What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
41.2 un blog - mes vacances
Le programme:
1. Quizlet
2. het weer
2. een blog maken.
3. grammaire: voorzetsels
4. au travail !
1 / 28
next
Slide 1:
Slide
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1,2
This lesson contains
28 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Le programme:
1. Quizlet
2. het weer
2. een blog maken.
3. grammaire: voorzetsels
4. au travail !
Slide 1 - Slide
Au travail:
1. Finir LessonUp;
2. les devoirs (magister)
3. grammaire I en II (extra) et écrire: ex. 30
Courage !
Slide 2 - Slide
Lever hier je blog in als je het op papier hebt gemaakt, maak een foto en deel (ex. 30)
Slide 3 - Open question
Oef 18 - blz 30 - Parler de ses vacances
Utilisez le Passé Composé (parti, sorti, allé, fait)
4. Qu'est-ce que vous
avez fait
?
Wat
hebben
jullie
gedaan
?
4. Nous
avons fait
de l'escalade
Wij
hebben geklommen
Nous
avons visité
des musées
Wij
hebben
musea
bezocht
Nous
sommes allés
au bord de la mer
Wij
zijn
naar het strand
gegaan
5. Il
a fait
beau
?
was het mooi weer
?
Vous
avez eu
du soleil?
hebben
jullie zon
gehad
Le soleil
a brillé
?
de zon
heeft geschenen
?
5. Oui il
a fait
beau - Non, il
n'
a
pas
fait beau
Oui, nous
avons eu
du soleil
Non, nous n'
avons
pas
eu
du soleil
Oui le soleil
a brillé
Non, le soleil n'a pas brillé
Slide 4 - Slide
Oef 18 - blz 30
Parler de ses vacances
Utilisez le Passé Composé (parti, sorti, allé, fait)
1. Tu (aller) où?
2. Vous (partir) quand? quelle date?
3. Tu (aller) en avion?
es allé
3
êtes partis
2
Tu es allé
où
? OF
Où
es-tu allé?
1
1. Je (aller) à / en / au / aux....
2. Nous (partir) le .........juillet/août
sommes partis
2
3. Oui, nous (aller) en avion /
Non, nous (aller) en voiture
sommes allés
3
suis allé
en + vrouwelijk landennaam
au + mannelijk landennaam
aux + meervouc (eilandengroepen, VS etc.)
à + naam van stad
1
4. Qu'est-ce que vous (faire) ?
4. Nous ..(faire) (visiter) (aller)
avez fait
4
avons fait du camping
avons visité des musées
sommes allés au restaurant
4
5. Is het mooi weer geweest?
Hebben jullie zon gehad?
Heeft de zon geschenen?
il a fait beau?
vous avez eu du soleil?
Le soleil a brillé?
5
5. Ja, het is mooi weer geweest
Ja we hebben zon gehad
Ja de zon heeft geschenen
Oui, il a fait beau - Non, il n'a pas fait beau
Oui, nous avons eu du soleil - Non nous avons eu de la pluie
Oui, le soleil a brillé? - Non, il a fait nuageux
5
Slide 5 - Slide
Voorzetsels voor landen en steden
Slide 6 - Slide
Vrouwelijke landennamen
eindigen op -e
de voorzetsels
naar, in, bij
vertaal je, voor die landen met het Franse woordje
'en'
en France, en Belgique, en Norvège, en Suède, en Slovénie, en Croatie, en Angleterre, en Allemagne, en Autriche, en Suisse, en Italie, en Espagne etc.
Mannelijke landennamen
eindigen
NIET
op -e
de voorzetsels
naar, in, bij
vertaal je voor die landen met het Franse woordje
'au'
au Portugal, au Danemark, au Japon, au Maroc, au Sénégal, au Congo etc.
