Les 5 BK1B (Kader) --> Thema 6 basisstof 5: Gedrag

Inhoud
1. Uitleg belangrijkste termen
2. Video: voorbeelden gedrag
3. Beantwoord digitale vragen
4. Huiswerkopdrachten
1 / 15
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare school

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Inhoud
1. Uitleg belangrijkste termen
2. Video: voorbeelden gedrag
3. Beantwoord digitale vragen
4. Huiswerkopdrachten

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
1. Je weet wat gedrag is en kunt het herkennen
2. Je weet wat inwendige en uitwendige prikkels zijn
3. Je kunt uitleggen hoe gedrag bepaalt wordt door inwendige en uitwendige prikkels
4. Je weet welk gedrag erfelijk (aangeboren) is en wekl gedrag aangeleerd is

Slide 2 - Slide

Wat is gedrag?
  • Gedrag is alles wat een mens of een dier doet.
  • Een prikkel is een verandering in de omgeving, waarop mensen en dieren reageren.
  • Gedrag ontstaat doordat mensen en dieren reageren op prikkels.

Slide 3 - Slide

Verschillende soorten prikkels
  • Een prikkel van buiten  het lichaam, noem je een uitwendige prikkel. Bijvoorbeeld: Je ruikt vers gebakken brood
  • Een prikkel van binnen uit het lichaam, noem je een inwendige prikkel. Bijvoorbeeld: Je hebt honger omdat je lang niet gegeten hebt

Slide 4 - Slide

Hoe ontstaat gedrag?
Gedrag ontstaat doordat mensen en dieren reageren op inwendige en uitwendige prikkels. Alle reacties op prikkels vormen het gedrag

Slide 5 - Slide

Motivatie
  • Motivatie = bereidheid tot het verrichten van bepaald gedrag
  • Het wel of niet vertonen van gedrag is afhankelijk van de prikkel, en van de motivatie. 
  • Bijvoorbeeld: als je honger hebt is de motivatie hoog om de boterham op te pakken en te eten

Slide 6 - Slide

Hoe wordt gedrag bepaalt?
  • aangeleerd gedrag: Gedrag dat is geleerd van anderen
  • aangeboren (erfelijk) gedrag: gedrag dat door erfelijke factoren wordt bepaald (wat dus niet 'geleerd' hoeft te worden).

Slide 7 - Slide

0

Slide 8 - Video

Een prikkel van buiten het organisme heet een ...
A
Inwendige prikkel
B
Binnenprikkel
C
Uitwendige prikkel
D
Sleutelprikkel

Slide 9 - Quiz

Een eendenkuikentje wordt door een snoek in zijn poot gebeten. Het eendje begint daardoor hard te piepen.
A
het piepen wordt veroorzaakt door een inwendige prikkel
B
Het piepen is een respons

Slide 10 - Quiz

Zeeschildpadden leggen hun eieren op het strand. Ze graven een kuil in het zand, leggen er hun eieren in en dekken de eieren af met zand. Daarna gaan ze terug naar zee. Als de jongen uit de eieren komen, graven ze zich uit en kruipen naar zee, zoals in de afbeelding is te zien.
A
dit gedrag is erfelijk (aangeboren)
B
dit gedrag is aangeleerd

Slide 11 - Quiz

Het gedrag dat bij 1 tot en met 6 is te zien, is alleen erfelijk bepaald.

A
waar
B
niet waar

Slide 12 - Quiz

Een zuigreflex (meteen drinken bij de moeder) bij een jong varkentje is een voorbeeld van...?
A
Aangeleerd gedrag
B
Oefenen
C
Inprenting
D
Aangeboren gedrag

Slide 13 - Quiz

Wat is GEEN voorbeeld van een inwendige prikkel
A
Motivatie om iets te doen
B
Enthousiasme voor de toets morgen
C
Reageren op een luchtalarm
D
Hormonen die zorgen voor puberaal gedrag

Slide 14 - Quiz

Huiswerk
Lees: Basisstof 5 deel 1 (blz 60 t/m 62 tekstboek)
Maak: opdracht 21 & 22 (blz 50 werkboek)


Slide 15 - Slide