1VC week 19 les 3: Meer dan lezen § 3

1Vc - Week 19 les 1
  • Lezen 10 min
  • Boekenmarkt Dyèm
  • Herhaling stof § 3
  • Huiswerk nakijken §3
  • Oefenen § 3 opdracht 5
timer
10:00
1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 11 slides, with text slides.

Items in this lesson

1Vc - Week 19 les 1
  • Lezen 10 min
  • Boekenmarkt Dyèm
  • Herhaling stof § 3
  • Huiswerk nakijken §3
  • Oefenen § 3 opdracht 5
timer
10:00

Slide 1 - Slide

Leerdoel
Je kunt het doel van een tekst bepalen
Je kan woordstrategieën gebruiken om de betekenis van woorden te vinden

Slide 2 - Slide

Tekstdoelen en tekstsoorten
Elke tekst wordt geschreven met een doel: de schrijver wil iets bereiken. 

Er zijn vijf tekstdoelen: 
  • amuseren
  • informeren
  • instrueren
  • overtuigen 
  • activeren

Slide 3 - Slide

Tekstdoelen

Je kunt het tekstdoel bepalen als je weet wat het belangrijkste is wat de schrijver met de tekst wil bereiken.

Vaak heeft een tekstsoort een vast tekstdoel. Zo is een grapje bedoeld om je aan het lachen te maken (amuseren) en een reclamefolder om je iets te laten kopen (activeren).


Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Nakijken opdracht 1+2
opdracht 1 vraag 1
  • Tekst 1 = amuseren. Het verhaal is een column en de auteur probeert te lezer te vermaken met een verhaal over de hond Sorry.
  • Tekst 2 = informeren. Het is een artikel over een onderzoek. Er worden alleen feiten verteld.
  • Tekst 3 = activeren. De auteur probeert je over te halen om een abonnement te nemen
  • Tekst 4 = informeren. De sprekers interviewen Sjoerd Kuijper en er worden feiten genoemd.


Slide 6 - Slide

Nakijken opdracht 1+2
opdracht 1 vraag 2
Tekst 1 = ‘Toen pas riep ik dus, heel erg boos: ‘SORRY!’
‘Kom hier Sorry,’ maakte ik er nog van, alsof de mevrouw het dan wel zou snappen.’
Tekst 2 = Je mag elke zin uit de tekst kleuren.
Tekst 3 = Voorkom autopech met Smart Driver. 2,50 per maand.



Slide 7 - Slide

Nakijken opdracht 1+2
opdracht 2
1 martial-arts
2 blockbusterbudget
3 widescreen
4 maskerade
5 catalogus
6 streamingsplatforms
7 live-actionavonturen


Slide 8 - Slide

opdracht 3

1 (de) (film) Mulan; (Disneys) (live-actionavontuur) Mulan
2 Het tekstdoel is overtuigen, want in de titel staat een mening van de auteur en die geeft de film vier van de vijf sterren.
3 Positief, want de film krijgt vier van de vijf sterren.
4 Eigen antwoord, bijvoorbeeld: Het is een kleurrijke film, want in de trailer is al te zien dat er veel kleuren gebruikt worden in de film.
Eigen antwoord, bijvoorbeeld: De film overweldigt misschien te veel, want in de trailer zie je regelmatig veel mensen in beeld / zie je al een volle verhaallijn.
5 Eigen antwoord: Ja of Nee.
Het doel is overtuigen.


Slide 9 - Slide

opdracht 3

7 Mulan is de eerste dure film die direct thuis op televisie te bekijken is en niet eerst in de bioscoop getoond wordt.
8 De film is kleurrijk en qua vormgeving is hij gemaakt voor een widescreen.
9 1 Sommige dingen zijn wat simpel (zoals de vijand die in het zwart is en de held die in het rood en goud is). 2 De film hoort thuis op widescreen en niet op de televisie.
10 Het argument waarin gezegd wordt dat de film thuishoort op het bioscoopscherm en niet op de televisie.




Slide 10 - Slide

Wat: Maak de opdrachten 5 en Meer dan lezen §3 op blz. 28
Hoe:  opdracht 5 Individueel, maar je mag op fluisterniveau overleggen met degene die naast je zit. Opdracht 6 in tweetallen.
Hulp: Theorie uit je boek.
Uitkomst: Geoefend met woordstrategieën
Tijd: 10 min.

Klaar?
Leesboek of ander huiswerk
timer
10:00

Slide 11 - Slide