blok 2 les 2 remind learning Hersenen les 8

Welkom A1C, bij les 8 van tv!

OPENINGSVRAAG:

WAAR GING DE VORIGE LES OOK ALWEER OVER?
1 / 38
next
Slide 1: Slide
Beeldende vormingMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom A1C, bij les 8 van tv!

OPENINGSVRAAG:

WAAR GING DE VORIGE LES OOK ALWEER OVER?

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Slide 2 - Video

This item has no instructions

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Hoe kan je 'dingen' beter onthouden?

Slide 4 - Open question

This item has no instructions

Beter onthouden?
  • Visualiseren 
  • Associëren
  • Herhalen
  • Voorkennis activeren
  • Meerdere zintuigen
  • Chunken

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Slide 6 - Video

  • Speel het filmpje af.
  • Vraag eventueel aan een aantal leerlingen wat zij graag beter zouden willen onthouden. 

Leerdoelen
In deze les leer je...
  • waarom je makkelijker informatie onthoudt door te associëren en te visualiseren.
  • hoe je visualiseren kunt toepassen om informatie te onthouden.
  • hoe je levendige visualisaties kan bedenken.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions


TESTJE
JE KRIJGT 10 PLAATJES TE ZIEN VAN VERSCHILLENDE VOORWERPEN.


PROBEER ER ZOVEEL MOGELIJK TE ONTHOUDEN!

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

OPDRACHT
SCHRIJF NU ZOVEEL MOGELIJK WOORDEN OP OP HET TOETSBLAADJE DAT JE HEBT GEKREGEN.

LET OP: JE DOET DIT IN STILTE, ZÓNDER OVERLEG!!!!

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Hoeveel voorwerpen had je goed?

Slide 20 - Open question

This item has no instructions

DE HERSENEN
Tijdens de vorige les zagen we een filmpje over de werking van de hersenen. Kan je de goede woorden op de juiste plek zetten?

Let op: niet hardop de antwoorden schreeuwen (wel actief meedenken). Ik geef beurten!

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Slide 22 - Link

This item has no instructions



Associëren... 

Is het aan elkaar koppelen 
van informatie. Dit kunnen je 
hersenen ontzettend goed! 

Denk eens aan een bakker...

Slide 23 - Slide

Extra informatie: 
De hersenen leggen van nature allemaal verbindingen tussen informatie. Dit kan gaan om feitelijke kennis maar ook over emoties of zintuigelijke waarnemingen zoals beelden, geuren en geluiden. Hoe meer informatie er aan iets is gekoppeld hoe "belangrijker" het als het ware is voor je brein, waardoor je het makkelijker onthoudt. Door meer associaties te maken vergroot je de kans om informatie van je korte termijngeheugen naar je lange termijngeheugen over te brengen.  

Wat voor informatie
komt er allemaal in je op?

Slide 24 - Mind map

  • Laat de leerlingen de vraag beantwoorden.
Beter onthouden?
  • Visualiseren 
  • Associëren
  • Herhalen (snelweg)
  • Voorkennis activeren (kapstok)
  • Meerdere zintuigen
  • Chunken

Slide 25 - Slide

This item has no instructions



Associëren 


Je hersenen maken vaak automatisch
allemaal associaties. Hoe meer informatie je
aan iets koppelt, hoe makkelijker
je het onthoudt! Je kan al je zintuigen 
gebruiken om associaties te maken.

Slide 26 - Slide

Meer informatie: 
Onderzoekers verdeelden deelnemers in twee groepen en lieten beide groepen een foto van een persoon zien. Tegen de ene groep zeiden ze dat dit een bakker was en tegen de andere groep werd gezegd dat deze persoon de achternaam "Bakker" had.  Na een aantal dagen bleek de eerste groep veel beter te hebben onthouden dat de persoon een bakker was, dan dat de tweede groep de naam "Bakker" had onthouden. Dit komt omdat mensen bij een beroep veel meer associaties maken dan bij een onbekende naam. Dit onderzoek laat zien dat hoe meer informatie je aan iets koppelt, hoe groter de kans is dat je het ook daadwerkelijk onthoudt. 


