5VWO H3 3.6 (kennischeck 3.5) verweringsmateriaal in beweging
Verweringsmateriaal in beweging
§3.5 kennischeck
§3.6 uitleg en toepassen
Domein Aarde
1 / 37
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5
This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Items in this lesson
Verweringsmateriaal in beweging
§3.5 kennischeck
§3.6 uitleg en toepassen
Domein Aarde
Slide 1 - Slide
Leerdoelen
Je kent de verschillende manieren waarop verweringsmateriaal in beweging komt.
Je begrijpt hoe exogene processen bijdragen aan het ontstaan van aardverschuivingen, puinhellingen en puinwaaiers.
Slide 2 - Slide
3.5 kennischeck: Wat is het verschil tussen mechanische en chemische verwering?
Slide 3 - Open question
3.5 kennischeck: In de woestijnen zoals op het Arabisch Schiereiland en de Sahara worden gesteenten vooral afgebroken door fysische verwering. Beschrijf in twee stappen deze vorm van fysische verwering.
Slide 4 - Open question
3.5 kennischeck: Wat hoort waar?
Sterke chemische verwering
Sterke fysische verwering
Weinig verwering
Slide 5 - Drag question
3.5 kennischeck:
Wat valt op aan de assen van de grafiek?
Slide 6 - Slide
3.5 kennischeck:
Dikste verweringslaag
Sterke fysische verwering (2x)
De sterkste chemische verwering
Zowel chemische als fysische verwering
Sterke fysische verwering (2x)
Slide 7 - Drag question
Hoe ging de herhaling van de vorige paragraaf? Hierna nieuwe stof.
😒🙁😐🙂😃
Slide 8 - Poll
Aardverschuivingen
Slide 9 - Slide
Wat zijn de juiste combinaties?
4 soorten manieren van bewegen:
Bergstorting
Modderstromen
Puinlawine
Vallend gesteente
Slide 10 - Slide
Wat zijn de juiste combinaties?
Bergstorting
Modderstromen
Puinlawine
Vallend gesteente
Slide 11 - Drag question
Wat zijn de goede combinaties?
B Bergstorting
D Modderstromen
C Puinlawine
A Vallend gesteente
Slide 12 - Slide
Wat zijn de juiste combinaties?
Slide 13 - Slide
materiaal
1 losse stenen van verschillende grootte
2 losse stenen
3 rotsmassa
4 met water verzadigde grond
A Bergstorting
B Modderstroom
C Puinlawine
D Vallend gesteente
a stromen
b glijden
c vallen
d rollen en glijden
Slide 14 - Drag question
A3b B4a C1d D2c
Slide 15 - Slide
In welk seizoen is de kans op modderstromen/ aardverschuivingen in Lhasa (China) het grootst?
A
Winter
B
Zomer
C
Herfst
D
Lente
Slide 16 - Quiz
Onder welke weersomstandigheden komt materiaal vooral in beweging?
A
Droog en zonnig weer
B
Regenachtig weer
C
Na hevige sneeuwbuien
D
Als het in de lente plotseling warmer wordt
Slide 17 - Quiz
Slide 18 - Video
Puinhelling
Al het gesteente dat naar beneden
valt, glijdt, rolt of vloeit, hoopt zich op
onder aan de helling…
Daar vormt zich een puinhelling.
Hoe zijn de jongste puinhellingen op de foto te herkennen?
>> Onbegroeide delen van de berghelling.
Slide 19 - Slide
Puinwaaier
Een rivier vol met verweringsmateriaal stroomt vanuit de bergen een vlakte in.
De stroomsnelheid neemt af waardoor de rivier zich splitst.
Er treedt sedimentatie op en er vormt zich een puinwaaier.
Slide 20 - Slide
Morene
Als het hooggebergte vergletsjert breiden de gletsjers zich uit.
De gletsjer vervoert van alles en nog wat, van grote stenen tot fijn materiaal, de morene.
Nu treedt er erosie op en wordt het dal steeds breder.
Slide 21 - Slide
Morene
Puinhelling
Puinwaaier
Slide 22 - Drag question
Vier soorten van erosie
Schurende werking van met puin (verweringsmateriaal) beladen wind, water en ijs:
1) Zee: Mariene erosie
2) Rivierwater: Fluviale erosie
3) Wind: Eolische erosie
4) IJs: Glaciale erosie
Erosie/verwering
Verwering gebeurt op de plek zelf, erosie is een beweging!
Slide 23 - Slide
Transport
Er zijn vier transporteurs van verweringsmateriaal:
Een rivierstelsel vervoert enorme hoeveelheden verwerings- materiaal uit het gehele stroomgebied.
IJs transporteert langzaam, maar met enorm veel kracht.
.... >> vervolg
Noteer
Slide 24 - Slide
Transport
vervolg
Wind is een belangrijke transporteur in droge gebieden.
De zee zorgt door stromingen en golven voor vervoer van materiaal.
Noteer
Slide 25 - Slide
Erosie door de zee
Door de kracht van de golven worden stukken van de kust weggeslagen.
De erosieve kracht van de golven is sterker bij diepe kusten en bij veel stukjes steen in het water.
Noteer
Slide 26 - Slide
Slide 27 - Video
Zelfstandig aan de slag
3.5: 1, 4, 5 – keuze 2 of 3
3.6: 1, 2cd, 3, 4
Zorg dat je je werk ook nakijkt!
Erosie/verwering
Verwering gebeurt op de plek zelf, erosie is een beweging!
Slide 28 - Slide
Startactiviteit
Schrijf kort op: Waarom zijn modderstromen zo gevaarlijk? Waarom gaan er zoveel mensen bij dood?
Wat zijn de directe gevolgen van een modderstroom en wat zijn de indirecte gevolgen?
timer
4:00
Slide 29 - Slide
Welke type dal zie je hier?
A
V-dal, uitgesleten door een rivier
B
U-dal, uitgesleten door een rivier
C
V-dal, uitgesleten door een gletsjer
D
U-dal, uitgesleten door een gletsjer
Slide 30 - Quiz
V-dal of U-dal
Er is geen gletsjer te zien, maar het dal heeft een U-vorm
Dit betekent dat er een gletsjer geweest is die dit dal gevormd heeft, maar die door warmere temperaturen nu niet meer bestaat.
Slide 31 - Slide
Dal uitgesleten (erosie door gletsjer (U-dal))
Dal uitgesleten (erosie door rivier (V-dal))
In bergen is de stroomsnelheid van een rivier groot (door groot verhang). Hoge stroomsnelheid zorgt voor het transport van zware sedimenten (stenen, keien). Rivier beladen met puin heeft een schurende werking langs de oevers en de bodem