Spelling: Les 1 (Leestekens)

Welkom!
Ga rustig zitten, pak je leesboek en start met lezen!
timer
15:00
1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2,3

This lesson contains 13 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom!
Ga rustig zitten, pak je leesboek en start met lezen!
timer
15:00

Slide 1 - Slide

Lesdoelen
Aan het eind van deze les..

  • .. weet je wanneer je een punt, komma, dubbele punt en aanhalingstekens moet gebruiken.

Slide 2 - Slide

Verschil?

- Katten, spinnen, ijsberen, vissen, gieren, vliegen en honden slapen


- Katten spinnen, ijsberen vissen, gieren vliegen en honden slapen

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Punt (.)

- Aan het einde van een zin


Vandaag heb ik een hockeywedstrijd.

Morgen ga ik logeren bij mijn vriendin.

Slide 5 - Slide

Vraagteken (?)

- Na een directe vraag


Tot hoe laat ben jij vanmiddag op school?

'Neem jij mijn tas mee?' vroeg Martijn.

Wanneer geen vraagteken?

Bij een indirecte vraag gebruik je géén vraagteken.

Ik zou graag weten, wanneer je op school komt.

Slide 6 - Slide

Komma (,)

- Na een aanspreking

Jos, wil je even de jam doorgeven?


- Tussen delen van een opsomming

Brood, kaas, jam en melk.



Slide 7 - Slide

Dubbele punt (:)

- Vóór een uitspraak (citaat) of een gedachte

Anne dacht: ik moet hier wegwezen!


- Vóór een opsomming

Ik heb drie hobby's: dansen, koken en tennis.



Slide 8 - Slide

Dubbele punt (:)
- Als het tweede deel van een zin een verklaring of reden vormt bij het eerste deel

Romie verzorgt haar konijnen goed: ze is een echte dierenvriend.

Slide 9 - Slide

Aanhalingstekens ('')

- Bij citaten (= gesproken tekst)

 'Weet u hier de weg?', vroeg mevrouw Van Til.


- Als je nadruk wil leggen

Schrijf je 'experiment' met ks of met een x?



Slide 10 - Slide

Aanhalingstekens ('')

Let op: bij de indirecte rede en bij gedachten gebruik je geen aanhalingstekens:


- Ruben vroeg aan zijn broer of hij de afvalcontainer buiten wilde zetten.

- Diego denkt bij zichzelf: waar ben ik aan begonnen?



Slide 11 - Slide

Zelf aan de slag
Maak (online): Spelling, §2 Leestekens, opdr. 1 t/m 3.


Ben je klaar?
1. Verder lezen in je boek.
2. HW ander vak afmaken.
3. Toets ander vak leren.

Slide 12 - Slide

Evaluatie
  • Doel behaald? 
      
  • Lesinhoud?

  • Hoe verlaat je de les? Vrolijk, neutraal of moe?

Slide 13 - Slide