Slide 7 - Slide
Vóór namen van steden komt altijd:
à
Vóór namen van landen die meervoud zijn (eilandengroepen, Nederland=Lage Landen, Verenigde staten komt altijd)
aux
Slide 8 - Slide
Met de bus
met de trein
met de auto
met het vliegtuig
met de metro
lopend, te voet
met de fiets
en
bus
en
train
en
voiture
en
avion
en
metro
à
pied
à/en
vélo
oef. 24
Slide 9 - Slide
Les buts
- Ik kan het voorzetsel à toepassen bij steden
- Ik kan de voorzetsel au, aux, en toepassen bij de juiste landnamen
-Ik herken vrouwelijke landnamen in het Frans
- Ik herken landnamen die in het meervoud staan in het Frans
Slide 10 - Slide
Hoe zeg je: Ik woon IN Den Haag?
Slide 11 - Mind map
Hoe zeg je: ik ga NAAR Frankrijk?
Slide 12 - Mind map
Stappenplan
Om te weten welk voorzetsel we nodig hebben, volgen we een stappenplan.
Slide 13 - Slide
Stap 1
is het een stadnaam?
* Ja?
Gebruik:
à.
Bijv:
Je vais
à
Paris.
* Nee?
Het is dus een landnaam..
Ga door naar
stap 2
Slide 14 - Slide
Stap 2
Is het landnaam een meervoudsvorm? Nee? Stap 3
Ja?
Dan gebruik je:
aux
Bijvoorbeeld: Je vais
aux
Pays-Bas. On va
aux
Bahamas
Il habite
aux
États-Unis.
Slide 15 - Slide
Stap 3
Vrouwelijke landnamen eindigen op een E.
Is het landnaam vrouwelijk? Nee? Ga door naar stap 4
Ja?
Gebruik:
en
Bijvoorbeeld: Nous allons
en
France.
Elle habite
en
Espagne.
Slide 16 - Slide
Stap 4
Overige landnamen zijn mannelijk.
Je gebruikt:
au
Bijvoorbeeld: Je vais
au
Maroc.
Nous allons
au
Portugal.
Slide 17 - Slide
On va pratiquer....
Slide 18 - Slide
Kies het juiste voorzetsel
Elle habite ____ Paris
timer
0:15
A
en
B
au
C
aux
D
à
Slide 19 - Quiz
Kies het juiste voorzetsel
J’habite ____ Italie.
timer
0:15
A
à
B
en
C
au
D
aux
Slide 20 - Quiz
Kies het juiste voorzetsel
Je voudrais aller ___ Londrès.
timer
0:15
A
au
B
aux
C
en
D
à
Slide 21 - Quiz
Kies het juiste voorzetsel.
Elle aimerait aller ______ Japon
timer
0:15
A
au
B
aux
C
en
D
à
Slide 22 - Quiz
Kies het juiste voorzetsel
Nous allons ______ Canada.
timer
0:15
A
à
B
au
C
en
D
aux
Slide 23 - Quiz
Kies het juiste voorzetsel
Nous voulons aller ___ Moscou
timer
0:15
A
à
B
au
C
aux
D
en
Slide 24 - Quiz
Kies het juiste voorzetsel
Einstein habitait ___ Allemagne
timer
0:15
A
à
B
au
C
en
D
aux
Slide 25 - Quiz
timer
2:00
à
aux
en
au
La Haye
Rome
Berlin
Pays-Bas
Angleterre
Tunisie
Canada
Maroc
Cap-Vert
États-Unis
Bahamas
France
Slide 26 - Drag question
Heb jij de doelen behaald?
En wat heb jij deze les geleerd?
Slide 27 - Open question
Slide 28 - Slide
More lessons like this
2425 SO schrijftoets
September 2024
- Lesson with
18 slides
39.3 voorzetsels etc.
September 2022
- Lesson with
17 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1,2
G2 Unité 1/2 leerdoelen week 44
November 2020
- Lesson with
16 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1,2
G2 Unité 1 leerdoelen week 40
September 2024
- Lesson with
22 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1,2
Voorzetsels bij steden en landnamen.
October 2022
- Lesson with
21 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
voorzetsels landen, partir, sortir, het weer Marit observatie
20 days ago
- Lesson with
23 slides
Frans
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
Week 46, les 2, 3e klas (GRAMM Jouer/Faire, Partie D, Écrire )
November 2022
- Lesson with
26 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
2425 week 3
September 2024
- Lesson with
48 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2