Zinsdelen

Planning
- Zinsdelen bespreken (Numo)
- Aan de slag (DWT)
1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Planning
- Zinsdelen bespreken (Numo)
- Aan de slag (DWT)

Slide 1 - Slide

Zinsdeel
Een zin bestaat uit zinsdelen (pv, o, wg, ng, lv, mv en bwb).
Een zinsdeel kan uit één woord bestaan, maar ook uit twee of meer woorden.

Een zinsdeel geeft een stukje informatie: wie, wanneer, waarom, wat doen ze, etc.)


Slide 2 - Slide

Zinsdelen
Alles wat voor de persoonsvorm staat of kan staan is 1 zinsdeel.

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Zinsdelen
Hoeveel zinsdelen heeft de zin?
'Over twee weken heb ik vakantie ?
A
4 zinsdelen
B
5 zinsdelen
C
3 zinsdelen
D
6 zinsdelen

Slide 5 - Quiz

Zinsdelen
Hoeveel zinsdelen heeft de zin?
'Hij eet een appel.'
A
3 zinsdelen
B
2 zinsdelen
C
4 zinsdelen
D
1 zinsdeel

Slide 6 - Quiz

zinsdeel 1
zinsdeel 2
zinsdeel 3
Mijn
vriend
eet
een
broodje
kroket

Slide 7 - Drag question

Maak zinsdelen en sleep ze naar de juiste plek. 
Zinsdeel 1
Zinsdeel 2
Zinsdeel 3
Zinsdeel 4
Zinsdeel 5
Ik
maak
straks
mijn
opdrachten
wel

Slide 8 - Drag question

Opdracht: geef aan welke woorden bij hetzelfde zinsdeel horen. Begin vooraan in de zin (ik = zinsdeel 1).
Zinsdeel 1
Zinsdeel 2
Zinsdeel 3
Zinsdeel 4
Zinsdeel 5
Ik
vind
dit
onderdeel
van
Nederlands
leuk

Slide 9 - Drag question

Maak zinsdelen en sleep ze naar de juiste plek. 
Zinsdeel 1
Zinsdeel 2
Zinsdeel 3
Zinsdeel 4
Zinsdeel 5
Niet
iedereen
kan
een
prijs
winnen
vandaag

Slide 10 - Drag question

Zinsdeel 1
Zinsdeel 2
Zinsdeel 3
Zinsdeel 4
Vrijdag
gaat
de
kat
naar
de
dierenarts.

Slide 11 - Drag question

zinsdeel 1
zinsdeel 2
zinsdeel 3
zinsdeel 4
zinsdeel 5
Joris
ging
gisteren
op
de
fiets
naar
voetbal

Slide 12 - Drag question

zinsdeel 1
zinsdeel 2
zinsdeel 3
zinsdeel 4
zinsdeel 5
Larissa
gaat
morgen
op
de
fiets
naar
school

Slide 13 - Drag question

In Numo
Heel zinsdeel, deel van een zinsdeel, meer dan een zinsdeel?

De hele groep leeuwen brulde woest.



Slide 14 - Slide

De hele groep leeuwen brulde woest.

A
Een zinsdeel
B
Meer dan een zinsdeel
C
Een deel van een zinsdeel

Slide 15 - Quiz

In Numo
Een zinsdeel, deel van een zinsdeel, meer dan een zinsdeel?

De hele groep leeuwen brulde woest.

Alles voor de pv = zinsdeel 


Slide 16 - Slide

In Numo
Heel zinsdeel, deel van een zinsdeel, meer dan een zinsdeel?

Joya gaf het witte paard een heerlijk appeltje.




Slide 17 - Slide

In Numo
Heel zinsdeel, deel van een zinsdeel, meer dan een zinsdeel?

Joya gaf het witte paard een heerlijk appeltje.

Zinsdeelproef --> kan je het voor de pv zetten en toch een goede zin maken?


Slide 18 - Slide

Toetsweek
Herkansing leestoets
 
Iedereen met onvoldoende moet komen.
Voldoende? Je mag herkansen, geef door dat je ook komt!

Vandaag laatste kans om vragen te stellen.


Slide 19 - Slide

Aan de slag (DWT)
Kiezen
- Lezen
- Oefenexamen maken
- Numo formuleren

Vanaf 12:45u mag ander vak ook.


Slide 20 - Slide