen nee/geen ''eh''
  • (Voorbereiding: noteer een aantal vragen als hulpmiddel)
  • Cursist A: Stelt vragen
  • Cursist B: Geeft antwoord
  • Cursist B: Mag geen ja/nee/eh zeggen
  • Zegt cursist B het toch? AF! 
  • Draai de rollen

Slide 22 - Slide