Les: Een rol in een film - les 2

Welkom
Telefoon in je kluis!

Ga rustig ergens zitten, pak je leesboek en begin met lezen.
timer
10:00
1 / 10
next
Slide 1: Slide
NT2ISK

This lesson contains 10 slides, with interactive quiz and text slides.

Items in this lesson

Welkom
Telefoon in je kluis!

Ga rustig ergens zitten, pak je leesboek en begin met lezen.
timer
10:00

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Deze les (lesdoelen):
  • Koppel je de inhoud van een luisterfragment aan een passende foto.
  • Visualiseer je een aantal scènes in de tekst door deze uit te beelden of te tekenen.
  • Maak je kennis met het begrip 'vertelperspectief'. 

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Welke foto past bij Ella?

Slide 3 - Slide

Deel bijlage 2 uit aan de leerlingen. Geef de luisteropdracht mee: ze proberen te achterhalen welke foto het beste bij Ella past. Daarvoor moeten ze gericht naar het fragment luisteren. Lees de eerste alinea (Ella) voor maar verklap de titel van het verhaal nog niet (dit komt na het lezen van het verhaal). 

Slide 4 - Slide

Projecteer bijlage 2 (de foto's) en inventariseer de antwoorden van de leerlingen. Bespreek bij foutieve antwoorden waarom het, op basis van de voorgelezen tekst, deze foto niet kan zijn.

Voorbeeldvragen die je kunt stellen:
  • Waarom kies jij foto X? Wie/wat zie je allemaal?
  • Waarom kan Ella het meisje op foto X niet zijn?
  • Welke informatie uit de tekst helpt je om de juiste foto te kiezen?
  • Waar speelt het fragment zich af? Wat is Ella aan het doen?
De bushalte

Slide 5 - Slide

Vraag de leerlingen waar Ella is en wie ze nog aan de bushalte ziet. Zoek een leerlinge die Ella wil spelen, bij voorkeur een vaardige lezer. Vraag haar aan de bushalte te gaan staan en de eerste alinea nog eens voor te lezen. De andere leerlingen krijgen een nieuwe luisteropdracht mee: straks zal een klasgenoot Kai vertolken en de klas moet hem, zoals een regisseur, helpen om de juiste houding aan te nemen. Na het voorlezen laat je een jongen (bij voorkeur een vaardige lezer) naar voren komen om op de juiste manier naast Ella te zitten. De klas stuurt bij indien nodig. 

Voorbeeldvragen die je kunt stellen:
  • Stel, we maken een foto van het fragment. Waar is de jongen? Waar is Ella?
  • Wat doet de jongen?
Kai

Slide 6 - Slide

Laat de jongen die Kai vertolkt de tweede alinea (Kai) voorlezen. Geef eerst de luisteropdracht mee: de leerlingen moeten kunnen uitleggen waarom Kai aan de bushalte zit. Verbind de informatie die ze krijgen over de verloren vriend met de voorspellingen die de leerlingen in de fase 'Voor het lezen' deden. Had iemand het juist geraden?

Vraag bijvoorbeeld:
In de vorige les hebben we het over Kai gehad. We hebben ons toen onder andere afgevraagd wat er gebeurd was met Kai en wie hij kwijt was. Ook vroegen we ons af of hij zijn leven mooi zou vinden. Kloppen onze antwoorden met wat we nu weten?

Slide 7 - Slide

Vertel de leerlingen dat het verhaal afwisselend door Ella en Kai verteld wordt en dat Ella nu weer aan de beurt is. Vraag hen om tijdens het luisteren naar het fragment te focussen op de emoties van Ella en Kai. Lees de derde alinea (Ella) voor, terwijl je naast Ella gaat staan. Kijk tijdens het lezen naar Kai als je over hem vertelt. Vraag de leerlingen na afloop hoe Ella en Kai zich voelen en laat de leerlingen die Ella en Kai spelen respectievelijk opgewonden/nerveus en verdrietig kijken. Controleer ook of de leerlingen het wisselen van vertelperspectief begrijpen.
Kai

Slide 8 - Slide

Rond deze lesfase af met de vierde alinea (Kai). Expliciteer opnieuw dat Kai aan het woord is. Vertel dat jullie bijna een foto van de scène kunnen maken, maar dat er eerst nog extra informatie over Ella komt. Vraag de leerlingen om gericht naar deze informatie te luisteren. Ga naast Kai zitten en lees het fragment voor. Kijk (stiekem) naar Ella terwijl je over haar praat. Laat de leerlingen na het luisteren regieaanwijzingen geven aan de acteurs die Ella en Kai spelen en maak tot slot een foto van de scène. 
Woordenschat
'de zon schijnt'
'de wind waait'
'het leven is mooi'
wachten op
de bushalte
triest
spannend nerveus/zenuwachtig zijn

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Heb jij andere nieuwe woorden geleerd?

Slide 10 - Mind map

This item has no instructions