What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Fictie en spelling, les 2 havo 1
Vandaag:
Regels in de klas
Fictie boek
10 minuutjes lezen
Uitleg: Persoonsvorm tegenwoordige tijd
Aan de slag!
Huiswerk
1 / 19
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
This lesson contains
19 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
1 video
.
Lesson duration is:
50 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Vandaag:
Regels in de klas
Fictie boek
10 minuutjes lezen
Uitleg: Persoonsvorm tegenwoordige tijd
Aan de slag!
Huiswerk
Slide 1 - Slide
Vandaag maken we met elkaar klassenregels
Waarom zijn regels maken met elkaar belangrijk?
Slide 2 - Slide
Klassenregels in groepje
Je overlegt in je groepje welke regel je voor de klas
belangrijk vindt.
Je kiest per groepje 1 regel (die voor jullie het belangrijkst is).
timer
10:00
Slide 3 - Slide
Klassenregels
- heb je een vraag? Steek je hand op!
- is iemand aan het woord? De rest is stil en luistert;
- je loopt niet zomaar door de klas heen;
- elke les: we starten met 10 minuten lezen;
- telefoon is op stil en in je tas.
Slide 4 - Slide
Huiswerk vorige les
Zoek een boek uit in de mediatheek die je nog niet hebt gelezen en neem deze mee naar de volgende les Nederlands.
Slide 5 - Slide
Hoe zat het ook alweer?
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Video
Persoonsvorm
De persoonsvorm is altijd een
werkwoord.
Je vindt 'm door de zin in een vraagzin te zetten.
Slide 8 - Slide
Sharon bakt een appeltaart.
Bakt Sharon een appeltaart?
De kinderen knuffelen de hond.
Knuffelen de kinderen de hond?
De buren lenen onze tuinstoelen.
Lenen de buren onze tuinstoelen?
De buurjongen verkoopt zijn versleten bank.
Verkoopt de buurjongen zijn versleten bank?
Slide 9 - Slide
Persoonsvorm schrijven
Je weet hoe je de persoonsvorm kunt vinden. Maar hoe schrijf je het op de juiste manier?
Ik-vorm = 'stam'
jij = stam + t
hij/zij/het/u = stam + t
wij/jullie/zij = hele werkwoord
Slide 10 - Slide
Persoonsvorm schrijven
Voorbeeld:
Ik loop
jij loop
t
hij/zij/het/u loop
t
wij/jullie/zij lop
en
Slide 11 - Slide
Persoonsvorm schrijven
Voorbeeld:
Ik word
jij word
t
hij/zij/het/u word
t
wij/jullie/zij word
en
Slide 12 - Slide
Noteer de persoonsvorm uit de zin: Nina en Sanne lopen op straat.
Slide 13 - Open question
'De meester... (doen) dat heel handig.' Typ de juiste vorm van het woord 'doen'.
Slide 14 - Open question
'Syl... (worden) dit weekend 13 jaar.' Typ de juiste vorm van het woord 'worden'.
Slide 15 - Open question
'Ik... (sporten) wekelijks.' Typ de juiste vorm van het woord 'sporten'.
Slide 16 - Open question
Noteer de persoonsvorm uit de zin: Vaak gamet Dylan met zijn vrienden.
Slide 17 - Open question
Aan de slag!
Nieuw Nederlands
Bladzijde 36/37
Lees:
de theorie op bladzijde 36 nog eens goed door.
Maak:
Opdracht 1 t/m 6
Slide 18 - Slide
Huiswerk:
Lees:
de theorie op bladzijde 36 nog eens goed door.
Maak:
Opdracht 1 t/m 6
Slide 19 - Slide
More lessons like this
Spelling persoonsvorm in de tt
June 2019
- Lesson with
36 slides
Steunles spelling
Middelbare school
vmbo lwoo
Leerjaar 1
Spelling persoonsvorm in de vt
June 2019
- Lesson with
25 slides
Steunles spelling
Middelbare school
vmbo, mavo
Leerjaar 1
werkwoorden
November 2023
- Lesson with
20 slides
Groeipad
Secundair onderwijs
Werkwoordspelling 1.9
October 2023
- Lesson with
21 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
4 Taal deel 1
March 2024
- Lesson with
15 slides
Nederlands
Lager onderwijs
Werkwoordspelling les 1: samengestelde zinnen
September 2024
- Lesson with
35 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
KLIM OP: werkwoordspelling tegenwoordige tijd
July 2024
- Lesson with
24 slides
NT2
MBO
Studiejaar 1
Spelling klas 3
January 2020
- Lesson with
32 slides
Nederlands
Middelbare school