wk 37: les 1 - Werkwoordspelling (herhaling)

Dinsdag 12 september - 1HA
6e uur
  • Telefoon in telefoontas
  • Raadgedicht
  • Werkwoordspelling: oefen-SO
  • Aan de slag!
7e uur
  • Raadgedicht
  • Poster afmaken











timer
10:00
Vrijdag 15 sept:
SO taalverzorging H27 en H28

1 / 25
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Dinsdag 12 september - 1HA
6e uur
  • Telefoon in telefoontas
  • Raadgedicht
  • Werkwoordspelling: oefen-SO
  • Aan de slag!
7e uur
  • Raadgedicht
  • Poster afmaken











timer
10:00
Vrijdag 15 sept:
SO taalverzorging H27 en H28

Slide 1 - Slide

Vorige les heb je geleerd...
...hoe je de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd en de verleden tijd moet schrijven. 
...hoe je het voltooid en onvoltooid deelwoord moet schrijven. 

Slide 2 - Slide

Deze les ga je...
...de regels van werkwoordspelling herhalen.

Slide 3 - Slide

Aan de slag!
  • Maak de oefen-SO
  • Klaar? Maak de vragen op de volgende slides   (inloggen in LessonUp)

Slide 4 - Slide

Tom (ontleden) vandaag die vijf moeilijke zinnen.
A
persoonsvorm
B
voltooid deelwoord
C
infinitief
D
onvoltooid deelwoord

Slide 5 - Quiz

Tom (ontleden) vandaag die vijf moeilijke zinnen.

Slide 6 - Open question

Er (kleven, vt) nogal wat nadelen aan Huibs plan.
A
persoonsvorm
B
voltooid deelwoord
C
infinitief
D
onvoltooid deelwoord

Slide 7 - Quiz

Er (kleven, vt) nogal wat nadelen aan Huibs plan.

Slide 8 - Open question

Is je broer al naar zijn studentenkamer in Amsterdam (verhuizen)?
A
persoonsvorm
B
voltooid deelwoord
C
infinitief
D
onvoltooid deelwoord

Slide 9 - Quiz

Is je broer al naar zijn studentenkamer in Amsterdam (verhuizen)?

Slide 10 - Open question

De leerlingen mochten aan het einde van de les hun spullen (inpakken).
A
persoonsvorm
B
voltooid deelwoord
C
infinitief
D
onvoltooid deelwoord

Slide 11 - Quiz

De leerlingen mochten aan het einde van de les hun spullen (inpakken).

Slide 12 - Open question

De pizza was helemaal (verbranden).
A
persoonsvorm
B
voltooid deelwoord
C
infinitief
D
onvoltooid deelwoord

Slide 13 - Quiz

De pizza was helemaal (verbranden).

Slide 14 - Open question

(worden) jij ook zo moe van werkwoordspelling?
A
persoonsvorm
B
voltooid deelwoord
C
infinitief
D
onvoltooid deelwoord

Slide 15 - Quiz

(worden) jij ook zo moe van werkwoordspelling?

Slide 16 - Open question

De bank (worden) eindelijk vervangen door een hippe hoekbank.
A
persoonsvorm
B
voltooid deelwoord
C
infinitief
D
onvoltooid deelwoord

Slide 17 - Quiz

De bank (worden) eindelijk vervangen door een hippe hoekbank.

Slide 18 - Open question

De slagers (braden) gisteren het vlees tijdens de buurtbarbecue.
A
persoonsvorm
B
voltooid deelwoord
C
infinitief
D
onvoltooid deelwoord

Slide 19 - Quiz

De slagers (braden) gisteren het vlees tijdens de buurtbarbecue.

Slide 20 - Open question

Het hele weekend heb ik naar de muziek van Billie Eilish (luisteren).
A
persoonsvorm
B
voltooid deelwoord
C
infinitief
D
onvoltooid deelwoord

Slide 21 - Quiz

Het hele weekend heb ik naar de muziek van Billie Eilish (luisteren).

Slide 22 - Open question

Wanneer ga jij (leren) voor de toets Nederlands?
A
persoonsvorm
B
voltooid deelwoord
C
infinitief
D
onvoltooid deelwoord

Slide 23 - Quiz

Wanneer ga jij (leren) voor de toets Nederlands?

Slide 24 - Open question

Wat voor soort fouten maak jij nog bij werkwoordspelling? Geef een voorbeeld!

Slide 25 - Open question