This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
BS 4: Hersenen
Slide 1 - Slide
Leerdoelen
- Je kunt de delen van de hersenen benoemen en de daarbij behorende functie.
- Je kunt de invloed van drugs, alcohol & medicatie op het zenuwstelsel beschrijven (zelfstandig doornemen + maken)
Slide 2 - Slide
Wat weet je nog?
Slide 3 - Slide
Waar hebben we het afgelopen les over gehad?
Slide 4 - Open question
Het ruggenmerg verbindt veel zenuwen met de hersenen. Hoe wordt het ruggenmerg beschermd?
A
door je schedel
B
door je wervels
Slide 5 - Quiz
Het ruggenmerg vervoert ...
A
Prikkels
B
Impulsen
Slide 6 - Quiz
BS 4: Hersenen
Slide 7 - Slide
De hersenen
Vooral de grote hersenen zijn sterk geplooid.
In de hersenschors (het buitenste gedeelte) van de grote en de kleine hersenen ligt de grijze stof . Hierin liggen de cellichamen van de schakelcellen van de hersenen.
In het binnenste gedeelte ligt de witte stof. Hierin liggen de uitlopers van schakelcellen.
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Grote hersenen
bewustwording
verschillende hersencentra elk voor eigen zintuig.
verwerkte informatie wordt opgeslagen in je geheugen
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Video
Kleine hersenen
coördinatie
evenwicht bewaren
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Slide
hersenstam
onbewuste levensprocessen
regelt reflexen
Slide 15 - Slide
Stoffen die je hersenen beïnvloeden:
Alcohol
Drugs
Medicijnen
Hebben invloed op
- reactievermogen
- waarnemingsvermogen
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Video
Medicijnen
Waarnemingsvermogen
Reactievermogen
Slide 18 - Slide
Alcohol
Verdoven van de hersenen
Uitschakelen van denken
Waarnemingsvermogen neemt af
Alcohol vergif, per 1.5 uur breekt je lever 1 glas af
Slide 19 - Slide
Alcohol
Na het drinken van alcohol komt dit via het bloed in je hersenen.
Alcohol werkt verdovend.
Je hartslag en ademhaling gaan langzamer en je spieren ontspannen.
Ook je reactie en waarnemingsvermogen nemen af.
Alcohol beïnvloed ook je humeur en je gedrag. Je schaamt je minder en durft meer, sommige mensen worden ook agressief.
Slide 20 - Slide
Drugs
Verdovende middelen
downers
Slide 21 - Slide
Drugs
Stimulerende middelen
uppers
Slide 22 - Slide
Drugs
Bewustzijnsveranderende middelen
trippers
Slide 23 - Slide
Overdosis en verslaving
tolerantie
- Lichaam bouwt dit op als je vaker gebruikt
verslaving
geestelijke afhankelijkheid
lichamelijke afhankelijkheid
Slide 24 - Slide
Kennisvragen 10.4
Slide 25 - Slide
Wat is de functie van zenuwcellen?
A
Het doorgeven van signalen
B
Het produceren van hormonen
C
Het verteren van voedsel
D
Het reguleren van de bloeddruk
Slide 26 - Quiz
Welk deel van de hersenen reguleert de ademhaling en hartslag?
A
Grote hersenen
B
Kleine hersenen
C
Hersenstam
D
Hypothalamus
Slide 27 - Quiz
Wat is een gevoelszenuw?
A
Een zenuw die bewegingssignalen doorgeeft.
B
Een zenuw die signalen doorgeeft van zintuigen naar het zenuwstelsel.
C
Een zenuw die alleen in de hersenen voorkomt.
D
Een zenuw die schakeltussen verschillende zenuwen.
Slide 28 - Quiz
Met je hand bepalen of het water warm genoeg is of niet is
A
Via het ruggenmerg
B
Via de hersenen
Slide 29 - Quiz
Wat is een bewegingszenuw?
A
Een zenuw die gevoelssignalen doorgeeft.
B
Een zenuw die schakeltussen verschillende zenuwen.
C
Een zenuw die alleen in de hersenen voorkomt.
D
Een zenuw die signalen doorgeeft van het zenuwstelsel naar spieren of klieren.
Slide 30 - Quiz
Welk type zenuw geeft signalen door van de ene zenuw naar de andere?
A
Schakelzenuw
B
Gevoelszenuw
C
Bewegingszenuw
D
Centrale zenuw
Slide 31 - Quiz
Je hand aan de oven verbranden en terugtrekken gaat
A
Via het ruggenmerg
B
Via de hersenen
Slide 32 - Quiz
Welk type zenuwcellen vind je in de gemengde zenuwen?