Visueel denken

Je hersenen zijn ontzettend goed
in het bedenken en onthouden van
plaatjes.

Hoe gekker en groter het plaatje is, 
hoe makkelijker je het onthoudt.

Slide 27 - Slide

This item has no instructions



Denken in plaatjes 

Het bedenken van een beeld
is een sterke manier van associëren. 

Je hersenen zijn razendsnel
in het bedenken en
het verwerken van plaatjes.
Stel je eens een gereedschapskist voor...

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Welke kleur heeft
jouw gereedschapskist?

Slide 29 - Mind map

  • Laat de leerlingen de vraag beantwoorden.


Denken in plaatjes 

We kunnen heel veel 
informatie opslaan door 
te denken in plaatjes. 

Slide 30 - Slide

  • Lees de tekst op de slide voor.
Extra informatie
We zijn ontzettend goed in het verwerken van visuele informatie. Het gaat automatisch, daarom hebben de gereedschapskisten van de leerlingen verschillende kleuren. Het woord gereedschapskist roept bij verschillende leerlingen verschillende beelden op. Dit gaat vanzelf en duurt meestal nog geen seconde. Aan de andere kant zou het beschrijven van de precieze gereedschapskist lang duren, en dan is het nog de vraag of iemand wel alle details onthouden heeft. Er zit waarheid in het gezegde: "Een foto zegt duizend woorden".


Hoe gekker hoe beter

Hoe opvallender het beeld, hoe 
makkelijker je hem onthoudt. 
Maak het plaatje dus groot, 
grappig, sexy of bizar!

Slide 31 - Slide

  • Lees de tekst op de slide voor en klik hem door.


Hoe gekker hoe beter
Wat valt je op in het filmpje?

Slide 32 - Slide

  • Lees de tekst op de slide voor en klik hem door.


We gaan het uitproberen


Pas het plaatjes bedenken nu toe 
op een woordparentest.

Slide 33 - Slide

  • Lees de tekst op de slide voor.
  • De leerlingen hebben hiervoor weer een leeg blaadje nodig.


Drie tips

                   1. Maak van de twee woorden één 
                      plaatje in je hoofd.
                   2. Maak je plaatje opvallend.
                   3. Herhaal NIET.

Slide 34 - Slide

  • Lees de tekst op de slide voor.


Denken in plaatjes 


IK NOEM EEN STEEDS 1 VOORWERP VAN EEN WOORDENPAAR.
JIJ SCHRIJFT HET 2E VOORWERP OP DAT DAARBIJ HOORT!


Slide 35 - Slide

  • Lees de tekst op de slide voor.
Extra informatie
We zijn ontzettend goed in het verwerken van visuele informatie. Het gaat automatisch, daarom hebben de gereedschapskisten van de leerlingen verschillende kleuren. Het woord gereedschapskist roept bij verschillende leerlingen verschillende beelden op. Dit gaat vanzelf en duurt meestal nog geen seconde. Aan de andere kant zou het beschrijven van de precieze gereedschapskist lang duren, en dan is het nog de vraag of iemand wel alle details onthouden heeft. Er zit waarheid in het gezegde: "Een foto zegt duizend woorden".


Denken in plaatjes 

CONTROLE!


Slide 36 - Slide

  • Lees de tekst op de slide voor.
Extra informatie
We zijn ontzettend goed in het verwerken van visuele informatie. Het gaat automatisch, daarom hebben de gereedschapskisten van de leerlingen verschillende kleuren. Het woord gereedschapskist roept bij verschillende leerlingen verschillende beelden op. Dit gaat vanzelf en duurt meestal nog geen seconde. Aan de andere kant zou het beschrijven van de precieze gereedschapskist lang duren, en dan is het nog de vraag of iemand wel alle details onthouden heeft. Er zit waarheid in het gezegde: "Een foto zegt duizend woorden".
AFSLUITER
MORGEN HEBBEN JULLIE EEN LUISTERTOETS VAN DUITSE CIJFERS. WE GAAN OEFENEN DOOR 'EEN DUITSE CIJFERBINGO' TE SPELEN!

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Slide 38 - Video

This item has no instructions