donderdag 5 oktober

Welkom bij Nederlands
  • Ga zitten op je plaats
  • Leg je spullen op tafel
  • Zet je tas op de grond
  • Telefoon in de tas
1 / 10
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 10 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Welkom bij Nederlands
  • Ga zitten op je plaats
  • Leg je spullen op tafel
  • Zet je tas op de grond
  • Telefoon in de tas

Slide 1 - Slide

10 minuten Lezen
timer
10:00

Slide 2 - Slide

2TB
Vandaag:
  • Nakijken huiswerk 
  • Start Taalverzorging Hoofdstuk 3 paragraaf Spelling bladzijde 82 
  • Je leert over verwijswoorden
  • Maken de opdrachten 

Slide 3 - Slide

2TB
  • Start Taalverzorging Hoofdstuk 3 Paragraaf Spelling bladzijde 82
  • Je leert over verwijswoorden
  • Uitlegfilmpje bekijken
  • Maken opdracht  1 tot en met 5 bladzijde 83  Dit is het huiswerk voor  maandag 9 oktober

Slide 4 - Slide

4TC
Vandaag:
  • Start Taalverzorging Hoofdstuk 3 paragraaf Formuleren
  • Laatste 10 minuten Nieuwsquiz 

Slide 5 - Slide

4TC
  • Start Taalverzorging Hoofdstuk 3 Paragraaf Formuleren bladzijde 90
  • Je leert over verwijswoorden
  • Uitlegfilmpje bekijken
  • Maken opdracht  1 tot en met 4 bladzijde 91 

Slide 6 - Slide

4TC

Slide 7 - Slide

DEZE, DIE, DIT, DAT
Dit zijn verwijswoorden.

dezE en diE gebruik je bij dE-woorden
diT en daT gebruik je bij heT-woorden



Slide 8 - Slide

Verwijswoorden - voorbeeld


de-woorden: verwijs met deze of die



het-woorden: verwijs met dit of dat

de-woorden en het-woorden
Deze deur is op slot, maar die daar is wel open.
(de deur)
Dat paard is wild, maar dit hier is rustig.
(het paard)

Slide 9 - Slide

Verwijswoorden samengevat
Kies het juiste verwijswoord:






mannelijk/vrouwelijk? Kijk in het woordenboek.
het-woorden (onzijdig)
het, zijn
dat, dit
de-woorden (mannelijk)
hij, hem, zijn
die, deze
de-woorden (vrouwelijk)
zij/ze, haar
die, deze
meervoud
zij/ze, hen, hun
die, deze

Slide 10 - Slide