Schrijven en formuleren H3 voorbeelden gebruiken

Lesplanning
* 10 min. lezen in je leesboek
* H3 formuleren; gebruik van voorbeelden
* H4 formuleren; woorden die bij elkaar horen, bij elkaar zetten

timer
10:00
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Lesplanning
* 10 min. lezen in je leesboek
* H3 formuleren; gebruik van voorbeelden
* H4 formuleren; woorden die bij elkaar horen, bij elkaar zetten

timer
10:00

Slide 1 - Slide

Vorige week
Schrijf twee synoniemen op voor het woord 'school'.
timer
0:30

Slide 2 - Slide

Steek het aantal vingers op dat correspondeert met het juiste antwoord.
Tommy is bang voor Speedy.

De woordvolgorde van deze zin is...

1. OPA
2. APO
3. PA
4. OAP

Slide 3 - Slide

Vul aan...
Maak de zin langer door zinsdelen toe te voegen.

Tommy is bang voor Speedy...
timer
0:30

Slide 4 - Slide

Steek het aantal vingers op dat correspondeert met het juiste antwoord.
Gisteren heb ik de hele dag films willen kijken.

De woordvolgorde van deze zin is...
1. OPA
2. APO
3. PA
4. OAP


Slide 5 - Slide

Vul aan...
Maak de zin langer door zinsdelen toe te voegen.

Gisteren heb ik de hele dag films willen kijken...
timer
0:30

Slide 6 - Slide

Lesdoel
Ik kan/weet:
  • voorbeelden gebruiken in een tekst.
  • zinnen maken waarin woorden die bij elkaar horen, bij elkaar staan.

Slide 7 - Slide

Elke tekst wordt beter en prettiger leesbaar als je varieert in je taalgebruik. 

Slide 8 - Slide

Toelichtend verband
Een voorbeeld ( hier)van, ter illustratie, bijvoorbeeld, zoals

Slide 9 - Slide

Opdracht
H3 formuleren
maken opdracht 1 en 2

Als je klaar bent, ga je verder met opdracht 3.
timer
10:00

Slide 10 - Slide

Wat heb je deze les geleerd?

Slide 11 - Open question

Ik kan voorbeelden gebruiken in een tekst.
0 = echt (nog) niet / 10 = absoluut wel
010

Slide 12 - Poll

Ik kan zinnen maken waarin woorden die bij elkaar horen, bij elkaar staan.
0 = echt (nog) niet / 10 = absoluut wel
010

Slide 13 - Poll

Hoe vind je zelf dat je gewerkt hebt?
😒🙁😐🙂😃

Slide 14 - Poll