What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Lijdende en bedrijvende vorm A3 NN
Nederlands
3 vwo
29 mei
Haa
1 / 17
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
This lesson contains
17 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
50 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Nederlands
3 vwo
29 mei
Haa
Slide 1 - Slide
LEZEN
timer
10:00
Slide 2 - Slide
Lijdende en bedrijvende vorm
H 5. Formuleren
Slide 3 - Slide
Lesdoelen
Aan het eind van de les kun je:
Lijdende van bedrijvende zinnen onderscheiden.
Bepalen in welke situaties je juist wel of geen lijdende zinnen gebruikt.
Zelf lijdende zinnen bedenken.
Een bedrijvende zin omzetten in een lijdende zin.
Slide 4 - Slide
vraag?
Wat denk je dat de bedrijvende vorm inhoudt?
Wat denk je dat de lijdende vorm inhoudt?
Slide 5 - Slide
Lijdend of bedrijvend?
Is de opdracht nu goed nagekeken?
A
Bedrijvend
B
Lijdend
Slide 6 - Quiz
De buurman zet de vuilnisbak buiten.
A
Lijdend
B
Bedrijvend
Slide 7 - Quiz
Bedrijvende vorm
Dit is een
actieve
zin: het is in bedrijf, iets/iemand voert wat uit.
Deze zinnen hebben een werkwoordelijk gezegde, onderwerp en een lijdend voorwerp.
Bijv.
Mijn dochter bakt
een overheerlijke
appeltaart
.
Slide 8 - Slide
Lijdende vorm
Deze zin is passief/iet of iemand ondergaat iets
Heeft een vorm van
worden
of
zijn
in de zin;
Het woord
door
staat vaak in de zin.
Bijv. Het oud papier
wordt door
mijn zoon naar de papierbak
gebracht.
Slide 9 - Slide
Tip over gebruik lijdende vorm
Als je veel lijdende zinnen gebruikt, is het taalgebruik te zakelijk, te passief.
Voor de lezer is dat vervelend lezen en soms is het daardoor ook onduidelijk wie de handeling in de zin uitvoert.
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
vragen?
Slide 13 - Slide
Van bedrijvend naar lijdend
Wat moet je dan doen?
Maak van het lijdend voorwerp een onderwerp
Door-bepaling:
voeg het woord
door
toe. NB Niet in alle lijdende zinnen!
Bij een werkwoordelijk gezegde zorg je dat het hulpwerkwoord
worden
of
zijn
wordt toegevoegd.
Bedrijvend
: Wim zag het journaal
Lijdend
:
Het journaal
werd
gezien
door
Wim
Slide 14 - Slide
Van lijdend naar bedrijvend
Lijdend: Het journaal
werd
gezien
door
Wim
Bekijk wie de handelend 'persoon' is in de zin ('wie' voert het uit). Meestal staat deze achter het woord 'door', soms moet je deze verzinnen.
Maak van de handelend persoon het onderwerp van de zin, haal het woord 'door' weg en de vorm van 'worden' of 'zijn'.
Bedrijvend: Wim zag het journaal
Slide 15 - Slide
Aan de slag
Hoofdstuk
5 - Formuleren
Gebruik lijdende vorm
Maak opdracht 1 en 2
Hoofdstuk 5 - par. lezen, functiewoorden 1
Maak opdracht : startopdracht , 1 en 2 (4 en 5)
Hoofdstuk 6 – par Lezen, functiewoorden 2
Maak opdracht 1 en 2
Slide 16 - Slide
Lesdoelen behaald?
Aan het eind van de les kun je:
Lijdende van bedrijvende zinnen onderscheiden.
(Hoe?)
Bepalen in welke situaties je juist wel of geen lijdende zinnen gebruikt.
(welke 5 redenen zijn dit ook alweer?)
Zelf lijdende zinnen bedenken.
Een bedrijvende zin omzetten in een lijdende zin.
Slide 17 - Slide
More lessons like this
Lijdende en bedrijvende vorm A3 NN
May 2022
- Lesson with
21 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Lijdende en bedrijvende vorm A3 NN
May 2022
- Lesson with
12 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
27-3 Lijdende vorm
February 2024
- Lesson with
17 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Formuleren, lijdend of bedrijvend, 3 havo/vwo
May 2022
- Lesson with
21 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Lijdende en bedrijvende vorm
March 2024
- Lesson with
22 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Paragraaf 9 Formuleren: actief/passief
September 2024
- Lesson with
22 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
H3 Formuleren - actief/ passief
February 2022
- Lesson with
24 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Paragraaf 9 Formuleren: actief/passief
September 2022
- Lesson with
38 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3