5.5 + 5.6 Neurale regulatie & Spieren en bewegen

Neurale regulatie & Spieren en bewegen
1 / 16
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Neurale regulatie & Spieren en bewegen

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
Hoe zit het met de neurotransmitters (en drugs)?
Je kunt een verschil noemen op celniveau tussen je bicep en een darmspier
 

Slide 2 - Slide

Hoe zat het ook al weer?
Rustpotentiaal, Natrium kanalen, natrium-kalium pomp, myelineschede 

Slide 3 - Slide

Hoe groot is het rustpotentiaal in menselijke zenuwcellen?

Slide 4 - Open question

Welke is juist?
A
Een prikkel zorgt voor het openen van kalium kanaaltjes, dit verhoogt het potentiaal tot boven een drempel waarde, dan openen de natrium kanaaltjes en ten slotte brengt de Na/K-pomt het weer in evenwicht
B
Een impuls zorgt voor het openen van Natrium kanaaltjes, dit verlaagt het potentiaal tot onder een drempel waarde, dan openen de kalium kanaaltjes en ten slotte brengt de Na/K-pomt het weer in evenwicht
C
Een prikkel zorgt voor het openen van Natrium kanaaltjes, dit verlaagt het potentiaal tot onder een drempel waarde, dan openen de kalium kanaaltjes en ten slotte brengt de Na/K-pomt het weer in evenwicht
D
Een prikkel zorgt voor het openen van Natrium kanaaltjes, dit verhoogt het potentiaal tot boven een drempel waarde, dan openen de kalium kanaaltjes en ten slotte brengt de Na/K-pomt het weer in evenwicht

Slide 5 - Quiz

Waarom zijn de cellen van Schwann belangrijk?
A
Zodat de zenuwen impulsen slechts in één richting geleiden
B
Zodat de zenuw terug kan naar de rustpotentiaal
C
Zodat de impuls geleiding sprongsgewijs verloopt
D
Anders kan er geen potentiaal verandering plaatsvinden

Slide 6 - Quiz

Hoe kan een impuls zich verplaatsen van de ene zenuw naar een volgende?

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Effect van geneesmiddelen, genotmiddelen en drugs?

Slide 9 - Slide

Spieren en beweging

Slide 10 - Slide

In ons lichaam zijn twee typen spierweefsel te vinden
Waar zal je eerder het ene type tegenkomen, en waar het andere? 
Wat is het verschil?

Slide 11 - Slide

Glad spierweefsel
Langwerpige cellen, elk met celkern
Dwarsgestreept spierweefsel
Spiervezels die zijn ontstaan door versmelting van spiercellen

Slide 12 - Slide

Welk type spier is geinerveerd door het animale zenuwstelsel?
A
Glad spierweefsel
B
Dwarsgestreept spierweefsel

Slide 13 - Quiz

Welk type spier raakt snel vermoeid?
A
Glad spierweefsel
B
Dwarsgestreept spierweefsel

Slide 14 - Quiz

Leerdoelen
Hoe zit het met de neurotransmitters (en drugs)?
Je kunt een verschil noemen op celniveau tussen je bicep en een darmspier
 

Slide 15 - Slide

Tijd om aan de poster te werken!

Slide 16 - Slide