15 mei

Bienvenue!
Aujourd'hui c'est lundi
15 mai




1 / 25
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Bienvenue!
Aujourd'hui c'est lundi
15 mai




Slide 1 - Slide

DAGOPENING 1/2
In het Bijbelboek Samuel staat een verhaal. In dit verhaal wil Saul David doden met een spies. Maar tot 2 keer toe kon David de spies ontwijken. Saul zag dat God met hem was. Toen wilde Saul David uit zijn buurt hebben. Hij maakte hem bevelhebber van het leger. Maar ook toen was David succesvol. Saul werd nog banger voor hem.

Slide 2 - Slide

DAGOPENING 2/2
Gebed: Vader, soms moeten we even slikken als een ander iets beter kan.   Het doet wat met hoe we naar onszelf kijken, wat we van onszelf vinden. Geef dat we niet te streng zijn voor onszelf. Dat we niet van onszelf eisen dat we altijd de beste zijn. Dat is niet nodig om een mooi mens te zijn.
Amen

Slide 3 - Slide

Prenez vos affairs:
 vos livres
vos stylos
 vos tablettes
 vos cahiers

Slide 4 - Slide

Page 124
Het bezittelijk voornaamwoord
eerst uitleg/lezen/video

Slide 5 - Slide

Comment en néerlandais?
In het Nederlands kijken we naar de eigenaar.

De fiets van Rowan. Het is zijn fiets.
De scooter van Mirthe. Het is haar scooter. 




Slide 6 - Slide

Comment en français?
In het Frans kijk je naar het zelfstandig naamwoord
is het mannelijk / vrouwelijk of meervoud?

Le vélo = mon vélo (mijn fiets)
La maison = ta maison (jouw huis)
L'avion = son avion



Slide 7 - Slide

Comment en français?
 Begint het woord dat begint een stomme "h" of een klinker (AEIOU), dan gebruik je altijd: mon, ton, son.. ook bij vrouwelijke zelfstandige naamwoorden.

l'hôtel (m) = mon hôtel (mijn hotel)
l'amie (v) = ton amie (jouw vriendin)
l'avion (m) = son avion (zijn/haar vliegtuig)



Slide 8 - Slide

Nu ga je het uit je hoofd leren!!
   H
aeiou 
timer
5:00

Slide 9 - Slide

Zijn er vragen??

Slide 10 - Slide

Page 125
Zelf maken 31A en 31B(uitleg m/v)
Daarna nakijken//evt volgende les
(zijn 30 D en 30 E gemaakt?)

Slide 11 - Slide

We gaan oefenen!!!

Slide 12 - Slide

Wat is juist?
A
ma soeur
B
mon soeur
C
mes soeur
D
ton soeur

Slide 13 - Quiz

Wat is juist?
C'est......
2 antwoorden zijn mogelijk
A
mon maison
B
ma maison
C
mes maison
D
notre maison

Slide 14 - Quiz

Onze auto
(voiture= Vrouwelijk)
A
Notre voiture
B
nos voiture
C
ma voiture
D
mon voiture

Slide 15 - Quiz

wat is juist?
hôtel (v)
A
ma hôtel
B
mon hôtel
C
mes hôtel
D
m'hôtel

Slide 16 - Quiz

wat is juist
A
mon tomates
B
mes tomates
C
notre tomates
D
ma tomates

Slide 17 - Quiz

hoe laat is het
Il est minuit
A
twaalf uur 's middags
B
twaalf uur 's nachts
C
half 1 's middags
D
half 1 's nachts

Slide 18 - Quiz

Hoe zeg ik kwart voor 4

A
c'est trois heures moins le quart
B
il est trois heures et quart
C
il est quatre heures moins le quart
D
il est quatre heures et demie

Slide 19 - Quiz

Hoe zeg ik:
het is half 1 's middags
A
il est midi et demie
B
il est midi et demi
C
il est douze heures et demie
D
il est minuit et demi

Slide 20 - Quiz

Hoe vertaal ik :
Zij hebben
A
Ils sont
B
elles sont
C
elle est
D
Ils ont

Slide 21 - Quiz

Hoe vertaal ik
ik heb mijn rugzak
A
j'as mon sac à dos
B
j'ai mon sac à dos
C
je suis ma sac à dos
D
j'ai ma sac à dos

Slide 22 - Quiz

Werken aan de opdracht
Wat is gewijzigd?
Geen zes zinnen per foto, maar zes zinnen totaal.
Een zin bevat een werkwoord/ dubbel gebruikte zinnen tellen als 1 zin.//2 verschillende kloktijden: gebruik bijv. een heel uur en een tijd met een half uur//wel 2 verschillende bez. voornaamw.

Slide 23 - Slide

Laat je tekst controleren!!

Slide 24 - Slide

Les devoirs
Afmaken roman photo
Leren: Grammaire D en H op page 131
Leer uit je hoofd!!

Slide 25 - Slide