Lezen - Blok 1 - vmbo 3

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo, mavo
• Leerjaar 3,4

Klas 3 - vmbo

Leerdoelen

o Ik weet wat een actieve leeshouding is.

o Ik kan tekstdoelen en tekstsoorten herkennen.

o Ik kan aangeven hoe een tekst is ingedeeld.

o Ik kan aangeven wat het onderwerp van een tekst is.

Leesmanieren

Verschillende leesmanieren:

• Oriënterend lezen;
• Grondig lezen;
• Zoekend lezen. 

Je leesmanier hangt af van je doel. 

Leesmanieren

Oriënterend lezen

Voor je met het echte lezen begint, verken je de tekst. 

Grondig lezen

Je leest een tekst die je wilt begrijpen aandachtig helemaal door. 

Zoeken lezen

Je leest niet de hele tekst, maar zoekt gericht alleen de informatie die je nodig hebt. 

Stappenplan moeilijke woorden

Tekstdoelen

Opbouw van een tekst 

Indeling van een tekst

• Titel; 
• Inleiding; 
• Middenstuk; 
• Slot. 

Opbouw van een tekst 

Titel

Inleiding - aandacht van de lezer trekken. Bijvoorbeeld door het onderwerp te noemen of een anekdote te vertellen. 

Middenstuk - verschillende deelonderwerpen per alinea. 

Slot - schrijver rondt de tekst af. Bijvoorbeeld door een samenvatting, 

Opbouw van een tekst 

Titel - de titel van een tekst laat vaak zien wat het onderwerp van een tekst is

Inleiding - aandacht van de lezer trekken. Bijvoorbeeld door het onderwerp te noemen of een anekdote te vertellen. 

Middenstuk - verschillende deelonderwerpen per alinea. 

Slot - schrijver rondt de tekst af. Bijvoorbeeld door een samenvatting. 

Deelonderwerpen

• In de alinea's van het middenstuk behandelt de schrijver het onderwerp van de tekst.
• Elke alinea gaat over een nieuw deelonderwerp.

• Vaak maken tussenkopjes duidelijk wat het deelonderwerp is in een of meer alinea's. 

Hoofdgedachte

• De hoofdgedachte van een tekst is de kortst mogelijke samenvatting van de tekst.
• In een volledige zin zeg je het belangrijkste dat over het onderwerp van de tekst verteld wordt.
• Let op: hoofdgedachte kan nooit een vraag zijn.