Project grammatica spelling en formuleren les 9

Project grammatica spelling en formuleren

werkwoordspelling

Deze les

- Lesdoel

- Terugblik/voorkennis

- Uitleg

- Aan de slag

- controle

Lesdoel

• Je weet hoe je het voltooid deelwoord en het tegenwoordig deelwoord correct moet spellen.

• Je kunt voltooid deelwoorden en tegenwoordig deelwoorden correct spellen.

De ... (dik) Van Dale is het ... (bekend) woordenboek van de ... (Nederland) taal.

... (dwalen) door het woordenboek kom je ... (nieuw) woorden tegen.

Het publiek heeft hard ... (lachen) om zijn kleine ...(act) met twee mini-... (paraplu) en verschillende kleine ... (ketting).

Later heeft Chaplin in diverse kleine ... (film) allerlei kleine ... (rollen) ... (vertolken).

Theorieblok doorlezen

Neem 4 minuten om het theorieblok op bladzijde 68, 70, 139 en op bladzijde 140 door te lezen.

Aan de slag

- Ga weer in de groepjes zitten.

- Lees goed in het boekje wat je moet doen.

- Ik loop rond -> eerst zelf goed lezen (ook de theorieblokjes).

• Herhaling Spelling hs. 1 opdracht 10

• Herhaling Spelling hs. 2 opdracht 10

• Herhaling Spelling hs. 3 opdracht 10

Maken Spelling hs. 4 opdracht 1, (3,) 4, (6,) 7, 8 (Boek B p.67-71)

Maken Spelling hs. 5 opdracht 1, (3,) 4, 5, (6,) 7, 9 (Boek B p. 138-141) Online!

Lesdoel

• Je weet hoe je het voltooid deelwoord en het tegenwoordig deelwoord correct moet spellen.

• Je kunt voltooid deelwoorden en tegenwoordig deelwoorden correct spellen.

controlevragen

• Wat is het verschil tussen het voltooid deelwoord en het tegenwoordig deelwoord?

• Wat is het verband tussen de vorige les en deze les?