IBO 10- deel 1

• Dienstverlening en zorg
• MBO
• Studiejaar 1

IBO 10 - Deel 1

VANDAAG

• De vorige les......
• Presentaties
• Vlogs
• Van deze beroepsopdracht leer ik.....
• Kerntaak en werkprocessen
• V10.1

Presentaties

1. Romy en George: Cicero

2. Jermaine: Columbus

Waar denk je aan bij 'Ruimtes
klaarmaken voor gebruik?'

Benieuwd wat jullie al weten, waar denken jullie aan bij het gebruiksklaar

maken van een ruimte? 

Wat moet/kun je zoal doen om een ruimte gebruiksklaar te maken?
Moet je dat op stage wel eens doen? Hoe?

LSD- methode

Werkprocessen

Van deze beroepsopdracht leer ik....

Deze beroepsopdracht gaat over de taken die jij uitvoert om een ruimte schoon te maken. Dit kan bij de cliënt thuis, maar ook bij een instelling. Je maakt de ruimte schoon en zet altijd alle meubels op de juiste plek terug. Zo zorg je ervoor dat de cliënten de ruimte weer kunnen gebruiken. Het kan ook zijn dat je een vergaderruimte klaar moet maken.

 

Lesdoelen:

• Ik weet wat er wordt bedoeld met 'een ruimte gebruiksklaar maken';
• Ik ken verschillende veiligheidssymbolen en weet waarom deze worden gebruikt;
• Ik ken verschillende schoonmaakmiddelen en weet welke ik moet gebruiken;
• Ik weet wat ergonomisch werken betekent en hoe ik dat kan doen.

Aan het einde van deze les kan ik een ruimte gebruiksklaar maken met mijn collega's volgens een werkopdracht. Dat is het hoofddoel.

Dan zijn er ook nog een paar kleinere doelen..... (oplezen).

Werk je met schoonmaakmiddelen? Let dan op:

• Houd snoeren en stekkers gescheiden van water. Water en elektriciteit geeft kortsluiting.

• Zie je een gevaarsymbool bij schoonmaakmiddel, ga er voorzichtig mee om.

• Zet flessen en schoonmaakmiddelen waar kinderen niet bij kunnen. Zet ze hoog neer of in kastjes die op slot kunt doen.

• Draai doppen helemaal dicht, vaak zit er een extra beveiliging op.

• Bekijk het etiket en het symbool goed.

• Zet deuren en ramen open als je met schoonmiddelen werkt. Voldoende ventilatie is belangrijk.

Materiaal verzamelen

Als je start met het schoonmaken, is het belangrijk dat je de juiste schoonmaakmiddelen pakt. Op de etiketten van schoonmaakmiddelen kunnen gevaarsymbolen staan. Deze helpen jou om veilig te werken. Het is belangrijk om de symbolen te kennen. Er zijn oude symbolen en nieuwe symbolen. Je kunt beide soorten nog tegenkomen, daarom is het goed om te weten wat de symbolen betekenen. Dit i.v.m. veiligheid voor jezelf en de cliënten.

Er zijn schoonmaakmiddelen waar gevaarlijke en ongezonde stoffen in zitten. Deze stoffen mag je niet op je huid krijgen. Of in je mond of ogen. Je mag ze ook niet met elkaar mengen. 
 

To do:

Werk samen met een andere student. Maak opdracht 1.

Klaar? Geef het aan mij door. 

Opdracht schoonmaakmiddelen

Spel:

1. 1 envelop per groep..
2. Plak de naam van het schoonmaakmiddel op, hiernaast plak je de naam en daarnaast de omschrijving.
3. Doe dit voor alle schoonmaakmiddelen in de envelop.

Opdracht schoonmaakmiddelen

Opdracht schoonmaakmiddelen

Schoonmaakmiddelen

Gelijke groepjes maken, post- its

- Zoek jouw medestudent die dezelfde kleur post- it heeft als dat jij hebt.

- Ga bij de flip-over staan van jullie kleur.

- Maak de envelop open. Zoek bij ieder schoonmaakmiddel: de naam & waar je het voor kunt gebruiken. Plak dit per schoonmaakmiddel bij elkaar op de flip- over.

- Teken zelf nog het veiligheidssymbool erbij.

Daarna vertelt ieder groepje over één schoonmaakmiddel. Andere groepjes kijken wat zij zelf hebben opgeplakt.

Bespreken: welke overeenkomsten en verschillen?

Feed- up: waarom moeten ze dit weten?

Vul de woordenlijst bij leskaart 10.1 in

Opdracht : Materialen verzamelen

Haal een kaartje bij de docent. Hierop staan de materialen die je moet verzamelen. Verzamel de materialen één voor één door steeds maar een van de materialen mee te nemen. Met de stopwatch wordt er getimed hoelang je erover doet. 

Opdracht : Materialen verzamelen

Haal weer een kaartje bij de docent. Hierop staan de materialen die je moet verzamelen. Verzamel nu de materialen zo snel mogelijk door zo veel mogelijk materialen tegelijk mee te nemen. Met de stopwatch wordt er getimed hoelang je er nu over doet. 

Wat geleerd van deze opdracht?

Welke regels ken jij voor het schoonmaken?

