gebeurt of gebeurd?

1 / 16
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Gebeurt/gebeurdt of gebeurd?
Lees onderstaande zinnen:
  • Ik vergeet meestal mijn laptop op te laden, dat gebeurdt bijna dagelijks.
  • Dat is mij al in vier weken niet gebeurd.

Zoek in welke zin het werkwoord gebeuren op de juiste manier is geschreven. Welke spellingsregel moet je hier toepassen? 



Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Wanneer d of t in tegenwoordige tijd?

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Waaraan kun je een voltooid deelwoord in een zin herkennen?

Slide 6 - Open question

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Link

Kofschip

Slide 9 - Slide

Gebruik nu je Chromebook
Ga naar Gebeurt/gebeurd .
Doe de oefening: gebeurt of gebeurd.
Maak de test over het gebruik van 
't Kofschip.
Maak de Nederlandse 
taaltest werkwoordspelling.

Slide 10 - Slide

Die jas (bieden) je voldoende warmte.
A
bied
B
biedt
C
biet

Slide 11 - Quiz

Natuurlijk (gebeuren) er wel eens wat op het voetbalveld.
A
gebeurd
B
gebeurdt
C
gebeurt

Slide 12 - Quiz

Zorg dat je de planten in de tuin goed (onderhouden).
A
onderhoud
B
onderhoudt
C
onderhout

Slide 13 - Quiz

Gisteren (praten) de leerlingen de hele les door.
A
praten
B
praatte
C
praatten

Slide 14 - Quiz

Experts hebben de uitslag van dat onderzoek verkeerd (beoordelen).
A
beoordeelt
B
beoordeeld
C
beoordeeldt

Slide 15 - Quiz

Dat is mij al een paar keer (gebeuren).
A
gebeurd
B
gebeurt
C
gebeurdt

Slide 16 - Quiz