De grondwetswijziging

Wat is de Staten Generaal?
A
1ste Kamer
B
2de Kamer
C
1ste + 2de Kamer
D
Regering
1 / 23
next
Slide 1: Quiz
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Wat is de Staten Generaal?
A
1ste Kamer
B
2de Kamer
C
1ste + 2de Kamer
D
Regering

Slide 1 - Quiz

Wie heeft de wetgevende macht in Nederland?
A
1ste Kamer
B
2de Kamer
C
1ste + 2de Kamer
D
Regering

Slide 2 - Quiz

Liberaal of socialist?
Rijken betalen meer belasting dan armen
A
Liberaal
B
Socialist

Slide 3 - Quiz

Wat betekent de ministeriële verantwoordelijkheid?
A
Koning maakt de beslissingen
B
Koning treedt af bij gebrek aan vertrouwen
C
Minister is verantwoordelijk voor koning
D
Kabinet bepaalt personeel koning

Slide 4 - Quiz

Wat zijn getrapte verkiezingen?
timer
0:20

Slide 5 - Open question

Socialisme

Liberalisme
Vrijheid
Gelijkheid
Arbeiders
Fabriekseigenaren
Vrije markt
Sterke overheid

Slide 6 - Drag question

De grondwetswijziging

Slide 7 - Slide

Doelen
Aan het einde van de les kun je:
- Het begrip ideologie uitleggen
- Het socialisme en liberalisme onderscheiden
- Vier redenen noemen waarom ideologieën in de 19de eeuw verspreiden
- De oorzaak van de nieuwe grondwet uitleggen
- De vier belangrijkste bepalingen uit de grondwet noemen


Slide 8 - Slide

Ideologie?
  • Een ideologie is een verzameling ideeën met een gemeenschappelijke gedachte:
  • Liberalisme: vrijheid
  • Socialisme: gelijkheid
  • Beide ideologieën komen uit de Verlichting

  • 19de eeuw: verspreiding ideologieën:
  • 1. Massaproductie kranten
  • 2. Onderwijs voor steeds meer mensen
  • 3. Handvat: wat moet je denken/vinden of de samenleving en anderen?

Slide 9 - Slide

Doelen
Aan het einde van de les kun je:
- Het begrip ideologie uitleggen
- Het socialisme en liberalisme onderscheiden
- Vier redenen noemen waarom ideologieën in de 19de eeuw verspreiden
- De oorzaak van de nieuwe grondwet uitleggen
- De vier belangrijkste bepalingen uit de grondwet noemen


Slide 10 - Slide

Socialisme

Liberalisme
Vrijheid
Gelijkheid
Arbeiders
Fabriekseigenaren
Vrije markt
Sterke overheid

Slide 11 - Drag question

Liberalisme
  • Vrijheid staat centraal
  • Dus: overheid bemoeit zich niet met economie of privé leven

  • In de 19de eeuw zijn fabriekseigenaren én de regering liberaal

  • Gevolg: géén sociale wetten

Slide 12 - Slide

Socialisme
  • Industriële samenleving: slechte woon- + werkomstandigheden arbeiders

  • Sociale kwestie: groeiend besef dat de overheid de arbeiders moet helpen

  • Communisme: gelijkheid door geweld

  • Sociaal-democratie: gelijkheid via parlement

Slide 13 - Slide

Welke partij?
"... geeft absoluut de voorkeur aan de basisvaardigheden rekenen, schrijven en lezen. Daarnaast worden enkele onderdelen uit de oude LTS en en Huishoudschool nogal gemist. (...) Dit kan variëren van basis huishoudelijke taken tot aan financieel beheer en zelfzorg."
A
VVD (liberaal)
B
PvdA/Groenlinks (socialistisch)
C
BBB (conservatief)
D
PVV (populistisch)

Slide 14 - Quiz

Welke partij?
"Wie meer rijdt betaalt ook meer. ... wil dat de kosten per kilometer ook afhankelijk zijn van tijd, plaats en hoe vervuilend de auto is."
A
VVD (liberaal)
B
PvdA/Groenlinks (socialistisch)
C
BBB (conservatief)
D
PVV (populistisch)

Slide 15 - Quiz

Welke partij?
"Het onderwijs heeft een overheid nodig die actief richting geeft. Een overheid die naast leraren staat en doet wat nodig is om voldoende goede leraren voor de klas te krijgen. Een overheid die zorgt dat ieder kind goed kan lezen en rekenen. Een overheid die maatregelen neemt zodat ieder kind zich vrij en veilig kan voelen op school."
A
VVD (liberaal)
B
PvdA/Groenlinks (socialistisch)
C
BBB (conservatief)
D
PVV (populistisch)

Slide 16 - Quiz

Welke partij?
"Handen af van onze tradities: Zwarte Piet, het Kerstfeest en Pasen moeten blijven"
"Leger waar nodig inzetten om de straten van Nederland terug te veroveren"
" Géén windturbines, géén zonneparken en andere landschapsvernietigende gekte"
A
VVD (liberaal)
B
PvdA/Groenlinks (socialistisch)
C
BBB (conservatief)
D
PVV (populistisch)

Slide 17 - Quiz

Socialisme

Liberalisme
Vrijheid
Gelijkheid
Arbeiders
Fabriekseigenaren
Vrije markt
Sterke overheid

Slide 18 - Drag question

Doelen
Aan het einde van de les kun je:
- Het begrip ideologie uitleggen
- Het socialisme en liberalisme onderscheiden
- Vier redenen noemen waarom ideologieën in de 19de eeuw verspreiden
- De oorzaak van de nieuwe grondwet uitleggen
- De vier belangrijkste bepalingen uit de grondwet noemen


Slide 19 - Slide

1848
  • Grondwet: belangrijkste rechten + plichten burgers en overheid 

  • 1848: revolutiejaar --> liberalen eisen vrijheden van Franse Revolutie

  • Uit angst afgezet te worden geeft Willem II de liberaal Thorbecke de opdracht een nieuwe grondwet te maken:

Slide 20 - Slide

Grondwet
  • 1. Ministeriële verantwoordelijkheid
  • 2. Onschendbaarheid koning
  • 3. Tweede Kamer gekozen via censuskiesrecht + districtenstelsel 
  • 4. Uitbreiding grondrechten (vrijheid van meningsuiting, enzovoorts) 

Slide 21 - Slide

Doelen
Aan het einde van de les kun je:
- Het begrip ideologie uitleggen
- Het socialisme en liberalisme onderscheiden
- De oorzaak van de nieuwe grondwet uitleggen
- De vier belangrijkste bepalingen uit de grondwet noemen


Slide 22 - Slide

Slide 23 - Video