Schoonmaakregels

• Werk van boven naar beneden
• Werk van schoon naar vies
• Werk van droog naar nat
• Werk naar de deur
• Zet het meubilair en de eigendommen op de juiste plaats  terug

Schoonmaakregels

Tijdens het schoonmaken werk je in een vaste volgorde. Hierdoor zorg je ervoor dat je dingen die je hebt schoongemaakt opnieuw vies maakt. Deze regels zorgen voor een vaste volgorde.

Microvezeldoek

Een microvezeldoek is een doek of doekje gemaakt van speciale stof. De naam zegt het eigenlijk al; het textiel is opgebouwd uit hele kleine vezels van polyester en nylon. Dit zijn als het ware kleine weerhaakjes die vuil kunnen weg schrapen.

Een microvezeldoek wordt zo gemaakt, dat er veel ruimte is voor vocht, vet en vuil tussen de microvezels. Zelfs meer dan een doekje van bijvoorbeeld 100% katoen. Het vuil, vet en vocht kan zich door die ruimtes beter verzamelen, waardoor de doekjes veel meer kunnen absorberen. 

Microvezeldoekjes worden in het huishouden gebruikt bij het schoonmaken. Je kunt natuurlijk ook gewone vaatdoekjes gebroken zonder microvezel, maar deze stof neemt dus minder vet, water en vuil op. Nog een voordeel van dit soort schoonmaakdoekjes, is dat je geen tot weinig schoonmaakmiddel hoeft toe te voegen bij het schoonmaken. 

microvezeldoek laten rondgaan

Werkt er iemand van jullie in de professionele schoonmaak, bedrijf? Herkenbaar kleuren doekjes?

Vooral in professionele schoonmaak!

Proeve van bekwaamheid ook op gelet. Sommige bedrijven niet deze kleuren, dat kan. 

Waarom zijn deze kleuren doekjes er?

Samen oefenen met vouwen in de klas

Een rood doekje gebruik je voor de badkamer.

Waar

Niet waar

Waarom niet goed?

Het maakt niet uit welk kleur doekje je gebruikt.

Waar

Niet waar

Melissa veegt de tafels af met een blauw doekje.

Goed

Niet goed

Tom gebruikt een geel doekje om het aanrecht af te vegen.

Goed

Niet goed

Maud stofzuigt eerst de vloer, daarna dweilt ze de vloer.

Goed!

Niet goed

Celina stofzuigt de vloer en haalt daarna het stof van de kasten af.

Goed!

Niet goed

Waarom niet goed?

Soorten vuil

Droog of losliggend vuil
Vuil dat je met het blote oog kunt zien liggen. Dit vuil is vrij eenvoudig te verwijderen door te vegen, af te stoffen of te stofzuigen. Je hebt hiervoor niet echt water nodig. Bijvoorbeeld: stof, zand, haren, papier, broodkruimels.

Aangehecht vuil
Het is heel belangrijk om aangehecht vuil zo snel mogelijk te verwijderen. Hoe sneller je erbij bent, hoe meer kans je hebt op succes. Bij aangehecht vuil denken we aan vingerafdrukken, aanslag van thee en koffie, modder, bloed en andere vlekken. Dit kan het best worden verwijderd door middel van water en schoonmaakmiddel. door te dweilen, te boenen of te schrobben.

Onzichtbaar vuil
Dat kunnen we met het blote oog niet waarnemen en bestaat uit micro-organismen. Deze bevinden zich overal: zowel op sanitair, geld, keukenmateriaal, als in de lucht en op het menselijk lichaam. Het verwijderen hiervan noemen we desinfecteren en gebeurt met een ontsmettingsmiddel. Door onze omgeving schoon te houden, voorkomen we besmetting. Bijvoorbeeld: bacteriën en schimmels.

Wat betekent ergonomisch werken?

Opdracht: Ergonomisch werken

Op bladzijde 20 staan drie filmpjes:

1. Ergonomisch stofzuigen

2. Ergonomisch uitwringen

3. Ergonomisch tillen

Er worden groepjes gemaakt. Jullie kijken samen alle drie de filmpjes. Daarna verdelen jullie de filmpjes. Oefen de manier in de filmpjes en laat dit aan elkaar zien. Denk aan de tips die in het filmpje worden gegeven. De rest kijkt en geeft daarna tips en tops. 

Voorbereiden - uitvoeren - afronden

Het is belangrijk dat je je werk in een bepaalde volgorde doet. 

Eerst bereid je je werk voor. Dan ga je je werk uitvoeren. En aan het einde rond je je werk goed af.

Tijdens de proeve van bekwaamheid worden jullie ook beoordeeld op deze drie stappen. 

Binnen het kwalificatiedossier wordt er gewerkt met de stappen: voorbereiden- uitvoeren en afronden. Hoe zien deze stappen er voor deze opdracht uit? (Even kort).... Hier op letten! Bij voorbereiding hoort ook het maken van een werkplanning.

Praktijkopdracht:

• Maak een 3-tal
• Iedereen krijgt een taak (Keuken schoonmaken, stofzuigen, dweilen en zitje poetsen)
• Lees eerst opdracht 7 voor tips
• Denk aan de gouden schoonmaakregels, kleurcodes en ergonomisch werken
• Klaar? vul de woordenlijst bij 10.2 in

LSD- methode

Een manier om een gesprek te voeren met iemand op een gestructureerde manier.

Luisteren

Samenvatten

Doorvragen