Instaptoets 19-12-22

1 / 37
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Het overzicht over de beroepsbevolking is correct
A
Eens
B
Oneens

Slide 8 - Quiz

De deeltijdfactor van een land zegt niets over de I/A-Ratio van een land
A
Eens
B
Oneens

Slide 9 - Quiz

Bij Lofström BV. werken 39 mensen in loondienst. De werkgelegenheid in arbeidsjaren van Lofström BV is 28.
Bereken de deeltijdfactor.
A
139%
B
0,72
C
39%
D
172

Slide 10 - Quiz

Mijn inkomen gaat van 2021 naar 2022 van €1900 per maand naar €2.040 per maand. De prijzen stijgen gemiddeld met 8%. Mijn koopkracht...
A
Stijgt
B
Daalt
C
Blijft gelijk

Slide 11 - Quiz

Bij welke lijn is er een grotere inkomensverdeling?
A
De lichtblauwe lijn
B
De rode lijn

Slide 12 - Quiz

Slide 13 - Slide

Meneer Verhoeven heeft €10.000 cash thuis liggen. Meneer van Dinther zegt dat hij over 4 jaar meer geld heeft als hij nu zijn €9.000 op de bank zet tegen een rente van 3%. Meneer Verhoeven zegt dat dat niet klopt. Wie heeft gelijk?
A
Meneer Van Dinther
B
Meneer Verhoeven

Slide 14 - Quiz

Giraal geld bestaat uit fysiek geld wat je in je portemonnee kunt doen
A
Juist
B
Fout, dat is chartaal geld

Slide 15 - Quiz

Een verkoper van grasmaaiers wil een brutowinst van 20% van de verkoopprijs. De inkoopprijs van de grasmaaier is € 1.000. Wat is de verkoopprijs van de grasmaaier?
A
€800
B
€1200
C
€1250

Slide 16 - Quiz

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Wat de de dominante strategie van Kareltje?
A
Ontkennen
B
Schuldig pleiten

Slide 19 - Quiz

Deze afbeelding is een voorbeeld van een:
A
Concrete markt
B
Abstracte markt

Slide 20 - Quiz

Welke conclusie kunnen we trekken wanneer de beroepsbevolking harder groeit dan de werkgelegenheid en vacatures?
A
Verkrapping van de arbeidsmarkt
B
Verruiming van de arbeidsmarkt

Slide 21 - Quiz

Shell is een voorbeeld van een:
A
Monopolie
B
Oligopolie
C
Monopolistische concurrentie
D
Volkomen concurrentie

Slide 22 - Quiz

Een economie waarin de overheid marktwerking volledig toelaat en geen invloed uitoefent op de economie noemen we:
A
Vrije markteconomie
B
Sociale markteconomie
C
Planeconomie

Slide 23 - Quiz

Als ik bedrijfskosten heb is mijn nettowinst lager dan mijn brutowinst
A
Eens
B
Oneens

Slide 24 - Quiz

Slide 25 - Slide

Hoe noemen we werkloosheid die ontstaat als gevolg van in een markt die niet goed loopt (dalende bestedingen)
A
Conjuncturele werkloosheid
B
Frictiewerkloosheid
C
Regionale werkloosheid
D
Seizoenswerkloosheid

Slide 26 - Quiz

Je nettoloon is vaak hoger dan je brutoloon.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 27 - Quiz

Slide 28 - Slide

Meneer Cornelissen heeft zijn knie verdraaid en kan twee maanden geen gymles geven. waardoor meneer Cornelissen nu administratief werk gaat doen. Hij valt onder de:
A
Actieven
B
Niet-actieven

Slide 29 - Quiz

Als je in Nederland de leeftijd van 67 bereikt, ontvang je...
A
WW
B
UWV
C
Uitkering
D
AOW

Slide 30 - Quiz

Middels accijnzen kan een overheid invloed uitoefenen op de prijs; je betaalt daardoor meer belasting. Accijnzen op bijv. sigaretten is een voorbeeld van:
A
Directe belasting
B
Indirecte belasting

Slide 31 - Quiz

Hoe noem je het als twee bedrijven zich gaan samenvoegen?
A
Kartel
B
Transparantie
C
Overdracht
D
Fusie

Slide 32 - Quiz

Hoe kan globalisering omschreven worden?
A
Als iets een wereldwijd probleem is
B
Een toenemende vrijewereldhandel
C
Ieder land produceert een eerlijk deel

Slide 33 - Quiz

Het nationaal inkomen van Nederland en Denemarken is respectievelijk 835 miljard en 280 miljard. Nederland telt 18 miljoen inwoners en Denemarken 5,8 miljoen inwoners. Waar is het inkomen per hoofd van de bevolking hoger?
A
Nederland
B
Denemarken
C
Er ontbreekt informatie

Slide 34 - Quiz

Wanneer de hulp voor een ontwikkelingsland door internationale organisaties uit meerdere landen komt, noemen we dit:
A
Bilaterale hulp
B
Multilaterale hulp

Slide 35 - Quiz

Bij de lancering van de Playstation 5 in november 2022 heeft Sony onderschat dat er zóveel mensen de Playstation 5 zouden bestellen. Wat hadden ze met de prijs gedaan als ze dit wisten bij dezelfde productiecapaciteit?
A
De prijs verlaagd
B
De prijs verhoogd
C
Dit zou geen invloed hebben op de prijs

Slide 36 - Quiz

Slide 37 - Slide