voltooid deelwoord en onregelmatige werkwoorden

voltooid deelwoord en onregelmatige werkwoorden
1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

voltooid deelwoord en onregelmatige werkwoorden

Slide 1 - Slide

Wat is een voltooid deelwoord?
A
Werkwoord
B
Zelfstandig naamwoord
C
Lidwoord
D
Persoonsvorm

Slide 2 - Quiz

Bij het voltooid deelwoord gebruik je...
A
stam +t
B
t ex - kofschip

Slide 3 - Quiz

Wat is het voltooid deelwoord van:

verven
A
geverft
B
geverfd
C
gevervt
D
gevervd

Slide 4 - Quiz

Vorige week heb ik mijn eerste leesboek gekocht.

  Sleep het werkwoord naar de goede werkwoordsvorm toe.
pv
voltooid deelwoord
infinitief
gekocht
heb

Slide 5 - Drag question

Zal zij de zak chips weggegooid hebben?

Sleep het werkwoord naar de goede werkwoordsvorm toe.
pv
voltooid deelwoord
infinitief
zal
weggegooid
hebben

Slide 6 - Drag question

Werkwoord
Voltooid deelwoord
Het is gebeurd.
Hij liep over straat.
Zijn fiets kostte veel geld.
Zij hebben vanmiddag gewandeld.
Ze was bijna verdronken.
Dat is gelukkig goed afgelopen.

Slide 7 - Drag question

Zal zij de zak chips weggegooid hebben?

Sleep het werkwoord naar de goede werkwoordsvorm toe.
persoonsvorm
voltooid deelwoord
heel werkwoord
zal
weggegooid
hebben

Slide 8 - Drag question

Wat is het voltooid deelwoord
A
geoogst
B
oogsten
C
oogstten

Slide 9 - Quiz

Sleep het werkwoord naar de juiste categorie.
Regelmatige werkwoorden
Onregelmatige werkwoorden
tekenen
werken
bijten
hakken
beginnen
kijken

Slide 10 - Drag question

Sterk werkwoord
Zwak werkwoord
Onregelmatig werkwoord
fluiten
bedoelen
lijken
antwoorden
denken
slapen
koken
mixen
mogen
hebben

Slide 11 - Drag question